Regering-Van de Weyer
De unionistische regering-Van de Weyer regeerde over België van 30 juli 1845 tot 2 maart 1846. Naast 5 katholieke ministers, waren er 2 liberale en 1 technicus.
VerloopBewerken
Nadat de unionistische Regering-Nothomb na tegenvallende verkiezingsresultaten eind juni 1845 ontslag nam, vond koning Leopold I niemand die bereid was om een nieuwe unionistische regering te vormen. Eerst vroeg de koning aan de liberale leider Charles Rogier om een unionistische regering te vormen, maar Rogier weigerde. Vervolgens vroeg de koning aan de liberale Sylvain Van de Weyer, ambassadeur in Londen, om een unionistische regering te vormen.
Van de Weyer aanvaardde op 27 juli 1845 tegen zijn zin om een regering te vormen en was op 30 juli klaar met zijn opdracht. Het was de bedoeling dat hij de schoolwet van 1842 voor het lager onderwijs ook zou doorvoeren voor het secundair onderwijs, maar dit mislukte omdat de katholieken en de liberalen niet tot een akkoord geraakten. Bijgevolg nam Van de Weyer op 2 maart 1846 ontslag als voorzitter van de ministerraad.
SamenstellingBewerken
Minister | Naam | Partij |
---|---|---|
Buitenlandse Zaken | Adolphe Dechamps | Katholieken |
Binnenlandse Zaken | Sylvain Van de Weyer | Liberalen |
Justitie | Jules Joseph d'Anethan | Katholieken |
Financiën | Jules Malou | Katholieken |
Openbare Werken | Constant d'Hoffschmidt | Liberalen |
Oorlog | Pierre Dupont | extra-parlementair |
Zonder Portefeuille | Felix de Mûelenaere | Katholieke Partij |
Zonder Portefeuille | Edouard d'Huart | Liberalen |