Utrecht (stad)
Utrecht (ⓘ) is een stad en gemeente in Nederland en de hoofdstad van de provincie Utrecht. Utrecht is de vierde stad van Nederland naar inwonertal. Er wonen Sjabloon:Inwonertal NL gemeente mensen (Sjabloon:Inwonertal NL datum; bron: CBS). Het stadsgewest Utrecht, de agglomeratie die samenvalt met het BRU, omvat ruim 640.000 inwoners. De gemeente Utrecht valt samen met de stad.
Gemeente in Nederland | |||
---|---|---|---|
Situering | |||
Provincie | Utrecht | ||
Coördinaten | 52°5'27"NB, 5°7'18"OL | ||
Algemeen | |||
Oppervlakte | 99,21 km² | ||
- land | 93,83 km² | ||
- water | 5,38 km² | ||
Inwoners (1 januari 2024) |
374.411? (3990 inw./km²) | ||
Bestuurscentrum | Utrecht | ||
Belangrijke verkeersaders | Sjabloon:A-wegNL Sjabloon:A-wegNL Sjabloon:A-wegNL Sjabloon:A-wegNL Sjabloon:N-wegNL | ||
Station(s) | Utrecht Centraal, -Lunetten, -Maliebaan, -Overvecht, -Terwijde, -Zuilen, Vleuten | ||
Politiek | |||
Burgemeester (lijst) | Aleid Wolfsen (PvdA) | ||
Bestuur | Groenlinks, PVDA, D66 | ||
Zetels GL PvdA D66 VVD CDA SP Leefbaar Utrecht ChristenUnie Trots op Nederland |
45 10 9 9 7 4 3 1 1 1 | ||
Economie | |||
Gemiddeld inkomen (2019) | € 29.300 per inwoner | ||
Gem. WOZ-waarde (2019) | € 294.000 | ||
WW-uitkeringen (2014) | 31 per 1000 inw. | ||
Overig | |||
Postcode(s) | 3500-3585 | ||
Netnummer(s) | 030 | ||
CBS-code | 0344 | ||
CBS-wijkindeling | zie wijken en buurten | ||
Website | www.utrecht.nl | ||
|
oppervlakte, oppervlakte land, oppervlakte water, inwoners, datum inwoners en dichtheid.
De stad bevindt zich in de Randstad en is centraal gelegen op een knooppunt van wegen, spoorwegen en waterwegen, waardoor het een toonaangevende beurzen- en conferentiestad is en het hardst groeiende economische centrum - vooral in de dienstensector - van zowel de Randstad als Nederland.
Utrecht is een van de oudste steden van Nederland met een lange geschiedenis en een belangrijk historisch centrum. Kenmerkend voor de stad zijn onder meer de werven en de Domtoren, waaraan de stad de bijnaam Domstad ontleent.
De stad huisvest drie universiteiten waarvan de grootste de Universiteit Utrecht is. Deze universiteit is tevens de grootste van Nederland. Hiernaast zijn er drie omvangrijke hogescholen, het hoofdkantoor van de Nederlandse Spoorwegen, de Rabobank Nederland en de Jaarbeurs Utrecht gevestigd. Utrecht is daarnaast de zetel van de rooms-katholieke aartsbisschop van Nederland (zie aartsbisdom Utrecht) en van de oudkatholieke aartsbisschop. Tevens is er het landelijke organisatiebureau van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) gevestigd.
Naam
De naam Utrecht is afkomstig van het Latijnse Traiectum, dat niet alleen "doorwaadbare plaats" betekent, maar ook "brug". De 'U' komt van het Oudnederlandse woord uut, dat 'benedenstrooms' betekent - Utrecht moet dus begrepen worden als 'uit-Trecht'.[1][2]
Vanwege de Domtoren, beeldmerk van de stad waarvan de toren met 112,32 meter de hoogste kerktoren van Nederland is, wordt de stad ook wel Domstad genoemd. Twee andere bijnamen zijn Utereg (in het Stad-Utrechts) en Utka (in de multiculturele straattaal van de Randstad). Tijdens Carnaval heet de stad Utrecht Leemput.
Een inwoner van Utrecht laat zich liever Utrechter dan Utrechtenaar noemen[3][4] (vgl. Hagenees voor Hagenaar). Dit als gevolg van de zogeheten Utrechtse homoseksuelenaffaire: achter de Dom was er in de achttiende eeuw een geheime ontmoetingsplaats van homoseksuelen (voor wie tussen de kerk en de toren ook een gedenksteen ligt). Toen dit aan het licht kwam en de slachtoffers ter dood veroordeeld werden, werd Utrechtenaar een scheldwoord voor homoseksueel. Inwoners van de stad worden ook wel 'baliekluivers' genoemd, naar de Utrechters die, hangend over de balies van de bruggen van de Oudegracht, de bedrijvigheid in de stad aanschouwden en elkaar ontmoetten.[5]
Geschiedenis
Op en rond het huidige Domplein is de plaats waar de Romeinen de basis voor de stad Utrecht hebben gelegd. Rond 50 na Chr.[6] liet keizer Claudius aan de oever van de Rijn het castellum Traiectum bouwen van hout en aarde. Dit fort was onderdeel van de verdedigingsgordel langs de noordgrens van het Romeinse Rijk, de zogenaamde limes. Tussen 50 en 270 na Chr. werd het castellum vier maal herbouwd. Na het vertrek van de Romeinen streden de Friezen en de Franken lange tijd om de vesting. De overgebleven ommuring leefde voort als de burcht Trecht.
In 690 stichtte de Angelsaksische missionaris en bisschop Willibrord binnen de grotendeels verlaten grenspost Utrecht een geestelijk centrum met twee kerken, waar later nog een derde aan werd toegevoegd. Hieruit ontwikkelde zich het complex van de aan Sint-Maarten gewijde Domkerk, de Sint-Salvatorkerk en de tussengelegen Heilig-Kruiskapel. Vanaf de achtste eeuw, met een onderbreking vanwege Vikingen, zetelde een bisschop in Utrecht, dat daardoor het religieuze centrum van de Noordelijke Nederlanden was. Vanaf de tiende eeuw kreeg de bisschop steeds meer wereldlijke macht. Hij werd toen de belangrijkste vorst in de Noordelijke Nederlanden, die heerste over het Sticht. In de directe omgeving van de burcht ontstond de bloeiende handelswijk Stathe waar kooplieden en ambachtslieden zich vestigden. In de elfde eeuw werd het kerkelijk centrum uitgebreid met drie nieuwe kapittelkerken en een abdij, die samen het Utrechtse kerkenkruis vormden. Diezelfde eeuw voegden de bisschop en de keizer hun paleizen toe aan de burcht.
