Bijzondere biologie

Deel van een serie artikelen over

De snuitkever Diaprepes abbreviatus is een voorbeeld van een insect.
Een snuitkever (Diaprepes abbreviatus)
–– Biochemie & fysiologie ––
Biochemie · Biofysica · Fysiologie · Immunologie · Moleculaire biologie · Neurobiologie · Ontwikkelingsfysiologie · Stofwisseling · Toxicologie
–– Genetica ––
Genetica · DNA · Epigenetica · Gen · Populatiegenetica · RNA · Mutatie
–– Morfologie & anatomie ––
Anatomie · Celbiologie · Embryologie · Histologie · Microbiologie · Morfologie · Ontwikkelingsbiologie · Plantenanatomie
–– Ecologie & gedrag ––
Ecologie · Ethologie · Hydrobiologie · Mariene biologie · Populatiebiologie · Vegetatiekunde
–– Systematiek & evolutie ––
Bio-informatica · Cladistiek · Evolutiebiologie · Paleontologie · Systematiek · Taxonomie
–– Bijzondere biologie ––
Botanie · Bryologie · Entomologie · Fycologie · Herpetologie · Lichenologie · Malacologie · Microbiologie · Mycologie · Ornithologie · Pteridologie · Virologie · Zoölogie

Portaal Portaalicoon Biologie

Bijzondere biologie is een wat oudere term voor de biologische vakgebieden die betrekking hebben op de systematiek van de soorten en van bepaalde taxonomische groepen.

Onderdelen bewerken

Bijzondere biologie beschrijft van bepaalde taxonomische groepen als soorten, geslachten of families de (bio)systematiek, de biogeografie, de morfologie en de anatomie, de ecologie en bij dieren het gedrag.

Onder (bio)systematiek vallen de natuurlijke verwantschapsbetrekkingen, inclusief de levenscyclus en de voortplanting, de afstammingsgeschiedenis (de fylogenie of de evolutie en het ontstaan van de biodiversiteit), het verspreidingsgebied, hun plaats in het systeem (soort, geslacht, familie en verwantschappen) en hun naamgeving: de taxonomie en de nomenclatuur.

Voorbeelden de bestudeerde hoofdgroepen in de "klassieke" indeling zijn plantkunde, dierkunde en microbiologie.

Plantkunde bewerken

Botanie of plantkunde (studie van de planten in wijde omgrenzing) omvat algologie of fycologie, bryologie, lichenologie en mycologie, pteridologie en de studie van de zaadplanten.

Fycologie bewerken

Algologie of fycologie is de studie van wieren of algen, waaronder de roodwieren, de bruinwieren en de groenwieren vallen. Deze groepen vertonen een grote verscheidenheid aan levescycli. De bouw loopt uiteen van eencellige tot meercellige planten van soms grote afmetingen (zoals kelp).

Mycologie en lichenologie bewerken

Mycologie is de studie van de schimmels, lichenologie is de studie van korstmossen. De korstmossen worden gerekend tot de schimmels, het zijn schimmels met een bijzondere, symbiotische levenswijze samen met algen hebben.

Bryologie bewerken

Onder bryologie valt de studie van levermossen, mossen en hauwmossen, groepen die in het verleden samen werden genomen. Deze groepen van kleine plantjes komen overeen in het feit dat het plantje de haploïde gametofyt is.

Pteridologie en zaadplanten bewerken

Onder de studie van de vaatplanten valt de pteridologie (dit betreft de groepen Lycopodiopsida (wolfsklauwen) en Polypodiopsida (varens)) en de studie van de zaadplanten met onder andere de naaktzadigen en de bedektzadigen (bloemplanten).

Dierkunde bewerken

Zoölogie of dierkunde (studie van de dieren) omvat:

Microbiologie bewerken

Microbiologie (studie van micro-organismen) omvat onder andere: