Tweede Kamerverkiezingen in het kiesdistrict Amersfoort (1850-1888)

Tweede Kamerverkiezingen in het kiesdistrict Amersfoort (1850-1888) geeft een overzicht van verkiezingen voor de Nederlandse Tweede Kamer in het kiesdistrict Amersfoort in de periode 1850-1888.

Het kiesdistrict Amersfoort was al ingesteld in 1848. De indeling van het kiesdistrict werd in 1850 gewijzigd bij de invoering van de Kieswet. Tot het kiesdistrict behoorden vanaf dat moment de volgende gemeenten: Amerongen, Amersfoort, Ankeveen, Baarn, Beusichem, Blaricum, Bunschoten, Buren, Bussum, Buurmalsen, Cothen, Culemborg, Darthuizen[1], De Vuursche[2], Dodewaard, Doorn, Duist[3], Echteld, Eemnes, 's-Graveland, Hilversum, Hoevelaken, Hoogland, Huizen, IJzendoorn, Kesteren, Kortenhoef, Langbroek, Laren, Leersum, Leusden, Lienden, Maarn, Maurik, Muiden, Naarden, Nederhorst den Berg, Renswoude, Rhenen, Scherpenzeel, Soest, Sterkenburg[4], Stoutenburg, Veenendaal, Weesp, Weesperkarspel, Werkhoven, Wijk bij Duurstede, Woudenberg en Zoelen.

In 1858 werd de indeling van het kiesdistrict gewijzigd. De gemeenten Beusichem, Buren, Buurmalsen, Culemborg, Dodewaard, Echteld, IJzendoorn, Kesteren, Lienden, Maurik en Zoelen werden toegevoegd aan het kiesdistrict Tiel. Tevens werd een gedeelte van de kiesdistricten Arnhem (de gemeenten Barneveld, Nijkerk en Putten) en Utrecht (de gemeenten Driebergen en Rijsenburg) toegevoegd aan het kiesdistrict Amersfoort.

In 1869 werd de indeling van het kiesdistrict wederom gewijzigd. De gemeenten Amerongen, Cothen, Doorn, Driebergen, Langbroek, Leersum, Rhenen, Rijsenburg, Werkhoven, Wijk bij Duurstede werden toegevoegd aan het kiesdistrict Tiel. Tevens werd een gedeelte van het kiesdistrict Arnhem (de gemeenten Ermelo en Harderwijk) toegevoegd aan het kiesdistrict Amersfoort.

In 1878 werd de indeling van het kiesdistrict wederom gewijzigd. De gemeenten Ankeveen, Blaricum, Bussum, 's-Graveland, Hilversum, Huizen, Kortenhoef, Laren, Muiden, Naarden, Nederhorst den Berg, Weesp en Weesperkarspel werden toegevoegd aan het kiesdistrict Hilversum. Tevens werd een gedeelte van de kiesdistricten Arnhem (de gemeente Ede) en Deventer (de gemeente Apeldoorn) toegevoegd aan het kiesdistrict Amersfoort.

Het kiesdistrict Amersfoort was in deze periode een meervoudig[5] kiesdistrict: het vaardigde twee leden af naar de Tweede Kamer. Om de twee jaar trad één van de leden af; er werd dan een periodieke verkiezing gehouden voor de vrijgevallen zetel. Bij algemene verkiezingen (na ontbinding van de Tweede Kamer) bracht elke kiezer twee stemmen uit. Om in de eerste verkiezingsronde gekozen te worden moest een kandidaat minimaal de districtskiesdrempel[6] behalen; indien nodig werd een tweede ronde gehouden.


Legenda

  • cursief: in de eerste verkiezingsronde geplaatst voor de tweede ronde;
  • vet: gekozen als lid van de Tweede Kamer.

27 augustus 1850 bewerken

De verkiezingen waren algemene verkiezingen; zij werden gehouden na ontbinding van de Tweede Kamer na inwerkingtreding van de Kieswet.

27 augustus
Kiesgerechtigden 2.935
Opkomst 2.361
Geldige stemmen 4.650
Blanco stemmen 22
Kiesdrempel 1.163
Kandidaten
A.W. Engelen[7] 1.335
S. van Walchren[8] 1.209
E.W. van Dam van Isselt 847
J.M. de Kempenaer 710
J.J. van den Hagen van den Heuvel 100
J. Ackersdijk 98
G. Groen van Prinsterer 58
H.A. Laan 58
Æ. Mackay 40

8 juni 1852 bewerken

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

8 juni
Kiesgerechtigden 2.955
Opkomst 1.724
Geldige stemmen 1.698
Blanco stemmen 22
Kandidaten
A.W. Engelen[8] 990
G. Groen van Prinsterer 540
B.G.A. Pabst 89

