Portaal:Dagelijks leven/Uitgelichtdagelijksleven

Deze pagina geeft een overzicht van alle uitgelichte artikels en/of afbeeldingen op het portaal Dagelijks leven. Voor elke dag van de maand is er zo'n artikel en/of afbeelding. Voel u vrij om deze te bewerken door de bijhorende bewerk-link te volgen.
Uitgelicht vandaag (19 april)
Een huishouding, geschilderd door Jan Steen

Onder een huishouden wordt verstaan een woongemeenschap, economische eenheid, huisgezin of huisadres.

Met het huishouden doen, bedoelt men de activiteiten die worden ondernomen om een leefsituatie van één of meer personen in stand te houden. De leefsituatie zelf wordt dan ook vaak aangeduid als een huishouding.

Het ritme van het huishouden wordt gedicteerd door de dagelijkse beslommeringen, de al dan niet gezamenlijk genuttigde maaltijden der gezinsgenoten, de jaarlijks terugkerende feesten en feestjes, de toilet en de badkamer worden vies en weer schoongemaakt. In de huishoudens worden kinderen geboren, mensen zijn ziek en worden beter en mensen sterven er. Een huishouden fungeert dan achtereenvolgens als geboortehuis, ziekenhuis en sterfhuis. Deze gebeurtenissen kunnen ook plaatsvinden in een ziekenhuis of hospitaal. Jongvolwassenen verlaten het huis om elders een huishouden te stichten of worden deelgenoot van een ander huishouden.

Ga naar dag
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31


Dag 1
Zwitsers zakmes

Een Zwitsers zakmes is een multifunctioneel hulpmiddel.

Het is een zakmes met eventueel, afhankelijk van de uitvoering, andere hulpmiddelen, zoals een schaar, een getand mes, pincet, blikopener en schroevendraaier. Deze zitten opgevouwen in het handvat van het mes en kunnen met een draaiende beweging worden geopend. Vele verschillende types Zwitserse zakmessen zijn verkrijgbaar, met verschillende hulpmiddelcombinaties voor specifieke taken (speciale gereedschappen zijn o.a. een hoogtemeter, een klok, een lampje, een pen of een aansteker).

Er zijn ook vele goedkope imitaties, gewoonlijk uit China.


[bewerk]

Dag 2
Opengewerkte toilethouder

Een toiletblok is een desinfecterend blokje dat wordt gebruikt in toiletten. Het geheel bestaat meestal uit een plastic houder waarin een geurafscheidend en in water oplosbaar blokje zit. De houder wordt aan de rand van de toiletpot bevestigd met een eenvoudige klem.

Het blokje bestaat meestal uit een vaste, maar kneedbare substantie en soms uit een soort gel, die via kleine poriën in de houder kan worden afgegeven. De blokjes of de gel kunnen kleurloos zijn of een typische groene of blauwe kleurstof bevatten.

Behalve het feit dat deze blokjes desinfecterend werken en een lekkere geur verspreiden, helpen de meeste ook tegen ketelsteen (CaCO3) in de toiletpot.


[bewerk]

Dag 3
Een fles shampoo

Met shampoo - een uit het Hindi afkomstig woord - wordt een product bedoeld, meestal in vloeibare vorm, dat bedoeld is om haar te wassen of te reinigen.

Een shampoo dient veel schuim te ontwikkelen om stof en vuil van de haren en hoofdhuid te verwijderen door af te spoelen met water, zonder evenwel de natuurlijke oliën die het haar beschermen mee te verwijderen. Er zijn vele verschillende shampoos voor verschillende haartypes, bijvoorbeeld anti-roos-shampoo, babyshampoo (niet prikkelend voor de ogen) en nog veel meer soorten. Shampoo wordt soms in poedervorm gemaakt.

Voor honden, katten of andere huisdieren bestaan er eveneens shampoos, soms met insecticides om vlooien en dergelijke te bestrijden.


[bewerk]

Dag 4
Een tube tandpasta

Tandpasta is een stof waarmee de tanden gepoetst kunnen worden. In vroegere tijden poetsten de mensen ook al hun tanden, echter niet met echte tandpasta en een tandenborstel maar met een takje van een geneeskrachtige boom of plant. Ook zout werd wel gebruikt om tanden mee te poetsen.

