Langlaufen op de Olympische Winterspelen

sportevenement op de Olympische Spelen

De olympische sportdiscipline langlaufen staat sinds de eerste editie van de Olympische Winterspelen in 1924 op het programma.

Samen met de olympische sportdisciplines alpineskiën, freestyleskiën, noordse combinatie, schansspringen en snowboarden wordt het langlaufen georganiseerd door de Fédération Internationale de Ski (FIS) onder auspiciën van het Internationaal Olympisch Comité.

Edities

bewerken
Spelen Jaar Gaststad / Gastland Plaats Accommodatie(s) Datum Landen Sporters Ond. Winnaar medaillespiegel
Totaal M V
XXV 2026   Milaan en Cortina d'Ampezzo, Italië Tesero Stadio del fondo di Lago di Tesero 6–22 februari 12
XXIV 2022   Peking, China Zhangjiakou National Cross-Country Centre Guyangshu 5–20 februari 52 296 148 148 12   Noorwegen
XXIII 2018   Pyeongchang, Zuid-Korea Pyeongchang Alpensia Cross-Country Skiing Centre 10–25 februari 65 316 182 134 12   Noorwegen
XXII 2014   Sotsji, Rusland Krasnaja Poljana Laura Biathlon & Ski Complex 8–23 februari 64 298 173 125 12   Noorwegen
XXI 2010   Vancouver, Canada Whistler Whistler Olympic Park 15–25 februari 55 292 162 129 12   Noorwegen
XX 2006   Turijn, Italië Pragelato Pragelato Plan 11–26 februari 53 307 183 124 12   Zweden
XIX 2002   Salt Lake City, Verenigde Staten Midway Soldier Hollow 9–24 februari 53 260 153 107 12   Noorwegen
XVIII 1998   Nagano, Japan Hakuba Snow Harp 8–22 februari 37 228 126 102 10   Rusland
XVII 1994   Lillehammer, Noorwegen Lillehammer Birkebeineren-Skistadion 13–27 februari 35 197 117 80 10   Noorwegen
XVI 1992   Albertville, Frankrijk Hauteluce Les Saisies 9–22 februari 40 223 139 84 10   Noorwegen
XV 1988   Calgary, Canada Calgary Canmore Nordic Centre 14–27 februari 35 197 120 77 8   Sovjet-Unie
XIV 1984   Sarajevo, Joegoslavië Hadžići Igman, Veliko Polje 9–19 februari 32 179 114 65 8   Finland
XIII 1980   Lake Placid, Verenigde Staten Lake Placid Cross Country Biathlon Center 14–23 februari 24 131 86 45 7   Sovjet-Unie
XII 1976   Innsbruck, Oostenrijk Seefeld in Tirol Olympiaregion Seefeld 5–14 februari 24 165 114 51 7   Sovjet-Unie
XI 1972   Sapporo, Japan Sapporo Makomanai-Park 4–13 februari 24 152 104 48 7   Sovjet-Unie
X 1968   Grenoble, Frankrijk Autrans-Méaudre en Vercors Autrans 7–17 februari 25 147 110 37 7   Noorwegen
IX 1964   Innsbruck, Oostenrijk Seefeld in Tirol Olympiaregion Seefeld 30 januari – 8 februari 24 151 113 38 7   Sovjet-Unie
VIII 1960   Squaw Valley, Verenigde Staten Squaw Valley McKinney Creek Stadium 19–27 februari 19 112 88 24 6   Zweden
VII 1956   Cortina d'Ampezzo, Italië Pragelato Stadio della neve 27 januari – 4 februari 20 150 109 41 6   Sovjet-Unie
VI 1952   Oslo, Noorwegen Holmenkollen Holmenkollen 18–23 februari 18 137 117 19 4   Finland
V 1948   Sankt Moritz, Zwitserland Sankt Moritz Stazerwald 31 januari – 7 februari 15 106 106 3   Zweden
- 1944 Toegekend aan Cortina d'Ampezzo, maar afgelast vanwege de Tweede Wereldoorlog
- 1940 Toegekend aan Sapporo, maar afgelast vanwege de Tweede Wereldoorlog
IV 1936   Garmisch-Partenkirchen, Duitsland Garmisch-Partenkirchen Olympia-Skistadion 10–15 februari 22 109 109 3   Zweden
III 1932   Lake Placid, Verenigde Staten Lake Placid James B. Sheffield Olympic Skating Rink 10–13 februari 11 58 58 2   Finland
II 1928   Sankt Moritz, Zwitserland Sankt Moritz Olympia-Skistadion 14–17 februari 15 74 74 2   Noorwegen
I 1924   Chamonix-Mont-Blanc, Frankrijk Chamonix-Mont-Blanc Stade Olympique de Chamonix 30 januari – 2 februari 12 59 59 2   Noorwegen