Op 2 juni 1122 kreeg Utrecht zijn stadsrechten bevestigd door Hendrik V, keizer van het Heilige Roomse Rijk der Duitse Natie. De bisschop verloor hierdoor veel invloed op de stad ten gunste van de kersverse stedelingen. Deze mochten de stad nu omwallen, en nog in 1122 begon tevens de aanleg van het stuk Oudegracht tussen Ledig Erf en Gaardbrug. Utrecht ontwikkelde zich tot de enige stad van betekenis in de Noordelijke Nederlanden. De groei van de bevolking blijkt onder meer uit het feit dat er drie nieuwe parochies werden afgesplitst van de oudste parochie, die van de Buurkerk. Het bestuur van de stad bestond aanvankelijk uit schout en schepenen, maar al in 1196 werd een Raad gevormd, die tot de oudste ten noorden van de Alpen behoort.
Vanaf de twaalfde eeuw werd de macht van naburige vorsten groter, terwijl die van de Utrechtse bisschop afnam. Gedurende de hele Middeleeuwen hebben vooral Holland en Gelre geprobeerd delen van het Sticht in te lijven. Binnen de stad ontstonden twee overheersende partijen, waarvan de een pro-Holland was en de ander pro-Gelre. Eeuwenlang hebben deze partijen elkaar te vuur en te zwaard bestreden. Herhaaldelijk kan gerust gesproken worden van burgeroorlog binnen de stadsmuren.
Ondanks deze strijd en ondanks de toenemende concurrentie van de Hollandse steden vanaf de dertiende eeuw, bleef Utrecht de grootste en welvarendste stad en het belangrijkste culturele centrum in de Noordelijke Nederlanden. De welgestelden bouwden grote stenen huizen langs de Oudegracht, vooral nadat rond het midden van de dertiende eeuw het gebruik van baksteen algemeen werd. Langs de gracht zelf ontstonden de karakteristieke werven en werfkelders. Talrijke kloosters vestigden zich in de stad. De huidige gotische Domkerk werd vanaf 1254 gebouwd naar voorbeeld van de grote Franse kathedralen.
In 1131, 1148, 1173, 1177, 1253 en 1279 vonden in Utrecht grote stadsbranden plaats.
In 1304 deden de gilden een succesvolle greep naar de macht, en zij zouden tot 1528 een grote rol in het stadsbestuur blijven spelen. Met het graven van de Nieuwegracht eind veertiende eeuw was het stratenpatroon binnen de stad grotendeels voltooid en het stadsgebied raakte grotendeels volgebouwd. Opvallend is het grote aantal gasthuizen (opvanghuizen voor behoeftigen) dat in deze eeuw ontstond. Het grootste prestigeproject van de veertiende eeuw was echter de bouw van de kolossale Domtoren, een van de grootste torens die tot dan toe waren gebouwd.
De dreiging van de buurstaten van het Sticht bleef groot, en bewoners van het Nedersticht dwongen de bisschop in 1375 de Stichtse Landbrief uit te vaardigen, waardoor zij als Staten van het Nedersticht controle konden uitoefenen op de wijze waarop politiek bedreven werd. De Staten bestonden uit vertegenwoordigers van de geestelijkheid, de adel en de steden. Utrecht nam door zijn dominante positie een overheersende positie in de Statenvergaderingen in. Door verdere groei was Utrecht tot halverwege de 16e eeuw de grootste stad van de noordelijke Nederlanden.
In de zestiende en zeventiende eeuw speelde Utrecht met zijn Utrechtse School ook een belangrijke rol in de Nederlandse schilderkunst. Bekende schilders waren de renaissanceschilder Jan van Scorel, de "maniëristen" Joachim Wtewael, Abraham Bloemaert en Paulus Moreelse, de "Utrechtse caravaggisten" Hendrick ter Brugghen, Gerard van Honthorst en Dirck van Baburen, de "Italianisanten" Cornelis van Poelenburch, Jan Both en Jan Baptist Weenix.
Vanaf de late middeleeuwen tot het begin van de 19e eeuw kende de stad verschillende periodes van botsingen en verschuivingen tussen en binnen verschillende machten, door onder meer de reformatie, gilden en bezettingen door Spanjaarden en Fransen. In deze periode werd de Universiteit Utrecht opgericht.
Vanaf het begin van de 19e eeuw werden, in ruime zin, nutsvoorzieningen aangelegd en uitgebreid, wat de situatie voor de stad sterk verbeterde. In de tweede helft van de 19e eeuw vond de eerste stadsuitbreiding plaats. Voor, en met name na de Tweede Wereldoorlog zou Utrecht hiermee grootschalig uitbreiden.
Geografie
Topografie
Utrecht ligt centraal in Nederland en in de provincie Utrecht. De stad is ontstaan aan een kromming van de Rijn, toen de hoofdarm van de rivier die de loop van de huidige Kromme Rijn en Oude Rijn volgde. Op de plek van het huidige Domplein lag een Romeins castellum. Tegenwoordig stroomt een bescheiden Kromme Rijn in het oosten Utrecht binnen om de stadsgrachten als Vecht (noordelijk) en Leidse Rijn (westelijk) te verlaten. Westelijk van de stad loopt het brede Amsterdam-Rijnkanaal, naar het zuiden loopt de Vaartse Rijn, een veel ouder kanaal.
Ten westen van de stad, 'over het Amsterdam-Rijnkanaal' heen, ligt het voorstedelijke uitbreidingsproject Leidsche Rijn, de grootste Vinex-locatie en het grootste nieuwbouwproject van Nederland überhaupt. Een reeks nieuwbouwwijken zullen bij afronding ca. 90.000 inwoners gaan huisvesten. Ten noorden, zuiden en oosten van de stad liggen enkele voorsteden en forensen-/satellietsteden, waarvan de grootste Maarssen, Nieuwegein, De Bilt, IJsselstein, Zeist en Houten zijn. De grootstedelijke agglomeratie valt samen met het BRU (Bestuur Regio Utrecht).
Bestuurlijke indeling
De stad Utrecht valt bestuurlijk samen met de gemeente Utrecht. De gemeente telt zo'n 300.000 inwoners en heeft een oppervlakte van 99 km² (waarvan slechts een zeer klein gedeelte water).
Omdat de gemeente samenvalt met de stad, zijn er officieel geen andere kernen.
Aanvankelijk werden de dorpen Vleuten en De Meern (wijk Vleuten-De Meern) nog steeds als dorp gezien en dus niet als onderdeel van de stad Utrecht, maar wegens bebouwing en gevoelsmatige eenwording hebben de dorpen steeds meer een voorstedelijke positie. Dit geldt echter niet voor Haarzuilens dat geografisch afgezonderd ligt van de stad Utrecht.
Deze dorpen hebben ook hun postadressen en andere kenmerken van een apart dorp behouden. Er is echter geen dorpshuis in Vleuten, maar een wijkbureau in het oude gemeentehuis van de voormalige gemeente Vleuten-De Meern.
Wijken
De gemeente Utrecht onderscheidt bestuurlijk tien wijken, die zijn te vergelijken met stadsdelen. Deze zijn weer onderverdeeld in subwijken en buurten. Elke wijk kent een apart wijkbureau of een wijkservicecentrum. De wijk Vleuten-De Meern bezit ook een dependance van de burgerzaken.
Elke wijk kent een raadscommissie voor de wijk, samengesteld uit gemeenteraadsleden of hun plaatsvervangers en elke wijk kent ook een aparte wijkwethouder. Daarnaast bestaat er een wijkraad, die een adviserende rol heeft en bestaat uit bewoners van de desbetreffende wijk. De Utrechtse wijken:
Demografie
Utrecht is met circa 300.000 inwoners in de officiële stad en gemeente, een directe agglomeratie (geannexeerde woonkernen en fysiek grenzende voorsteden) van ongeveer een half miljoen inwoners, en een grootstedelijk gebied van 640.000 inwoners, de vierde stad van Nederland, en hoort tot G4, een samenwerkingsverband van de vier grootste steden waar ook Amsterdam, Rotterdam en Den Haag toe behoren. Utrecht groeit zeer snel (zie Bevolkingsontwikkelingstabel). Begin 2009 passeerde de stad de grens van 300.000 inwoners,[7] in 2017 worden 350.000 inwoners verwacht, en in 2022 370.000.[8] Volgens een persbericht uit juli 2008 zal het inwoneraantal van Utrecht tot 2025 met 36% stijgen.[9] Dit komt neer op een inwoneraantal van rond de 405.000.
Bevolkingssamenstelling
Utrecht is een multiculturele stad; het percentage allochtone inwoners is grofweg een derde en blijft vermoedelijk de komende decennia stabiel. Dit komt neer op ongeveer 100.000 inwoners van niet-Nederlandse afkomst, waarvan ca. 65.000 inwoners van niet-westerse afkomst. In Utrecht zijn vele plekken bekend om hun multiculturele karakter, bijvoorbeeld de Kanaalstraat in Lombok en de 6 km lange Amsterdamsestraatweg, de hoofdstraat van de wijk Noordwest.
Kanaleneiland is een bekende etnische enclave, en kent een van de hoogste percentages allochtone inwoners van Nederland. Van de 16.000 inwoners van Kanaleneiland is 83% allochtoon, 76% niet-westers allochtoon, en 46% van Marokkaanse afkomst. Utrecht heeft dan ook het hoogste percentage Marokkaans-Nederlandse inwoners met 9%-10%, wat neerkomt op een gemeenschap van 28.000 mensen (in de jaren negentig en tachtig, voor de spreiding van allochtonen naar voorsteden en buitengebieden als Zeist, IJsselstein en later Leidsche Rijn, lag dit percentage betrekkelijk hoger). Na deze, is de Turks-Utrechtse gemeenschap met een kleine 15.000 personen de grootste. N.B.: Ook Grieken zijn vergeleken met hun landelijke aantal sterk vertegenwoordigd in Utrecht. [bron?]
Kanaleneiland, Overvecht-Noord, Nieuw Hoograven, Lombok-Oost, Staatsliedenbuurt, Lauwerecht, Lunetten-Noord, en delen van Zuilen zijn wijken die bekend staan om hun sterk etnische samenstelling. [bron?] Wijk C, Geuzenwijk, Oudwijk-Zuid, Abstede/Sterrenwijk en Ondiep zijn dan weer autochtone volkswijken, en huisvesten relatief veel "échte Utrechters". De wijken met een chique naam zijn over het algemeen het Wilhelminapark, het aangrenzende Oudwijk-Noord, Oog in Al, de herenhuizen aan de Nieuwegracht, Wittevrouwen (kant van de Biltstraat) en de meestal aan deze verbonden Zeeheldenbuurt: Voordorp, en Leidsche Rijn.
Utrecht is een jonge stad, met veel jongeren en relatief weinig ouderen. In Utrecht wonen ruim 64.000 studenten; er is een aantal universiteiten, hogescholen en ROC's te vinden. De Universiteit Utrecht en de Hogeschool Utrecht zijn daarvan verreweg het grootst. Tevens is het uitgaansleven hier grotendeels op afgestemd.
Vooral wijken als Voordorp, Wittevrouwen en Leidsche Rijn zijn zeer kinderrijk. Delen van onder andere Overvecht-Zuid daarentegen huisvesten veel ouderen. Toch is door de stadsuitbreiding de verwachting dat de stad zeker tot 2011 verder zal verjongen. Waar nu al in veel andere steden de vergrijzing inzet, zal Utrecht voorlopig niet met dat fenomeen kennismaken. Mede door een sterke economische groei in de BRU en ook de bouw van Leidsche Rijn (en andere nieuwbouwwijken) neemt het aandeel lage inkomens, zowel als de werkloosheid al enkele jaren percentueel af, en hiermee begint Utrecht af te wijken van de andere grote steden.
Bevolkingsontwikkeling
In de volgende tabel is het bevolkingsverloop van Utrecht weergegeven. Tot halverwege de zestiende eeuw was Utrecht de grootste stad van de noordelijke Nederlanden. Vanaf die tijd tot circa 1825 schommelde het inwonertal rond de 30.000. Daarna volgde een lange periode van groei; het aantal van 100.000 inwoners werd bereikt in 1899. De groei duurde tot 1970, toen als gevolg van woningtekort en suburbanisatie een snelle daling inzette, die rond 1985 tot stilstand kwam. Vanaf 2000 groeide het inwonertal snel en werd de wijk Leidsche Rijn gebouwd. Gebiedsuitbreidingen van de gemeente Utrecht leidden in 1954 en 2001 tot een sprongsgewijze vermeerdering van het aantal inwoners. In januari 2009 bereikte de gemeente Utrecht de grens van 300.000 inwoners.[7]
De cijfers tot aan de negentiende eeuw zijn schattingen, die onzekerder worden naarmate ze verder teruggaan in de tijd. De negentiende eeuwse cijfers zijn gebaseerd op volkstellingen, de latere op gegevens van de Burgerlijke Stand.[10]
|
|
|
|
|
Bezienswaardigheden
Utrecht heeft een historisch centrum, dat grotendeels nog door singels wordt omringd. Van zuid naar noord lopen de Oudegracht en de Nieuwegracht, die uniek zijn vanwege de werven, lage kades waarop de werfkelders van de huizen aan de gracht uitkomen. Utrecht telt na Amsterdam het grootste aantal monumenten van alle steden in Nederland.
Kerkelijke gebouwen
Utrecht telt vele interessante kerken, waaronder enkele zeer oude. In de elfde eeuw werd mogelijk een kerkenkruis aangelegd van vijf kerken: In het midden staat de Dom, aan de noordpunt de Janskerk, de oostpunt de Pieterskerk, en in het zuiden en het westen stonden respectievelijk de verdwenen Paulusabdij en de Mariakerk.