In delen van Afrika poetsen arme mensen nog steeds hun tanden met een takje omdat tandpasta te duur is. De oude Egyptenaren poetsten hun tanden met as gemengd met kruiden. Ook arme mensen poetsten hun tanden vroeger met as.

Heden ten dage gebruikt men tandpasta voor de dagelijkse mondhygiëne, met als hulpmiddel de tandenborstel.

Voor tandpasta voor jonge kinderen en kinderen in de wisselfase worden vaak minder agressieve grondstoffen gebruikt dan in gewone tandpasta. Dat is nodig omdat melkgebitten andere bescherming behoeven dan de blijvende tanden en kiezen en ook omdat sommige jonge kinderen de neiging hebben om tandpasta te eten. Wellicht heeft dat dan weer te maken met het feit dat kindertandpasta meestal een lekker zoete vruchtensmaak een vrolijke kleur heeft.


[bewerk]

Dag 5
Kasteeltuin in de Portugese stad Castelo Branco

Een tuin is een (vaak afgesloten) stuk grond waar siergewassen, groente en/of kruiden worden verbouwd.

Met het ontstaan van de eerste vaste woonplaatsen, verschenen ook de eerste akkertjes. Om vernieling en vraat van dieren en gewassen te voorkomen werd er een dichte, vaak stekelige beplanting, eromheen geplaatst. Omdat in Nederland de wilg, de hazelaar en de meidoorn van nature veel voorkomen, werden deze vaak gebruikt als omheining. Het ging dan om de twee- of driejarige takken daarvan: deze zijn soepel en buigzaam genoeg om ermee te kunnen vlechten. Zo'n omheining noemde men een tuun of een tuin. In het verwante Duits betekent Zaun nog steeds 'omheining'. Later ging de naam van de omsluiting over op het omsloten terrein zelf.

Bij de bouw van kloosters werd vaak een ommuurde tuin aangelegd voor het verbouwen van onder andere medicinale kruiden.

In Nederland zijn tuinen vaak door schuttingen afgesloten stukken grond waar men recreëert. In tuincentra worden siergewassen verkocht en gereedschappen.


[bewerk]

Dag 6
Een moderne houtskoolbarbecue

Een barbecue (afgekort: BBQ of bbq; vaak foutief als "barbeque" geschreven) is een gebruiksvoorwerp waarmee men vlees en andere voedingsproducten kan bereiden door deze te roosteren. Deze kooktechniek wordt ook wel barbecueën genoemd.

Vaak worden de warmte en het vuur van een barbecue, die nodig zijn om te roosteren, gemaakt door houtskoolbriketten aan te steken. Een scheutje spiritus vooraf over de houtskool wordt daarbij soms als hulp gebruikt. Er zijn gevallen bekend waarbij onzorgvuldig gebruik hiervan brandwonden heeft veroorzaakt. Er zijn tegenwoordig ook elektrische en gasbarbecues, die binnen kunnen gebruikt worden.

Voor de barbecue wordt vaak vlees, gevogelte en vis gebruikt.


[bewerk]

Dag 7
Badhanddoek

Een handdoek is een doek (meestal gemaakt van badstof) om de handen na het wassen mee af te drogen. De doek wordt ook gebruikt om het lichaam mee te drogen. Met dit onderscheid dat een keukenhanddoek, meestal kleiner en vierkant (circa 50 x 50 cm), alleen bedoeld is om de handen af te drogen en een (bad)handdoek groter is en meestal een rechthoekige vorm heeft van minimaal 50 x 90 cm. Ook de stof van een keukenhanddoek en een badhanddoek verschilt.

Extra grote handdoeken, badhanddoeken genaamd, worden ook gebruikt om het lichaam mee te omhullen na een bad of douche. Badhanddoeken zijn ook handig op het strand, om op te gaan liggen in plaats van in het zand, en worden dan soms badlaken of strandlaken genoemd.


[bewerk]

Dag 8
Grafiet potloden

Een potlood is een soort tekengerei. Het bestaat uit een stift, gemaakt uit een mengsel van grafiet en klei, met een houten omhulsel. Het mengsel voor de stift wordt in een oven gebakken. Veel klei en weinig grafiet geeft een hard potlood, veel grafiet en weinig klei geeft een zacht potlood.

De naam komt van de voorganger van het grafietpotlood: de loodstift (het lood werd in een pot gesmolten), de goedkopere tegenhanger van de zilverstift. Vanaf de 17e eeuw werden er al potloden gemaakt bestaande uit een kern van vrij hard mineraal grafiet in een houten omhulsel, meestal gebruikt om tekens aan te brengen (vandaar de naam "tekenpotlood") maar ook om in kunstzinnige zin mee te "tekenen".