17 mei 1853 bewerken

De verkiezingen waren algemene verkiezingen; zij werden gehouden na ontbinding van de Tweede Kamer.[9]

17 mei
Kiesgerechtigden 3.016
Opkomst 2.453
Geldige stemmen 4.844
Blanco stemmen 50
Kiesdrempel 1.211
Kandidaten
J.F. van Reede van Oudtshoorn 1.393
J.M. de Kempenaer 1.102
A.W. Engelen[8] 979
S. van Walchren[8] 812
W.L.F.C. van Rappard 424
B.G.A. Pabst 53

6 juni 1853 bewerken

Jacobus de Kempenaer had zich bij de verkiezingen van 17 mei 1853 gekwalificeerd voor de tweede ronde. Hij was echter ook gekozen in het kiesdistrict Tiel, waarvoor hij opteerde. De tweede ronde in het kiesdistrict Amersfoort kon daardoor niet gehouden worden. Om in de ontstane vacature te voorzien werd een naverkiezing gehouden.

6 juni
Kiesgerechtigden 3.016
Opkomst 2.050
Geldige stemmen 2.037
Blanco stemmen 7
Kandidaten
W.L.F.C. van Rappard 1.121
A.W. Engelen[8] 791
S. van Walchren[8] 81

13 juni 1854 bewerken

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

13 juni
Kiesgerechtigden 3.016
Opkomst 1.652
Geldige stemmen 1.635
Blanco stemmen 17
Kandidaten
W.L.F.C. van Rappard[8] 879
A.W. Engelen 379
W.J.C. van Hasselt 303

10 juni 1856 bewerken

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

10 juni 24 juni[10]
Kiesgerechtigden 3.022 3.022
Opkomst 1.769 2.070
Geldige stemmen 1.753 2.056
Blanco stemmen 9 8
Kandidaten
J.F. van Reede van Oudtshoorn[8] 570 1.117
A.W. Engelen 622 939
S.A. van Hoogstraten 297
W.J.C. van Hasselt 194
N.B. Donkersloot 48

22 september 1857 bewerken

Frederik van Rappard, gekozen bij de verkiezingen van 13 juni 1854, trad op 21 september 1857 af om persoonlijke redenen. Om in de ontstane vacature te voorzien werd een tussentijdse verkiezing gehouden.

22 september 8 oktober[10]
Kiesgerechtigden 3.022 3.022
Opkomst 1.547 1.711
Geldige stemmen 1.517 1.699
Blanco stemmen 9 8
Kandidaten
H.A.M. van Asch van Wijck 601 976
A.W. Engelen 588 723
S.A. van Hoogstraten 202
W.J.C. van Hasselt 101

8 juni 1858 bewerken

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

8 juni
Kiesgerechtigden 3.082
Opkomst 1.499
Geldige stemmen 1.462
Blanco stemmen 12
Kandidaten
H.A.M. van Asch van Wijck[8] 865
A.W. Engelen 541

24 april 1860 bewerken

Johan van Reede van Oudtshoorn, gekozen bij de verkiezingen van 10 juni 1856, overleed op 28 maart 1860. Om in de ontstane vacature te voorzien werd een tussentijdse verkiezing gehouden.

24 april 8 mei[10]
Kiesgerechtigden 2.763 2.763
Opkomst 1.266 1.395
Geldige stemmen 1.236 1.384
Blanco stemmen 6 5
Kandidaten
J.K. van Goltstein 379 724
G. Groen van Prinsterer 427 660
W.J.C. van Hasselt 170
A.G.J. van Taets van Amerongen 91
A.W. Engelen 71
A. Vrolik 59

12 juni 1860 bewerken

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

[11]12 juni
Kiesgerechtigden 2.763
Opkomst 1.070
Geldige stemmen 1.039
Blanco stemmen 12
Kandidaten
J.K. van Goltstein[8] 725
G. Groen van Prinsterer 210
A.W. Engelen 78

10 juni 1862 bewerken

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

10 juni 24 juni[10]
Kiesgerechtigden 2.801 2.801
Opkomst 1.298 1.685
Geldige stemmen 1.264 1.671
Blanco stemmen 13 13
Kandidaten
H.A.M. van Asch van Wijck[8] 598 973
H. VerLoren van Themaat 527 698
G.A. de Meester 69
G. Groen van Prinsterer 48

14 juni 1864 bewerken

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

14 juni
Kiesgerechtigden 2.838
Opkomst 1.185
Geldige stemmen 1.222
Blanco stemmen 14
Kandidaten
J.K. van Goltstein[8] 683
J.P.J.A. van Zuylen van Nijevelt 308
H. VerLoren van Themaat 82

