Doodweg

pad of weg van een nederzetting zonder begraafplaats naar de dichtstbijzijnde begraafplaats
Dit artikel gaat over begrafeniswegen. Voor gevaarlijke wegen zie Dodenweg

Een doodweg, dodeweg, dooweg, helweg, lijkweg, noodweg of reeweg (laatstgenoemde in Drenthe) is een weg (vaak niet meer dan een pad) tussen plaatsen zonder kerkhof en de dichtstbijzijnde begraafplaats, die door overlevering van geslacht op geslacht voor ieder gehucht en zelfs voor iedere hoeve was vastgelegd.[1] Het lijkt hiermee veel op het kerkpad. Het is de weg die men gebruikte om een dode naar zijn laatste rustplaats te brengen. Daaraan waren doorgaans vele riten en tradities verbonden.

Lijkweg naar de kerk in Augsbuurt, Friesland

Het verhaal gaat dat deze doodwegen zijn aangelegd in de tijd van Karel de Grote, om het volk af te houden van heidense begraafplaatsen. Er wordt wel beweerd dat de wegen helwegen werden genoemd, omdat het de weg naar de hel betrof, waarlangs de zielen gingen, al lijken dit verklaringen die achteraf aan het fenomeen zijn gekoppeld.[2]

Voorbeelden

bewerken

Leylijnen

bewerken

Volgens wichelroedelopers zouden de doodwegen gesitueerd zijn op leylijnen. Daarom zouden deze wegen kaarsrecht in het landschap liggen, waarbij er tevens bruggen op deze lijnen lagen. In de werkelijkheid blijken deze wegen echter vaak bochtiger te zijn dan deze theorie doet voorstellen.