- De Dom, de voornaamste kerk van de stad, gebouwd als de kathedraal van het bisdom Utrecht en oorspronkelijk gewijd aan Sint-Maarten. Met de bouw werd in 1254 begonnen in de stijl van de Noord-Franse gotische kathedralen. De beroemde, 112 meter hoge Domtoren uit 1321-1382 is de hoogste kerktoren van Nederland. Sinds een tornado in 1674 het schip deed instorten, bestaat de Domkerk uitsluitend nog uit het koor en het transept. De toren staat sindsdien los. Sinds 1580 is de Domkerk in handen van de protestanten.
- Pieterskerk, oorspronkelijk een kapittelkerk, gesticht in 1039 door bisschop Bernold, en gewijd aan Petrus. Het is de best bewaarde romaanse kerk in Utrecht, grotendeels nog daterend uit de elfde eeuw. Thans in gebruik bij de Waalse gemeente.
- Janskerk, oorspronkelijk een kapittelkerk, kort na de Pieterskerk gesticht en daarvan een iets bescheidener en minder goed bewaarde versie. Het koor werd in de zestiende eeuw sterk vergroot. Thans studentenkerk.
- Buurkerk, de oudste en grootste parochiekerk van de stad, gesticht in de tiende eeuw en gewijd aan Maria. Het huidige vijfbeukige bouwwerk met de forse toren dateert grotendeels uit de veertiende tot zestiende eeuw. Fungeert thans als museum, het populaire Nationaal Museum van Speelklok tot Pierement.
- Jacobikerk, oorspronkelijk parochiekerk, gewijd aan Jacobus. Ontstaan in de twaalfde eeuw, maar in zijn huidige gedaante een driebeukig hallenkerk uit de dertiende tot vijftiende eeuw met een grote toren.
- Nicolaïkerk, oorspronkelijk parochiekerk, gewijd aan Nicolaas van Myra. Ontstaan in de twaalfde eeuw. Opvallend is het romaanse tweetorenfront, ongebruikelijk voor een parochiekerk. De rest van de kerk is overwegend gotisch.
- Geertekerk, oorspronkelijk parochiekerk, gewijd aan Gertrudis van Nijvel. Het is een sobere kerk, gebouwd in de dertiende tot vijftiende eeuw.
- Sint-Catharinakathedraal, oorspronkelijk een kloosterkerk, gewijd aan Catharina van Alexandrië. Gebouwd in de zestiende eeuw als een laat-gotische kruisbasiliek. Na het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie in 1853 werd zij de kathedraal van Utrecht. In het aanpalende Catharijneconvent is thans een belangrijk museum van religieuze kunst gevestigd.
- Gertrudiskapel, een van de best bewaard gebleven schuilkerken van Nederland, in de zeventiende eeuw ondergebracht in een middeleeuws huis.
- Lutherse Kerk aan de Hamburgerstraat, in 1745 gevestigd in de laat-gotische kapel van het voormalige Ursulaklooster, die voor dat doel sterk verbouwd werd. Aan de Hamburgerstraat verrees in 1749 een nieuwe gevel.
- Doopsgezinde Kerk uit 1772-1773 aan de Oudegracht, een eenvoudige zaalkerk, ontworpen door Willem de Haan.
- Sint-Augustinuskerk uit 1839-1840 aan de Oudegracht, een Waterstaatskerk ontworpen door K.G. Zocher, met een enorm neo-classicistisch tempelfront aan de grachtzijde.
- Sint-Willibrordkerk uit 1876-1877, een neogotische kerk, ontworpen door Alfred Tepe. De kerk heeft haar neogotische inventaris, vervaardigd door leden van het St. Bernulphusgilde, vrijwel geheel behouden.
- Sint-Gertrudiskathedraal aan het Willemsplantsoen, in 1912-1914 in neoromaanse stijl gebouwd. Kathedraal van de Oud-Katholieken.
- Pandhof van de verdwenen Mariakerk, uit de twaalfde eeuw.
- Het Duitse Huis aan de Springweg, het best bewaarde middeleeuwse kloostercomplex van Nederland, waarvan het hoofdgebouw uit ca. 1350 dateert. De kerk is echter ingestort bij de orkaan van 1674. Thans hotel Karel V.
- Agnietenklooster aan de Agnietenstraat, bestaande uit een kapel uit 1512-1516 en een haaks daarop staande vleugel. Sinds 1921 is het Centraal Museum in het complex gevestigd (daarbij werden enkele vleugels in neogotische stijl toegevoegd).
- Sint-Nicolaasklooster aan de Doelenstraat, gesticht in de veertiende eeuw. Het laat-middeleeuwse gebouw is vooral interessant door de galerij op spitsbogen op de binnenplaats.
- Synagoge aan de Springweg, gebouwd in art nouveau-stijl, thans buiten gebruik.
- Westerkerk aan de Catharijnekade. Deze kerk werd in 1891 gebouwd onder toezicht van A.W. van Beeck Calkoen, maar was waarschijnlijk een ontwerp van meester-timmerman H. van Dijk. Het werd in eerste instantie gebruikt door de Doleantiegemeente (vanaf 1892: Gereformeerde Kerk). Maar sinds 1966 is de kerk in het bezit van de Gereformeerde Gemeente. De kerk is in eclectische stijl opgetrokken met neoclassicistische elementen.
Niet-kerkelijke gebouwen
- Oudaen, Oudegracht 99, een versterkt woonhuis uit circa 1280. Utrecht telde in de dertiende en veertiende eeuw vele van deze burchtachtige huizen van rijke patriciërs. Minder goed bewaard gebleven zijn onder meer Drakenstein (Oudegracht 114), Cranestein (Oudegracht 55), Fresenburch (Oudegracht 113) en Blankenburch (Oudegracht 121).
- Huis Zoudenbalch in de Donkerstraat uit 1467-1468 in laat-gotische stijl, met een opvallende natuurstenen gevel, die in 1903 na een brand gerestaureerd is.
- Bartholomeïgasthuis aan de Lange Smeestraat, uit 1367, bestaande uit een vleugel aan de straat met een haaks daarop staande kapel.
- Sint-Eloyengasthuis, Boterstraat 22. Sinds 1440 is hier het huis van het smedengilde van Sint-Eloy gevestigd. Het huis is alleen op de Landelijke Open Monumentendag geopend voor bezoekers (tweede zaterdag in september). De toegangsdeur/-poort dateert uit 1644.
- Paushuize uit 1517, gebouwd in opdracht van de uit Utrecht afkomstige paus Adrianus VI, die het echter nooit bewoond heeft. Het is een laat-gotisch gebouw met typische "speklagen" van natuursteen en baksteen.
- Sonnenborgh en Manenborgh, twee bolwerken, overblijfselen van de stadsversterking uit 1551. Sonnenborgh is thans als sterrenwacht in gebruik.
- Leeuwenberghgasthuis, een tweebeukige zaal, in 1567 gebouwd als pesthuis, later in gebruik geweest als kerk. Het poortgebouw aan de stadswal is verdwenen.
- Vleeshuis aan de Voorstraat, gebouwd in 1637, wellicht naar ontwerp van de schilder Paulus Moreelse.
- Statenkamer, de voormalige refter van het Minderbroederklooster aan het Janskerkhof met een fraaie poort uit 1643. Thans onderdeel van de Universiteit Utrecht.
- De Krakeling, Achter Sint-Pieter, woonhuis uit 1663 met vreemde ornamenten en een bijzondere deur. Gebouwd in opdracht van Everard Meyster, bekend van de Amersfoortse kei.
- Fundatie van Renswoude uit 1757 door Johan Verkerk in rococostijl. Oorspronkelijk een instelling die begaafde wezen een opleiding bezorgde. Het weelderige interieur is grotendeels in oorspronkelijke staat bewaard gebleven.
- Winkel van Sinkel aan de Oudegracht uit 1821, ontworpen door P. Adams in neoclassicistische stijl. Een van de eerste warenhuizen in Nederland, opvallend door de vier kariatiden in de voorgevel.
- Stadhuis van Utrecht op de Stadhuisbrug aan de Oudegracht, met een zware neoclassicistische gevel van natuursteen uit 1826-1847.
- Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen aan de Mariaplaats. Gebouwd op de plaats van de afgebroken Mariakerk in 1844. Clara Schumann en Johannes Brahms traden hier op. Thans conservatorium.
- Hoofdgebouw I van de Nederlandse Spoorwegen uit 1870.
- Hoofdgebouw II van de Nederlandse Spoorwegen uit 1893-95 in neorenaissancestijl door architect J.F. Klinkhamer.
- Academiegebouw aan het Domplein in neorenaissancestijl, ontworpen door E.H. Gugel en J.F. Nieuwenhuis.
- Apotheek op Voorstraat 6, het beste bewaard gebleven voorbeeld van Jugendstil in Utrecht, in 1904 gebouwd naar ontwerp van R. Rijksen Gzn.
- PhRM aan Janskerkhof 14, sociëteit van het Utrechtsch Studenten Corps, gebouwd in 1901 en ontworpen door A.H. Zinsmeister.
- Hoofdpostkantoor aan het Neude uit 1918 door J. Crouwel in de trant van de Amsterdamse School. Opvallend is de hal met zijn gebogen overspanning.
- De Inktpot, het oude Hoofdgebouw III van de Nederlandse Spoorwegen, een gigantische bakstenen kolos uit 1918-'21, ontworpen door G.W. van Heukelom. Sinds 2003 is ProRail in het gebouw gevestigd.
- Het wereldberoemde Rietveld-Schröderhuis uit 1924, ontworpen door Gerrit Rietveld. Het is het beste voorbeeld van De Stijl-architectuur. Het staat sinds 2000 op de Werelderfgoedlijst van de UNESCO
- Politiepost Tolsteeg aan de Tolsteegbrug, een gebouw uit 1926 in de trant van de Amsterdamse School. Thans filmhuis 'Louis Hartlooper Complex'.
- De Forten bij Utrecht als onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie, die sinds 1995 op de Werelderfgoedlijst van de UNESCO staat.
- Vele gebouwen op Universiteitsterrein De Uithof zijn architectonische meesterwerken. Voorbeelden hiervan zijn het Educatorium van Rem Koolhaas, de universiteitsbibliotheek van Wiel Arets, het Minnaertgebouw van Willem Jan Neutelings en De Bisschoppen van Köther-Salman Architekten.
Poorten
- Weeshuispoort aan de Springweg, gebouwd aan het begin van de zeventiende eeuw met gebruikmaking van oudere elementen
- Hofpoort aan de westzijde van de Nieuwegracht tussen Pausdam en Paulusbrug, een hardstenen poort met dorische halfzuilen (1630)
- Poort van het Bisschopshof aan de Servetstraat (1634)
Godskameren en hofjes
- Beyerskameren aan de Lange Nieuwstraat (1597-1650)
- Bruntskameren aan het Lepelenburg (1621)
- Kameren Maria van Pallaes aan de Agnietenstraat (1651)
Molens
- Rijn en Zon, een korenmolen in de Vogelenbuurt.
- De Ster, een houtzaagmolen in de wijk Lombok.
Verdwenen gebouwen
- Sint-Salvatorkerk, gesitueerd op het huidige Domplein vlak naast de Domkerk. Gesloopt in 1587 na de Reformatie en het verbod op de katholieke godsdienstuitoefening.
- Kasteel Vredenburg, de gehate dwangburcht van Karel V, gesloopt door de Utrechtse bevolking in 1577-1581.
- De Paulusabdij uit de elfde eeuw, in stappen verdwenen na de Hervorming in 1580. Enkele resten werden teruggevonden in de voormalige rechtbank aan de Hamburgerstraat.
- De Mariakerk uit de elfde eeuw, een van de mooiste romaanse kerken van Nederland, uitgebreid vastgelegd door de schilder Pieter Saenredam en gesloopt in 1811 op last van Napoleon Bonaparte. De twaalfde-eeuwse pandhof is behouden gebleven.
- Paleis Lofen, in 1040 liet de Duitse keizer Hendrik III dit paleis bouwen, het stond tussen het huidige Domplein en de Oudegracht. Het paleis werd door brand verwoest in 1253.
- Het gebouw "de Utrecht" van levensverzekeringsmaatschappij De Utrecht, een fraai voorbeeld van Jugendstil-architectuur uit 1902, ontworpen door J. Verheul, gesloopt in 1974 voor de bouw van winkelcentrum Hoog Catharijne. Verschillende elementen werden opgeslagen.
- Het vroegere Centraal Station van architect Sybold van Ravesteyn, vervangen door winkelcentrum Hoog Catharijne.
Begraafplaatsen
Begraafplaats Daelwijck uit 1967 heeft een aula die is ontworpen door architect H. Dam. Begraafplaats Tolsteeg is in 1931 aangelegd en heeft een aula van architect Gosse van der Gaast in de stijl van de Nieuwe Zakelijkheid.
Straten, lanen, grachten, pleinen en parken
- Zie ook de Lijst van gebouwen in Utrecht
- Zie ook de Lijst van hoogste gebouwen van Utrecht
Winkelen
Westelijk van het centrum ligt het station met het aangebouwde winkel- en kantorencomplex Hoog Catharijne, dat sinds het bestaat omstreden is geweest, zowel om zijn architectuur als ook de verloedering die optrad, waardoor het een vrijplaats voor druggebruikers werd. Sinds begin 2000 is er echter veel tijd en geld door de gemeente besteed om dit leefklimaat te verbeteren. In 2006 heeft men hiervoor een Nederlandse en Europese prijs gewonnen. In 2008 is er begonnen met een grootscheepse opknapbeurt van het gehele stationsgebied (zie Aanpak Stationsgebied). Zo zal de singel rondom Utrecht worden hersteld en wordt Vredenburg ingrijpend verbouwd. Ook zal er op het Smakkelaarsveld een kleine haven ontstaan die de singel weer in verbinding brengt met de Leidse Rijn. Sinds begin jaren 80 ligt aan de zuidzijde van de stad Woonboulevard Utrecht, een terrein waarop 63 winkels zijn gevestigd.
Markten
Er zijn diverse markten in Utrecht zoals:
- Breedstraat op zaterdagmorgen van 08.00 - 13.00 uur (de 'lapjesmarkt')
- Jacobskerkhof op zaterdag van 09.00 - 16.00 uur
- Janskerkhof op zaterdag van 07.00 - 17.00 uur (de bloemenmarkt)
- Plantage op woensdagmorgen van 09.00 - 13.00 uur
- Oudegracht/Bakkerbrug op zaterdag van 08.00 - 17.00 uur
- Smaragdplein op dinsdag van 09.00 - 15.00 uur
- Van Starkenborghhof op vrijdag van 09.00 - 14.00 uur
- Vredenburg op woensdag van 10.00 - 17.00 uur, op vrijdag van 10.00 - 18.00 uur en op zaterdag van 08.00 - 17.00 uur
- Zamenhofdreef op donderdagmorgen van 09.00 - 13.00 uur
Cultuur
Muziek en theater
- Het Muziekcentrum Vredenburg (1978) van Herman Hertzberger grenst aan Hoog Catharijne. Het is een van de voornaamste concertgebouwen van Nederland, met een grote en een kleine zaal. De komende jaren zal het in het kader van de reconstructie van het Utrechtse stationsgebied, in samenwerking met Tivoli en de SJU, worden verbouwd en uitgebreid tot het Muziekpaleis.
- de SJU, jazzpodium van de Stichting Jazz Utrecht
- politiek cultureel centrum ACU
- poppodium EKKO aan de Bemuurde Weerd
- poptempel Tivoli aan de Oudegracht en de nieuwe zaal aan de Helling
- Stadsschouwburg
- Theater De Paardenkathedraal in de stallen op het voormalige Veeartsenij-terrein van de Universiteit Utrecht
- Theater Huis aan de Werf
- Theater Kikker
- Beatrix Theater
- RASA, centrum dat kunst en cultuur uit alle werelddelen presenteert
- Kargadoor, centrum op de Oudegracht dat al 40 jaar cultureel, sociaal en politiek een belangrijke rol vervult in Utrecht.
- Theater De Musketon in Lunetten
Musea
- Aboriginal Art Museum
- Centraal Museum
- Centrum Beeldende Kunst Utrecht.
- Dirkje Kuik Museum
- Geldmuseum
- Museum Catharijneconvent
- Museum Maluku
- Nationaal Museum van Speelklok tot Pierement
- Nederlands Spoorwegmuseum
- Sterrenwacht Sonnenborgh
- Universiteitsmuseum
- Volksbuurtmuseum Wijk C
- Waterleidingmuseum
Evenementen en festivals
- Festival aan de Werf (theaterfestival, mei)
- Holland Animation Film Festival (Animatiefestival, november)
- Holland Festival Oude Muziek (augustus/september)
- Le Guess Who?, muziekfestival gericht op indierock en experimentele rock (eind november)
- Latin American Film Festival (LAFF), mei
- Marathon van Utrecht (maart/april)
- Nederlands Film Festival (september/oktober)
- Springdance (dansfestival, april)
- Utrecht Uitfeest (september) ter opening van het culturele seizoen
- Utrechts Literatuur Festival (eigenzinnig literatuurfestival van SLAU, oktober)
- Utrechtse Museumnacht
- Vakantiebeurs in de Jaarbeurs Utrecht
- Utrecht over Utrecht (cinema- & literatuurfestival, juni) in het Louis Hartlooper Complex
- Summer Darkness (alternatief muziekfestival, augustus)
Films in Utrecht
- De film Amsterdamned van Dick Maas werd deels geschoten in Utrecht. Bij de achtervolgingsscène in de grachten krijgen de mensen op een terras een golf water over zich heen, en dat kan alleen bij de Utrechtse grachten met hun werven op waterniveau.
- De film Minoes van Vincent Bal werd deels geschoten in Utrecht, in het midden van de Bellamystraat.
- De Utrechtse Vismarkt was een van de locaties in de films Keetje Tippel, Mariken van Nieumeghen en Kruimeltje.
- In de film Karakter komen enige Utrechtse locaties voor.
- In Phileine zegt sorry stond de woning van Phileine in de Utrechtse binnenstad, op de hoek van de Servetstraat en de Lichte Gaard. Bovendien werden er opnames gemaakt in het Wilhelminapark.
- In Het Schnitzelparadijs zijn alle scènes in en rond het restaurant opgenomen in een kantoorgebouw aan de A2, naast het hoofdkantoor van de Hema. Eén scène speelt zich af op het dakterras, met uitzicht op de snelweg.
- De film De Pretenders van Jos Stelling werd opgenomen in de Utrechtse volkswijk Verdomhoekje.
- Enkele scènes uit Zwartboek van Paul Verhoeven zijn opgenomen in de Ridderschapstraat. De oude garage in deze straat was voor de gelegenheid omgebouwd tot mortuarium.
Verkeer en vervoer
Trein
Station Utrecht Centraal is het belangrijkste spoorwegknooppunt van Nederland en heeft rechtstreekse treinverbindingen met op drie na alle andere provinciehoofdsteden (uitgezonderd zijn Lelystad, Haarlem (sinds december 2006) en Middelburg).
De eerste spoorlijn werd geopend in 1843. Dit was de lijn naar Amsterdam. In 1844-1845 volgde verbinding met Arnhem. In 1855 kwam de verbinding met Gouda – Rotterdam (vanaf 1870 ook naar Den Haag) tot stand, in 1863 die naar Amersfoort en in 1868-1870 de lijn naar Boxtel. Als laatste verbinding werd in 1874 de lijn naar Hilversum geopend.
Bus en tram
De stad Utrecht kent een zeer uitgebreid buslijnennet van het GVU. Er rijden bussen van het GVU naar Maarssen, Vleuten/De Meern en Kockengen. De meeste bussen rijden maandag tot en met zaterdag om de 10 minuten, 's avonds en op zondag om het kwartier. Utrecht is de eerste stad in Europa waar dubbelgelede bussen rijden. Zie verder: Vervoerbedrijf GVU
De Utrechtse sneltram van Connexxion rijdt vanaf het centraal station via Kanaleneiland naar Nieuwegein-zuid/IJsselstein.
Het busstation nabij Station Utrecht Centraal is het grootste busstation van Nederland.
De gemeente Utrecht werkt aan een deels voltooid HOV-Netwerk voor snelle verbindingen binnen de agglomeratie.
Auto
De stad wordt aan drie zijden omsloten door autosnelwegen. Ten westen van de stad bevindt zich de A2, ten zuiden de A12 en ten oosten de A27. Belangrijke verkeersknooppunten zijn Oudenrijn, Lunetten en Rijnsweerd. Vanaf het laatste verkeersknooppunt begint een vierde autosnelweg, de A28. Ten noorden van Utrecht wordt de ringweg sluitend gemaakt door de N230.