12 juni 1866 bewerken

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

12 juni
Kiesgerechtigden 2.804
Opkomst 1.245
Geldige stemmen 1.205
Blanco stemmen 14
Kandidaten
H.A.M. van Asch van Wijck[8] 895
H. VerLoren van Themaat 262

30 oktober 1866 bewerken

De verkiezingen waren algemene verkiezingen; zij werden gehouden na ontbinding van de Tweede Kamer.[12]

30 oktober
Kiesgerechtigden 2.804
Opkomst 2.242
Geldige stemmen 4.445
Blanco stemmen 29
Kiesdrempel 1.111
Kandidaten
J.K. van Goltstein[8] 1.740
E.L. van Hardenbroek van Lockhorst 1.354
L.H. van Asch van Wijck 490
H. VerLoren van Themaat 304
W.R. Boer 184
J.W. van Loon 93
W.F.H. van Wassenaer van den Briellard 65
J. Schimmel 56
J.L. Bernhardi 33
S.J. van Geuns 29

22 januari 1868 bewerken

De verkiezingen waren algemene verkiezingen; zij werden gehouden na ontbinding van de Tweede Kamer.[13]

22 januari
Kiesgerechtigden 2.874
Opkomst 1.510
Geldige stemmen 2.964
Blanco stemmen 40
Kiesdrempel 741
Kandidaten
E.L. van Hardenbroek van Lockhorst[8] 1.327
J.K. van Goltstein[8] 1.306
H. VerLoren van Themaat 95
W.R. Boer 82
G. Groen van Prinsterer 33

8 juni 1869 bewerken

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

8 juni
Kiesgerechtigden 2.864
Opkomst 1.676
Geldige stemmen 1.649
Blanco stemmen 20
Kandidaten
J.W. van Loon 850
J.K. van Goltstein[8] 762

13 juni 1871 bewerken

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

13 juni 27 juni[10]
Kiesgerechtigden 2.862 2.862
Opkomst 1.702 2.126
Geldige stemmen 1.690 2.119
Blanco stemmen 8 5
Kandidaten
E.L. van Hardenbroek van Lockhorst[8] 760 1.559
J.A. Alberdingk Thijm 446 560
J. Wolbers 232
M.D. van Otterloo 186

10 juni 1873 bewerken

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

10 juni
Kiesgerechtigden 2.974
Opkomst 2.177
Geldige stemmen 2.170
Blanco stemmen 5
Kandidaten
J.W. van Loon[8] 1.149
J.K. van Goltstein 759
L. Mulder 190
J.A. Alberdingk Thijm 68
G. Groen van Prinsterer 33

23 juni 1874 bewerken

Ernest van Hardenbroek van Lockhorst, gekozen bij de verkiezingen van 13 juni 1871, trad op 1 juni 1874 af vanwege gezondheidsredenen. Om in de ontstane vacature te voorzien werd een tussentijdse verkiezing gehouden.

23 juni 7 juli[10]
Kiesgerechtigden 3.027 3.027
Opkomst 1.918 2.467
Geldige stemmen 1.906 2.458
Blanco stemmen 5 4
Kandidaten
W. van Goltstein van Oldenaller 823 1.282
M.M. van Asch van Wijck 909 1.176
G.M. van der Linden 148

17 september 1874 bewerken

Willem van Goltstein van Oldenaller, gekozen bij de verkiezingen van 23 juni 1874, nam zijn benoeming niet aan vanwege zijn toetreding op 27 augustus 1874 tot het kabinet-Heemskerk-Van Lynden van Sandenburg. Om in de ontstane vacature te voorzien werd een naverkiezing gehouden.

17 september
Kiesgerechtigden 3.027
Opkomst 1.862
Geldige stemmen 1.814
Blanco stemmen 41
Kandidaten
M.M. van Asch van Wijck 1.057
M.J. Pijnappel 495
H. VerLoren van Themaat 231

8 juni 1875 bewerken

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

8 juni
Kiesgerechtigden 3.059
Opkomst 2.001
Geldige stemmen 1.981
Blanco stemmen 15
Kandidaten
M.M. van Asch van Wijck[8] 1.451
H. VerLoren van Themaat 493

4 april 1876 bewerken

Jan van Loon, gekozen bij de verkiezingen van 10 juni 1873, overleed op 7 maart 1876. Om in de ontstane vacature te voorzien werd een tussentijdse verkiezing gehouden.

4 april
Kiesgerechtigden 3.059
Opkomst 1.816
Geldige stemmen 1.803
Blanco stemmen 9
Kandidaten
Æ. Mackay 1.168
W.H. de Beaufort 613

12 juni 1877 bewerken

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

12 juni
Kiesgerechtigden 3.259
Opkomst 1.959
Geldige stemmen 1.943
Blanco stemmen 11
Kandidaten
Æ. Mackay[8] 1.162
W. van Goltstein van Oldenaller 780

28 januari 1879 bewerken

Matthias van Asch van Wijck, gekozen bij de verkiezingen van 8 juni 1875, trad op 1 januari 1879 af vanwege zijn benoeming als voorzitter van het Muntcollege.[14] Om in de ontstane vacature te voorzien werd een tussentijdse verkiezing gehouden.

28 januari
Kiesgerechtigden 3.041
Opkomst 1.730
Geldige stemmen 1.707
Blanco stemmen 13
Kandidaten
M.M. van Asch van Wijck[8] 1.298
H.C. van der Houven van Oordt 393

10 juni 1879 bewerken

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

10 juni
Kiesgerechtigden 3.116
Opkomst 1.828
Geldige stemmen 1.816
Blanco stemmen 3
Kandidaten
M.M. van Asch van Wijck[8] 1.190
W. van Goltstein van Oldenaller 617
I. Esser 117

14 juni 1881 bewerken

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

14 juni
Kiesgerechtigden 3.239
Opkomst 1.466
Geldige stemmen 1.401
Blanco stemmen 62
Kandidaten
Æ. Mackay[8] 1.101
K.W. van Gorkom 232

17 oktober 1882 bewerken

Matthias van Asch van Wijck, gekozen bij de verkiezingen van 10 juni 1879, overleed op 20 september 1882. Om in de ontstane vacature te voorzien werd een tussentijdse verkiezing gehouden.

17 oktober
Kiesgerechtigden 3.290
Opkomst 1.878
Geldige stemmen 1.859
Blanco stemmen 11
Kandidaten
W.K.F.P. van Bylandt 1.285
K.W. van Gorkom 562

12 juni 1883 bewerken

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

12 juni
Kiesgerechtigden 3.358
Opkomst 2.039
Geldige stemmen 2.026
Blanco stemmen 10
Kandidaten
W.K.F.P. van Bylandt[8] 1.458
K.W. van Gorkom 555

28 oktober 1884 bewerken

De verkiezingen waren algemene verkiezingen; zij werden gehouden na ontbinding van de Tweede Kamer.[15]

28 oktober
Kiesgerechtigden 3.460
Opkomst 2.359
Geldige stemmen 4.682
Blanco stemmen 36
Kiesdrempel 1.171
Kandidaten
Æ. Mackay[8] 1.560
W.K.F.P. van Bylandt[8] 1.556
W.H. de Beaufort 794
K.W. van Gorkom 760

15 juni 1886 bewerken

De verkiezingen waren algemene verkiezingen; zij werden gehouden na ontbinding van de Tweede Kamer.[16]

15 juni
Kiesgerechtigden 3.650
Opkomst 2.698
Geldige stemmen 5.348
Blanco stemmen 34
Kiesdrempel 1.337
Kandidaten
Æ. Mackay[8] 1.803
W.K.F.P. van Bylandt[8] 1.799
J.E. Huydecoper van Nigtevecht 861
F.A.R.A. van Ittersum 855

20 juli 1886 bewerken

Æneas Mackay was bij de verkiezingen van 15 juni 1886 gekozen in twee kiesdistricten, Amersfoort en Utrecht. Hij opteerde voor Utrecht, als gevolg waarvan in Amersfoort een naverkiezing gehouden werd.

20 juli
Kiesgerechtigden 3.650
Opkomst 2.516
Geldige stemmen 2.506
Blanco stemmen 3
Kandidaten
L.W.C. Keuchenius 1.255
J.E. Huydecoper van Nigtevecht 662
R.J. Schimmelpenninck 589

1 september 1887 bewerken

De verkiezingen waren algemene verkiezingen; zij werden gehouden na ontbinding van de Tweede Kamer.[17]

1 september
Kiesgerechtigden 3.624
Opkomst 2.004
Geldige stemmen 3.938
Blanco stemmen 58
Kiesdrempel 985
Kandidaten
W.K.F.P. van Bylandt[8] 1.580
L.W.C. Keuchenius 1.402
J.E. Huydecoper van Nigtevecht 365
F.A.R.A. van Ittersum 347

Voortzetting bewerken

Na de grondwetsherziening van 1887 werden de meervoudige kiesdistricten opgeheven; het kiesdistrict Amersfoort werd derhalve omgezet in een enkelvoudig kiesdistrict.[5] De gemeenten Apeldoorn, Ermelo, Harderwijk en Putten werden toegevoegd aan het kiesdistrict Apeldoorn en de gemeenten Barneveld, Ede, Hoevelaken, Nijkerk, Renswoude, Scherpenzeel en Veenendaal aan het kiesdistrict Ede. Een gedeelte van de kiesdistricten Utrecht (de gemeente Zeist) en Tiel (de gemeente Doorn) werd toegevoegd aan het kiesdistrict Amersfoort.

Zie ook bewerken