Het potlood met een stift van grafiet en klei is in 1794 uitgevonden door de Fransman Nicolas-Jacques Conté. In januari 1795 verkreeg hij het Franse patent nº32 en begon de productie van het CONTÉ-potlood. Door de hoeveelheid klei te variëren kon hij een reeks potloden produceren van verschillende hardheid. Dit materiaal verdrong de echte loodstift bijna volledig. De Amerikaan Hymen L. Lipman uit Philadelphia patenteerde op 30 maart 1858 het potlood met een gommetje aan het eind (het patent werd in 1875 door het Amerikaanse Hooggerechtshof ongeldig verklaard omdat het geen nieuwe uitvinding betrof doch slechts de combinatie van twee reeds bestaande dingen).


[bewerk]

Dag 9
Een roker leeft gemiddeld korter dan iemand die niet rookt

Roken is het door middel van inhaleren nuttigen van de rook van smeulende tabak. Hoewel de term ook wel gebruikt wordt voor andere genotmiddelen, wordt indien er geen verdere aanduiding gegeven wordt, tabak bedoeld. Tabak, in het bijzonder in gerookte vorm, is een van de meest gebruikte drugs. Het verslavende effect wordt veroorzaakt door de stof nicotine.

Anders dan de meeste andere drugs, is de verkoop van tabak niet verboden, hoewel er wel hoge accijns op wordt geheven, en het roken ook anderszins wordt ontmoedigd, bijvoorbeeld in Nederland via de Tabakswet die sinds 1 januari 2004 iedere werknemer het recht geeft op een rookvrije werkplek.

Voor de oorspronkelijke bewoners van het Amerikaanse continent is het roken van tabak al zeer lang een onderdeel van de cultuur. Van de Maya's is bekend dat ze rond 500 al rookten. Aan het einde van de 15e eeuw brachten ontdekkingsreizigers het gebruik van tabak naar Europa, waarna het zich verder over de wereld verspreidde.


[bewerk]

Dag 10
Automatiek in Delfshaven

Een automatiek is een in de jaren '50 van de 20e eeuw ontstane vorm van zelfbedienings- snackrestaurant. De kroketten, frikandellen, nasiballen, bamihapjes en andere frituursnacks worden achter een muur met verwarmde vakjes klaargelegd. De vakjes zijn verbonden met een muntautomaat.

Na het inwerpen van het juiste bedrag kan een vakje worden geopend en de snack uit het vakje worden gehaald. Vaak is naast de muur met vakjes een open hal met enkele tafeltjes aanwezig waar de snacks genuttigd kunnen worden. De populaire uitdrukking voor het eten in een automatiek is "uit de muur eten". Tegenwoordig is de zelfbedienings-automatiek vooral aanwezig in combinatie met bediende snackbars. Bij snackbarketen Febo speelt de automatiek een grote rol. Ook bij veel grote tankstations wordt deze methode toegepast om snacks te verkopen. Dit komt echter in België weinig of niet voor. Het is eerder een Nederlands fenomeen. De reden hiervoor is dat in Nederland diensten (leveringen via de snackbar) belast zijn met 19% btw en levensmiddelen (in dit geval uit de muur) belast zijn met 6% btw. Dus de kroket uit de muur kan goedkoper geleverd worden of met meer winst verkocht.


[bewerk]

Dag 11
Detail van blikopener met snijwiel

Een blikopener is een stuk gereedschap voor het openen van blikken, meestal gebruikt in de keuken voor het openen van conservenblikken met voedsel zoals soep, fruit of groente.

Er bestaan verschillende soorten blikopeners:

  • De meest eenvoudige: een speciaal gevormd mesje zonder bewegende delen, soms in een zakmes.
  • Een opener met een scherp deel, een kartelwiel dat tegen de opstaande rand van het blik drukt en een vleugel die aan dit wiel is bevestigd.
  • Een blikopener met een snijwieltje, een scherp wiel dat door het metaal heen wordt gedrukt.
  • Luxe blikopeners, ook met een snijwiel, maar die elektrisch worden aangedreven.