Deze wegen vormen samen de Ring Utrecht.
Politiek
Gekozen burgemeester
Bij een verkennend debat heeft een meerderheid van de Utrechtse gemeenteraad op 12 oktober 2006 besloten een burgemeestersreferendum te willen organiseren. Een vertrouwenscommissie uit de gemeenteraad heeft twee kandidaten geselecteerd, waarna de bevolking door middel van een stemming mocht bepalen wie de opvolger wordt van Annie Brouwer-Korf, die heeft aangegeven per 1 januari 2008 terug te treden. Voorstanders van de volksraadpleging waren PvdA, GroenLinks en D66 (in totaal 25 van de 45 zetels). Een opkomst van ten minste 30% was de voorwaarde voor de geldigheid van het referendum. Het burgemeestersreferendum vond plaats op 10 oktober 2007, de Utrechters konden kiezen uit Aleid Wolfsen en Ralph Pans, beiden lid van de PvdA.
Omdat op 1 oktober 2007 middels rechterlijke uitspraak werd vastgesteld dat de stemcomputers die bij de verkiezingen van november 2006 en maart 2007 zijn gebruikt, nooit goedgekeurd hadden mogen worden, werd er met het welbekende rode potlood gestemd in inderhaast getimmerde stemhokjes van spaanplaat.
De opkomst was slechts 9,25%, waardoor het referendum ongeldig was. Ook stemde 16,3 % blanco of ongeldig. Van de geldige stemmen kreeg Aleid Wolfsen 60,7% (13.014 stemmen) en Ralph Pans 22,9% (4914 stemmen). Utrecht is de zevende gemeente waar een burgemeestersreferendum werd gehouden, de opkomst is de laagste tot nu toe. Op donderdagochtend 11 oktober 2007 besliste de gemeenteraad om Wolfsen voor te dragen bij de regering. In de gemeenteraad werden dertig stemmen op hem uitgebracht. Pans kreeg twee stemmen en elf raadsleden brachten een blanco stem uit.
College van Burgemeester en Wethouders
Op 15 april 2006 is het collegeprogramma voor de periode 2006-2010 gepresenteerd. Het College van Burgemeester en Wethouders, geïnstalleerd op 28 april, wordt gevormd door de coalitie PvdA, GroenLinks, CDA en ChristenUnie (28 van de 45 zetels). Op 14 maart 2009 stapte GroenLinks uit het college.[12] Op 26 maart 2009 werd ChristenUnie wethouder Tymon de Weger door de raad weggestuurd.[13] Op 10 april 2009 werd de samenstelling bekendgemaakt van een nieuw college waarin de VVD de plaats van GroenLinks had ingenomen. Na de verkiezingen van 3 maart 2010 is er een nieuw college gevormd bestaande uit Groenlinks, Partij van de Arbeid, en D66 (28 zetels). Het collegeprogramma heet 'Groen, Open en Sociaal'.
De voorzitter van het College van B&W is burgemeester:
- Aleid Wolfsen (PvdA), openbare orde en veiligheid (politie, brandweer), ombudszaken, juridische zaken en bestuursinformatie, burgerzaken, utrechts archief, veiligheidshuis
Wethouders zijn:
- Rinda den Besten (PvdA), locoburgemeester, sociale zaken, werkgelegenheid, inburgering, jeugd, sport en wijkwethouder voor de wijk Overvecht
- Harrie Bosch (PvdA), ruimtelijke Ordening, wonen, Leidsche Rijn, Utrecht vernieuwt, krachtwijken, grondzaken en vastgoed Leidsche Rijn en wijkwethouder voor de wijk Vleuten-de Meern en Leidsche Rijn
- Frits Lintmeijer (Groenlinks), verkeer, cultuur, monumenten en archeologie, regiozaken, internationale zaken en wijkwethouder voor de wijk Noordwest en Zuid
- Mirjam de Rijk (Groenlinks|Groenlinks), milieu en duurzaamheid, economische zaken, financiën, openbare ruimte, groen en water en wijkwethouder voor de wijk West en Binnenstad
- Jeroen Kreijkamp (D66), onderwijs, bibliotheek, personeel, organisatievernieuwing, publieksdienstverlening, wijkgericht werken en wijkwethouder voor de wijk Noordoost en Oost
- Victor Everhardt (D66), volksgezondheid, welzijn/WMO, stationsgebied, diversiteit en wijkwethouder voor de wijk Zuidwest
Zetelverdeling gemeenteraad
De Utrechtse gemeenteraad telt 45 zetels. De zetelverdeling na de verkiezingen op 3 maart 2010 is: GroenLinks 10, PvdA 9, D66 9, VVD 7, CDA 4, SP 3, Stadspartij Leefbaar Utrecht 1, Trots Op Nederland 1, ChristenUnie 1. De samenstelling van de Utrechtse gemeenteraad vanaf 1962 is als volgt:
Gemeenteraadszetels | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Partij | 1962 | 1966 | 1970 | 1974 | 1978 | 1982 | 1986 | 1990 | 1994 | 1998 | 2000[14] | 2006 | 2010 | ||
GL | 3 | 3 | 2 | 5 | 5 | 6 | 5 | 8 | 9 | 9 | 8 | 8 | 10 | ||
PvdA | 18 | 13 | 16 | 17 | 16 | 15 | 19 | 12 | 9 | 9 | 7 | 14 | 9 | ||
D66 | - | - | 4 | 1 | 3 | 2 | 2 | 8 | 9 | 3 | 1 | 3 | 9 | ||
VVD | 4 | 5 | 6 | 9 | 6 | 10 | 7 | 5 | 6 | 6 | 5 | 5 | 7 | ||
CDA | 20 | 20 | 17 | 13 | 15 | 12 | 10 | 10 | 6 | 4 | 4 | 4 | 4 | ||
SP | - | - | - | - | - | - | 1 | 1 | 2 | 3 | 3 | 5 | 3 | ||
Leefbaar Utrecht | - | - | - | - | - | - | - | - | - | 9 | 14 | 3 | 1 | ||
Trots op Nederland - Lijst Rita Verdonk | - | - | - | - | - | - | - | - | - | - | - | - | 1 | ||
CU | - | - | - | - | - | - | - | - | - | 1 | 1 | 2 | 1 | ||
Burger en Gemeenschap | - | - | - | - | - | - | - | - | - | - | 2 | 1 | - | ||
CP(86)/CD/Nederlands Blok | - | - | - | - | - | - | - | 1 | 4 | 1 | - | - | - | ||
Overige | - | 4 | - | - | - | - | 2 | - | - | - | - | - | - | ||
Totaal | 45 | 45 | 45 | 45 | 45 | 45 | 45 | 45 | 45 | 45 | 45 | 45 | 45 |
NB.: partijen als GL, CDA en CU bestonden vroeger uit andere partijen die later zijn samengegaan in hoe ze nu heten. Vanwege de vergelijkbaarheid is de huidige naam ook voor het verleden gebruikt.