Onderdelen

bewerken
Onderdeel 24 28 32 36 48 52 56 60 64 68 72 76 80 84 88 92 94 98 02 06 10 14 18 22 Totaal
Mannen Korte afstand (*) 24
Lange afstand (50 km) 24
Estafette 21
Achtervolging/skiatlon 9
Sprint 6
Teamsprint 5
Vrouwen Korte afstand (*) 16
Lange afstand (*) 11
Estafette 18
Achtervolging/skiatlon 9
Sprint 6
Teamsprint 5
Totaal 2 2 2 3 3 4 6 6 7 7 7 7 7 8 8 10 10 10 12 12 12 12 12 12 181
Afgevoerde
onderdelen
Middenafstand (*) (m) 13
Middenafstand (*) (v) 14
(*) variable afstanden (zie voor specificatie op Lijst van olympische medaillewinnaars langlaufen).

Medaillewinnaars

bewerken
  Zie Lijst van olympische medaillewinnaars langlaufen voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Succesvolste olympiërs

De 'succesvolste olympiër' bij het langlaufen is de Noorse Marit Bjørgen die op de Spelen van 2018 haar landgenoot en biatleet Ole Einar Bjørndalen afloste als 'succesvolste winterolympiër' aller tijden. Zij behaalde acht gouden, vier zilveren en drie bronzen medailles op zes verschillende onderdelen. Haar totaal van vijftien medailles is ook het grootste aantal door een winterolympiër behaald. In 2018 loste ze eveneens haar landgenoot Bjørn Dæhlie als 'succescolste' langlaufer, die acht gouden en vier zilveren medailles won op vijf onderdelen. Naast Bjørgen en Dæhlie wonnen tien andere langlaufers (m/v) ten minste vier gouden medailles.

P Olympiër Land Editie(s)       T Onderdeel
1 Marit Bjørgen   NOR 2002-2018 8 4 3 15 10 km (3), 30 km (3), achtervolging (3), sprint (1), team sprint (2), estafette (3)
2 Bjørn Dæhlie   NOR 1992-1998 8 4 0 12 10 km (2), 30 km (2), 50 km (2), achtervolging (3), estafette (3)
3 Ljoebov Jegorova   URS 1992-1994 6 3 0 9 5 km (2), 15 km (2), achtervolging (2), 30 km (1), estafette (2)
4 Larisa Lazoetina   RUS 1992-1998 5 1 1 7 5 km (1), 15 km (1), 30 km (1), achtervolging (1), estafette (3)
5 Thomas Alsgaard   NOR 1994-2002 5 1 0 6 30 km (1), achtervolging (2), estafette (3)
6 Raisa Smetanina   URS 1976-1992 4 5 1 10 km (2), 10 km (3), 20 km (2), estafette (3)
7 Sixten Jernberg   SWE 1956-1964 4 3 2 9 15 km (3), 30 km (2), 50 km (2), estafette (2)
8 Galina Koelakova   URS 1968-1980 4 2 2 8 5 km (2), 10 km (2), estafette (4)
9 Gunde Svan   SWE 1984-1988 4 1 1 6 15 km (1), 30 km (1), 50 km (2), estafette (2)
10 Nikolaj Zimjatov   URS 1980-1984 4 1 0 5 30 km (2), 50 km (1), estafette (2)
11 Thomas Wassberg   SWE 1980-1988 4 0 0 4 15 km (1), 50 km (1), estafette (2)
Dario Cologna   SUI 2010-2018 4 0 0 4 15 km (3), achtervolging (1)

Medaillespiegel

bewerken

Tot en met de Olympische Winterspelen van 2018.

 Plaats  Land NOC   Goud   Zilver   Brons Totaal
1   Noorwegen NOR 47 42 32 121
2   Zweden SWE 31 25 24 80
3   Sovjet-Unie URS 25 22 21 68
4   Finland FIN 21 25 34 80
5   Rusland RUS 14 10 9 33
6   Italië ITA 9 13 13 35
7   Estland EST 4 2 1 7
8   Zwitserland SUI 4 0 4 8
9   Gezamenlijk team EUN 3 2 4 9
10   Duitsland GER 2 9 4 15
11   Polen POL 2 1 2 5
12   DDR GDR 2 1 1 4
13   Canada CAN 2 1 0 3
14   Tsjechië CZE 1 5 3 9
15   Oostenrijk AUT 1 2 2 5
16   Kazachstan KAZ 1 2 1 4
17   Verenigde Staten USA 1 1 0 2
18   Olympische atleten uit Rusland OAR 0 3 5 8
19   Tsjecho-Slowakije TCH 0 1 4 5
20   Frankrijk FRA 0 1 3 5
21   Slovenië SLO 0 0 2 2
22   Bulgarije BUL 0 0 1 1
Totaal 170 168 170 508
In 2002 werd er op het onderdeel mannen achtervolging tweemaal goud uitgereikt en geen zilver.
In 2018 werd er op het onderdeel vrouwen 10 kilometer vrijestijl tweemaal brons uitgereikt.