De eerste conservenblikken, uitgevonden in 1810, waren zo zwaar uitgevoerd, dat ze moeilijk te openen waren. Pas nadat blikken van dunner metaal werden gemaakt, zo'n 50 jaar later, werden er ook speciale openers voor blik ontwikkeld.

[bewerk]

Dag 12

Een stoppelbaard is een baard waarvan de haren slechte enkele millimeters lang zijn, alsof deze pas een à twee dagen oud is. De stoppelbaard geeft een licht nonchalante uitdrukking, die juist daarom tegenwoordig wordt gewaardeerd. Het geeft de indruk: "Ik verzorg mij wel, maar ik heb het te druk om mij elke dag te scheren." Er zijn speciale baardtrimmers om zo'n baard te onderhouden. In de tijd dat men slechts eenmaal per week naar de kapper (barbier, scheerbaas) ging om zich te laten scheren, was de stoppelbaard een teken van armoede. Alleen rijke mannen lieten zich dagelijks scheren.


[bewerk]

Dag 13
Wikipediaan aan de afwas

Door de afwas te doen wordt het vuile serviesgoed en bestek schoongemaakt. Dat we daarbij een afwasteil gebruiken heeft te maken met het feit dat de gootstenen vroeger heel groot waren, om er bijvoorbeeld kleding in te wassen.

Met de hand afwassen geschiedt als volgt: Eerst wordt de afwas enigszins voorgesorteerd. De voedselresten worden van borden, pannen en schalen verwijderd. Traditioneel gebeurt het afwassen op een bepaalde volgorde, het minst vuile servies eerst, dat wil zeggen de glazen en bekers, daarna in volgorde van vervuiling de borden, het bestek en de pannen.

Sommige mensen spoelen de afwas eerst voor onder stromend water, voordat ze het met afwasmiddel afwassen. Er wordt zo heet mogelijk water gebruikt, omdat daarmee het afwassen beter geschiedt. Elk af te wassen voorwerp wordt met de ene hand volledig ondergedompeld, met de andere hand schoongeborsteld. Indien nodig worden aangekoekte voedselresten met een schuurspons verwijderd. In enkele gevallen is het moeilijk om vlekken te verwijderen, bijvoorbeeld theeaanslag. Een klein beetje bleekwater kan dat verhelpen, dit moet echter goed worden nagespoeld. Sommige mensen spoelen de afwas na, zodat zeepresten worden verwijderd, voordat de afwas wordt afgedroogd.


[bewerk]

Dag 14

Een wasdroger is een apparaat om vochtig textiel mee te drogen, bijvoorbeeld kleding die net is gewassen. De vochtige kleding wordt in een trommel gedaan. Deze trommel draait rond terwijl er warme lucht doorheen geblazen wordt. In Nederland heeft ongeveer 60% van de huishoudens een wasdroger. De wasdroger wordt vaak op of naast de wasmachine geplaatst.

Jaarlijks ontstaan in Nederland enkele honderden woningbranden door het gebruik van wasdrogers. Volgens verzekeringsmaatschappij Interpolis, was dat de oorzaak van 5% van de bij haar gemeldde woningbranden. De totale schade per jaar in Nederland wordt geschat op zo'n vijf miljoen euro.


[bewerk]

Dag 15

Een magnetron (Vlaams: microgolf) is de Nederlandse benaming voor een soort oven waarin met microgolfstraling voedsel verwarmd of gekookt kan worden. Nederland is waarschijnlijk het enige land waar de oven genoemd is naar de interne component die de microgolfstraling opwekt. In de meeste andere landen is de naam gebaseerd op de werking van de oven, de microgolven. Sinds ongeveer 1980 behoort de magnetron tot de standaardinventaris van een keuken.


[bewerk]

Dag 16
Armband met opaal

Opaal is amorfe SiO2·nH2O, (gehydrateerd siliciumdioxide) met een waterpercentage van soms wel 20%. Opaal kan allerlei kleuren hebben, variërend van wit tot blauw en zwart. De kleurenrijkdom van opaal wordt veroorzaakt door interferentie en diffractie van licht dat door minieme, regelmatig gerangschikte openingen.


[bewerk]

Dag 17
Schoolgebouw in Utrecht

Een schoolgebouw is het gebouw waarin een school is gevestigd.

Een school moet zodanig ontworpen zijn dat het de ideale leeromgeving vormt voor leerlingen. Dit is het best haalbaar door ruime lokalen met veel lichtinval en rustig kleurgebruik. Onderzoek heeft uitgewezen dat leerlingen zich in zo'n omgeving het beste kunnen concentreren.

Er zijn voornamelijk standaardlokalen waarin theoretische vakken gegeven kunnen worden. Maar er moet ook rekening gehouden worden met de praktijkgerichte vakken, zoals techniek, gym en handvaardigheid. Die 'bijzondere' lokalen moeten zodanig zijn ingericht dat er geen problemen kunnen ontstaan bij het geven en volgen van dat vak.

Verder zal het schoolgebouw voorzien moeten zijn van administratieve ruimtes, vergaderzalen, kamers voor vakgroepen, kamers voor hogere functies, een mediatheek en natuurlijk gemeenschappelijke ontspanningsruimtes voor zowel leraren als leerlingen (kantines). Catering is daarbij gewenst. Toiletten, bergruimtes, fietsenstallingen en een schoolplein zijn vanzelfsprekend ook nodig.


[bewerk]

Dag 18
Een taart met kaarsjes

De verjaardag is de dag waarop men jaarlijks verjaart, dus de datum waarop men geboren is. De verjaardag van iemand die ooit op 19 april geboren is valt dit jaar op 19 april 2024. In veel culturen is het gebruikelijk om de verjaardag te vieren. Het vieren van een verjaardag kan ook betrekking hebben op bijvoorbeeld de oprichtingsdatum van een bedrijf of vereniging. Men spreekt dan vaak van een jubileum of een lustrum. Er zijn mensen die de verjaardag van hun huisdier vieren.

Mensen die op 29 februari geboren zijn vieren dit meestal op 28 februari of 1 maart of ze wachten 4 jaar.

In sommige landen of culturen is het niet gebruikelijk de verjaardag te vieren, maar viert men bijvoorbeeld de naamdag, de dag van de heilige waarnaar men vernoemd is.


[bewerk]

Dag 19
Een huishouding, geschilderd door Jan Steen

Onder een huishouden wordt verstaan een woongemeenschap, economische eenheid, huisgezin of huisadres.

Met het huishouden doen, bedoelt men de activiteiten die worden ondernomen om een leefsituatie van één of meer personen in stand te houden. De leefsituatie zelf wordt dan ook vaak aangeduid als een huishouding.

Het ritme van het huishouden wordt gedicteerd door de dagelijkse beslommeringen, de al dan niet gezamenlijk genuttigde maaltijden der gezinsgenoten, de jaarlijks terugkerende feesten en feestjes, de toilet en de badkamer worden vies en weer schoongemaakt. In de huishoudens worden kinderen geboren, mensen zijn ziek en worden beter en mensen sterven er. Een huishouden fungeert dan achtereenvolgens als geboortehuis, ziekenhuis en sterfhuis. Deze gebeurtenissen kunnen ook plaatsvinden in een ziekenhuis of hospitaal. Jongvolwassenen verlaten het huis om elders een huishouden te stichten of worden deelgenoot van een ander huishouden.


[bewerk]

Dag 20
Fabrieksarbeidster

Werken is het aanbrengen van wenselijk geachte veranderingen in de omgeving door menselijke activiteit. Werk kan zowel lichamelijk als geestelijk zijn.

In economisch verband spreekt men van arbeid. Er wordt onderscheid gemaakt tussen betaald en onbetaald werk. Onbetaald werk voor derden waarbij geen sprake is van dwang wordt vrijwilligerswerk genoemd. Onbetaald werk voor derden waarbij wel sprake is van dwang wordt slavernij genoemd. Arbeid bij mensen jonger dan 12 jaar wordt kinderarbeid genoemd.

Er wordt ook onderscheid gemaakt tussen werkgevers en werknemers. Een werknemer is iemand die betaald werk verricht. Een werkgever is een natuurlijke persoon door wiens werk betaald werk voor anderen ontstaat, of een rechtspersoon waarbij werknemers in dienst zijn.


[bewerk]

Dag 21
Een fluitketel op een gasfornuis

Een fluitketel is een gebruiksvoorwerp voor in de keuken dat men gebruikt voor het koken van water, bijvoorbeeld ter bereiding van thee of koffie.

De fluitketel bestaat uit een ketel met daaraan een vast handvat. Aan de voorkant zit een nek met een open gat aan het einde die rechtstreeks in verbinding staat met de binnenkant van de ketel. Hierdoor kan men het water in de ketel gieten. Op de nek past een losse dop, waarin een fluit is geïntegreerd. Nadat de fluitketel op een brandend fornuis is geplaatst en het water kookt gaat de fluit af, doordat er hete stoom doorheen geblazen wordt. Hierdoor weet men dat het water klaar voor gebruik is. Er bestaan ook fluitketels met een vaste, scharnierende dop die bediend kan worden door middel van een drukknopje in de handgreep.


[bewerk]

Dag 22
Flessen kruidenazijn

Azijn is een levensmiddel dat ontstaat wanneer gegiste producten verzuren door de juiste bacteriën. Als bijvoorbeeld bij de rijping van wijn lucht in het vat komt kan de alcohol worden omgezet in zuur en ontstaat wijnazijn. Azijn is chemisch gezien een oplossing van 4 tot 15% azijnzuur met geur- en smaakstoffen.

Als 'azijn' minder dan 4% azijnzuur bezit, mag het wettelijk geen azijn worden genoemd. Dit wordt aangeduid met edik.

De Franse scheikundige en bioloog Louis Pasteur (1822–1895) ontdekte de azijnbacteriën.

Azijn wordt toegepast als levensmiddel, conserveermiddel en reinigingsmiddel. Verder zijn er enkele huis-tuin-en-keuken toepassingen.

Een bekende toepassing is de combinatie van azijn en olie in dressings voor salades. De Engelsen doen moutazijn (malt vinegar) puur over hun befaamde fish and chips.


[bewerk]

Dag 23
Schuine platbek pincet en puntpincet

Een pincet is een fijn instrument dat bestaat uit twee stukjes gebogen metaal die aan een kant aan elkaar bevestigd zijn. Aan het andere eind is een verende opening tussen de twee bladen, die heel precies op elkaar passen wanneer men de bladen naar elkaar toeknijpt.

Het geheel is te zien als een nabootsing van de duim en wijsvinger en met een pincet kan men dezelfde dingen doen, maar dan op veel kleinere schaal. Een pincet wordt bijvoorbeeld vaak gebruikt om houtsplinters te verwijderen uit de huid maar ook postzegelverzamelaars gebruiken vaak een postzegelpincet.


[bewerk]

Dag 24

Narcis is een geslacht van bolgewassen uit de narcisfamilie. De naam is afkomstig uit de Griekse mythologie. Narcissen zijn voorjaarsbollen en hebben een koude rustperiode nodig. Je vindt narcissen in vele soorten en kleuren: roze, oranje, rode, witte of gevlekte, dubbelbloemige bloemen, met grote gele trompetten of met trosjes van gele of witte bloemetjes. In tegenstelling tot bij de leliefamilie komt bij deze familie een onderstandig vruchtbeginsel voor.

Men kan narcissen rustig laten verwilderen; ze vermeerderen zich vanzelf en elk jaar zullen er meer bloemetjes komen.


[bewerk]

Dag 25
Zonnebaden op het strand

Zonnebaden of zonnen is een passieve vrijetijdsactiviteit waarbij men zich naakt of schaars gekleed blootstelt aan zonnestraling, voornamelijk om de huid te bruinen. Zonnebaden kan ook tot doel hebben om te ontspannen en van de warmte te genieten. Men kan zonnen op publieke locaties, zoals het strand of het park, of in de eigen tuin of op het balkon. Zonnebaden als recreatie ontstond in de jaren 1920.

Wanneer de menselijke huid wordt blootgesteld aan de zon, worden melanine en vitamine D aangemaakt. Langdurig of overmatig zonnen brengt echter schade toe aan de gezondheid. Vooral mensen met een lichte huidskleur lopen een groot risico op een zonnebrand of een zonnesteek. Blootstelling aan de zon doet de huid versneld verouderen en kan leiden tot huidkanker.


[bewerk]

Dag 26
Brandblusser

Een brandblusser is een apparaat om het vuur van een brand te doven. Het blusmiddel kan zowel vast (als poeder), vloeibaar of een gas zijn. Veel gebruikt worden: Water, Poeder, Schuim, of Koolstofdioxide. Halonen zijn sinds enkele jaren voor gebruik verboden.

Een brandblusser is geschikt voor een of meerdere brandklassen. Een brandblusser bestaat ruwweg uit drukvat, blusstof en drijfgas. Als er geen drijfgas in het drukvat aanwezig zou zijn, dan kan ook de blusstof niet uit de blusser komen. Sommige blussers hebben daarom een drukmeter (manometer) boven op de blusser zitten. Hierin is te zien of de druk van het drijfgas nog voldoende is om de blusser te activeren.


[bewerk]

Dag 27
Dunschiller

Een dunschiller is een mesje waarmee aardappels, appels, komkommers enz. op een gemakkelijke en vooral snelle manier dun kunnen worden geschild.

Wist u dat het mesje uit de houder kan worden gehaald en er ondersteboven weer worden ingezet, zodat linkshandigen hem ook kunnen gebruiken.


[bewerk]

Dag 28
Rijtjeshuizen

Een huis, woning of (Vlaams) woonst is een bouwwerk waarin mensen kunnen wonen. Hier gaat het om een (deel van een) gebouw dat muren rondom een binnenruimte heeft, evenals een dak. Een huis biedt bescherming tegen neerslag, wind, extreme temperaturen en tegen mogelijk binnendringende mensen of dieren. De binnenruimte in het huis is vaak verdeeld in verschillende kamers en een keuken. Veel huizen hebben ook een gang, een trap, een zolder of een kelder. Vaak hebben mensen bij het huis een tuin, vroeger ook wel een erf. Luxueuzere huizen hebben een garage, of zelfs een bijkeuken.

Een huis heeft ten minste één ingang, meestal in de vorm van een deur of een poort. De meeste huizen hebben ook ramen. In Nederland worden via het bouwbesluit allerlei eisen aan een woning gesteld. Zo moet het toilet vanuit de woonkamer via twee deuren bereikt worden.


[bewerk]

Dag 29
Eten bij de (afhaal)chinees is populair in Nederland en Vlaanderen.

Een Chinees restaurant is een restaurant dat zich richt op Chinese gerechten.

Bij vrijwel alle Chinese restaurants kan men het eten ook afhalen om het elders (meestal thuis) op te eten. Enkele bezorgen ook aan huis. Bij vele is de omzet door afhalen groter dan die door gasten in het restaurant. Enkele richten zich uitsluitend op afhaalklanten; zij worden in de volksmond afhaalchinees genoemd. De meeste Chinese restaurants in Nederland noemen zich Chinees-Indisch of Chinees-Indisch-Surinaams. Dat is waarschijnlijk niet alleen vanwege de voormalige band met Indonesië, maar ook omdat de Indonesische keuken deels beïnvloed werd door de Chinese keuken: onder andere de introductie van noedels, sojaproducten en roerbaktechnieken.


[bewerk]

Dag 30
Bestek gebruikt op de RMS Titanic

Een couvert (ook bestek) is eetgerei dat bestaat uit:

  • tafelmes, tafellepel, tafelvork
  • dessertmes, dessertlepel, dessertvork (iets kleiner van formaat dan het vorige, dessertlepels zijn iets anders dan koffielepels en theelepels, want ze zijn groter)
  • koffielepels, taart-vorkjes (kleiner dan dessertlepel of dessertvork)
  • visvork en vismes, eventueel aangevuld met een vissauslepel (ook wel gourmetsauslepel genoemd)

Terwijl lepel en mes reeds in de middeleeuwen gebruikt werden, werd het pas tijdens de renaissance in Italië gangbaar om ook vorken te gebruiken.


[bewerk]

Dag 31
Een paar herenschoenen

Een schoen is de meest gebruikelijke vorm van schoeisel.

Schoenen bieden bescherming voor de voeten tegen vuil, een harde ondergrond, kou, etc. Ze kunnen het lopen gemakkelijker maken, maar soms ook juist niet (bijvoorbeeld schoenen met naaldhakken). De vorm van de schoen is zeer mode-gevoelig en schoenen ontwerpen is een apart vak. De Nederlander Jan Jansen is een bekend schoenontwerper.

De schoen is gemaakt in de vorm van de voet. Het bovenmateriaal (leer, kunststof of stof) is meestal soepel om goed te passen. Het leer van een schoen is gemaakt van huiden van dieren en dan met name van runderen, omdat deze huiden het sterkst zijn. Deze huiden worden gelooid (vocht toebrengen aan de huid). Hierdoor zwelt de huid op en kan deze in laagjes gesneden worden. De toplaag, de nerf, is het sterkst en is glad of bewerkt leer zoals nubuck. De volgende laag is suède en de onderste laag heet split en is het minst van kwaliteit.


[bewerk]