Onderwijs
Utrecht neemt binnen de provincie een belangrijke plaats in op het gebied van onderwijs. De Universiteit Utrecht (opgericht in 1636) is de grootste van Nederland, en wordt nationaal en internationaal beschouwd als een van de betere universiteiten.[15][16][17] Daarnaast telt de Domstad drie hogescholen; alle hogeronderwijsinstellingen tezamen bieden plaats aan ongeveer 65.000 studenten.[18] Verder zijn er in Utrecht een twintigtal middelbare scholen gevestigd[19] (afhankelijk van de definitie) en meer dan 80 basisscholen.
Sport
Voetbalclub FC Utrecht komt uit in de eredivisie en speelt thuiswedstrijden in Stadion Galgenwaard. De club is in haar bestaan nooit gedegradeerd. De club is ontstaan uit de fusie van drie Utrechtse voetbalclubs, DOS, USV Elinkwijk en Velox in 1970. De eerste twee bestaan nog als amateurclubs. DOS is de enige club uit Utrecht, die ooit kampioen van Nederland werd in 1958. Voor de oorlog was ook Hercules een belangrijke club, opgericht in 1882 was het de derde club in Nederland en heeft bijgedragen aan de verspreiding van het voetbal. Elinkwijk komt uit in de Zondag hoofdklasse A en werd in 1974 kampioen van Nederland bij de zondagamateurs.
Er zijn meer sportverenigingen in de stad. Kampong is qua ledental de tweede hockeyclub van Nederland en speelt bij zowel de heren en dames in de hoofdklasse. De teams zijn meermalen Nederlands kampioen geweest en hebben ook de Europacup I en II gewonnen. In 1998 werd het WK hockey voor de mannen en vrouwen gelijktijdig in Utrecht gehouden. Hiermee was het het eerste dubbeltoernooi in de hockeygeschiedenis. Bij het schaken speelt Schaakclub Utrecht in de Meesterklasse, de hoogste competitie van Nederland. De dames van Autocad Amazone Leidsche Rijn spelen basketbal op Eredivisie niveau.
Sinds 1978 wordt jaarlijks de Marathon van Utrecht georganiseerd door de stad en Leidsche Rijn. Andere evenementen, waaronder schaatswedstrijden en darts, vinden regelmatig plaats in de Vechtsebanen.
Op elke vrijdagavond vanaf begin mei tot en met eind september organiseert Stichting Utrecht Skateparade een skatetocht voor inline-skaters en skeeleraars van ongeveer 23 kilometer door Utrecht.
Bekende Utrechters
Stedenbanden
Trivia
- In 2007 werd Utrecht een Millennium Gemeente.
- Leden van het Utrechtsch Studenten Corps mogen niet onder de Domtoren doorlopen. Een lid van de studentenvereniging Veritas of Unitas (het is niet zeker van welke van de 2 verenigingen hij was) zou ooit van De Dom af gesprongen zijn en terechtgekomen op een lid van het Corps, waarna laatstgenoemde zou zijn overleden en eerstgenoemde zijn sprong overleefde. Ondanks de toevalligheden en dat er geen bewijsmateriaal is, blijft dit een hardnekkig gerucht. Tot 2003 reed buslijn 2 onder de Domtoren door. Corpsleden stapten dan ook uit bij halte Domplein en renden om de Domtoren, om bij de volgende halte weer in te stappen.
- Utrecht is het centrum van zowel de oudkatholieke als de rooms-katholieke kerk. Beide hebben een kathedraal en priesteropleiding in de stad.
- In de proloog van de Historie van Malegijs (Jan van Ghelen, Antwerpen 1556) lezen wij dat Mayansen (d.i. het Duitse Mainz) de oude naam van Utrecht was. Onduidelijk is hoe deze contaminatie kon plaatsvinden.
Afbeeldingen
-
Satellietfoto Utrecht van vòòr 1996
-
Kaart van de stad Utrecht in vermoedelijk 1865
-
Kaart van de gemeente Utrecht in 1865
-
Utrechtse binnenstad, gezien vanuit Hoog Catharijne
-
Oorlogsmonument (WO2) bij de Dom
-
De Oudegracht gezien vanaf de Domtoren
-
FC Utrecht-stadion gezien vanaf de Domtoren
-
Uit de gracht opgeviste fietsen.
Zie ook
Externe links
- ↑ Het ontstaan van de stad Utrecht (tot 100), Het Utrechts Archief
- ↑ Nicoline van der Sijs (2001), Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, blz. 100, Uitgeverij L.J. Veen, Amsterdam/Antwerpen, ISBN 90-204-2045-3
- ↑ Utrechter, Utrechtenaar - artikel op NRC.nl
- ↑ Vroeger kwamen homo's uit Utrecht - nltaal.blog
- ↑ De geschiedenis van “De Baliekluiver”, Stadsavonturen
- ↑ E.J. van Ginkel (1997), Utrecht anno 47 in Jaarboek Oud- Utrecht 1997, Casparie, ISBN 90-71108-15-5
- ↑ a b Utrecht telt 300.000 inwoners, Algemeen Dagblad, 12 januari 2009
- ↑ Bevolkingsprognose Over 10 jaar 350.000 Utrechters
- ↑ Artikel NRC Handelsblad 8 juli 2008, Randstad groeit, platteland krimpt
- ↑ Voor de getallen tot 1623, behalve 1525 en 1600: Van de Hoven van Genderen en Rommes, 'Rijk en talrijk', in Jaarboek Oud-Utrecht, 1995, p. 53-85; voor de getallen van 1525, 1600, 1650 tot 1890 en 1970: De Bruin e.a., Een paradijs vol weelde, geschiedenis van de stad Utrecht, Utrecht, 2000, p. 249 e.a.; voor de getallen van 1900 tot 1960: Blijstra, 2000 jaar Utrecht, Utrecht/Antwerpen, 1969, p. 215; voor het getal van 1980: Kroniek over het jaar 1980, in Jaarboek Oud-Utrecht, 1981; voor de getallen na 1980: http://statline.cbs.nl/
- ↑ Werkgroep kadastrale atlas provincie Utrecht (2000) Kadastrale Atlas provincie Utrecht 6. Utrecht in 1832. Grondgebruik en eigendom. Laren: Drukkerij van Wijland B.V.
- ↑ Coalitie in Utrecht gevallen op nrc.nl
- ↑ nu.nl/algemeen | Utrechtse wethouder weggestuurd
- ↑ Verkiezingsuitslagen Gemeentearchief: Wegens gemeentelijke herindeling waren er vervroegde verkiezingen
- ↑ Times Higher Education 2008
- ↑ Top 100 European Universities, Shanghai Jiao Tong Universiteit.
- ↑ Utrecht heeft beste universiteit van het land, Elsevier.nl
- ↑ Utrecht bij de hand Gemeente Utrecht (2008)
- ↑ Welke scholen zijn er in Utrecht? KijkOpOnderwijs.tv