Gebruiker:Benedict Wydooghe/Evoluties in het welzijns- en veiligheidsdenken

INLEIDING

Historia (allegorie van geschiedenis), Nikolaos Gyzis, 1892. Geschiedenis verwijst naar de vakdiscipline die chronologische ordening van gebeurtenissen bestudeert, gebaseerd op een kritisch onderzoek van bronnen om inzicht te krijgen in het verleden, het heden en de toekomst.
1607_ VERDEDIGEN MET BUSKRUIT Aanwijzing 12 voor het hanteren van het musket. Veiligheid is aan evolutie onderhevig doorheen de tijd.
IN DE SCHEMERZONE TUSSEN WAARHEID, LEUGEN EN HERINNERING

.

HEDENDAAGSE SPANNINGEN IN EEN HISTORISCH PERSPECTIEF

.

EVOLUTIES IN HET VEILIGHEIDSDENKEN

.

.

Details zijn oneindig veel belangrijker.

.

De scherpste kritiek is een bewijs van belangstelling.

.

Time keeps on slippin', slippin', slippin' into the future (...) I want to fly like an eagle to the sea (...) 'till I'm free. Oh, Lord, through the revolution, feed the babies who don't have enough to eat. Shoe the children with no shoes on their feet. House the people livin' in the street. Oh, oh, there's a solution.

.

Reizen is een verplaatsing in de tijd. In sommige stadsdelen van Beijing is het 2040, in Tbilisi 1955 en in Charleroi is het naar mijn gevoel 1979. Sommige plaatsen worden sneller ouder, andere juist jonger en snellen hun tijd voorbij.

Pascal Verbeken, 2014.


.

♣ Geschiedenis is niet alleen een onderwerp, ze is een methode. Mijn methode is de doden laten spreken. Ik perste hun woorden tussen deze bladzijden, als bloemen om hun schoonheid of als insecten om hun afzichtelijkheid. Het werk van de historicus is niet dat van de criticus of de moralist; het is het werk van de speurder en de verhalenverteller, de filosoof en de wetenschapper, de hoeder van verhalen, de waarzegger en de zegger van de waarheid.

.

Het loskomen van de eigen gedachtenkaders, het inpassen van de menselijke soort in zijn geschiedenis en in zijn ontwikkelende culturele patronen zijn onontbeerlijk om een volledig en genuanceerd beeld van de werkelijkheid te kunnen hanteren. Het is een slechte evolutie dat deze vakken in de opleiding van hulpverleners een steeds kleinere plaats innemen, en zijsprongetjes, versieringen haast worden, terwijl het een basis vormt voor ons denken over ons bestaan en de wereld. (...) Zonder filosofische grond blijven onze gedachten ongerichte flarden tekst zonder samenhang.

.

Ik zou u willen uitnodigen om terug te denken aan uw jeugd. Kies een periode uit waar u levendige herinneringen aan hebt, niet alleen aan uzelf en uw ouders, maar ook aan de wereld waarin u toen opgroeide. En maak nu in uw hoofd een lijst van alles wat er sindsdien veranderd is. (...) Zo kan ik me een leven zonder het internet niet meer voorstellen. Toch was ik al 21, toen ik voor het eerste een website bezocht.

Tom Naegels °1975, 2021.[1]
1793_ MOORD EN DOODSLAG De dode Marat met in zijn hand de brief van zijn moordenares, Charlotte Corday. De schilder en politicus Jacques-Louis David was een van de laatsten die hem levend zag.
1816_ DRENKELINGEN Dit schilderij verwijst naar de schipbreuk van het Franse fregat Méduse in 1816 op de Atlantische Oceaan. De ramp, de dood van 140 mensen en de verhalen van de overlevenden kregen veel belangstelling. Het bracht de Franse regering in diskrediet: de bekwaamheid van de kapitein en de organisatie van de reddingsoperatie waren een flop. Drijvend op de Romantiek schilderde Géricault deze gebeurtenis.
1830_ OPRICHTING BURGERWACHT In 1830 richten burgers spontaan milities op om de orde te handhaven, plunderingen te verhinderen of om op te trekken tegen Nederland. Het Voorlopig Bewind erkende hen als burgerwacht. Ze was georganiseerd op gemeentelijk niveau en samengesteld uit burgers tussen 21 en 50 jaar, vooral jonge vrijgezellen. De standaarddienst bestond in het wacht optrekken en patrouilles uitvoeren voor de beveiliging van personen, het behoud van eigendommen en het handhaven van de openbare orde.
1862_ HET MACHINEGEWEER Een van de allereerste, zoals gebruikt tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog.
1862_ DE ZANDMAN Angst is iets wat ouders hun kinderen aanleren en over meerdere generaties doorgeven. Zo schrijft E.T.A. Hoffman: 'De zandman is een boosaardige kerel, die komt de kinderen opzoeken als ze niet naar bed willen en dan werpt hij met beide handen tegelijk zand in hun oogjes zodat die bloederige uit hun hoofd springen. Hij gooit die dan in een zak en neemt ze mee naar de halvemaan als aas voor zijn kleintjes: die zitten daar in het nest en hebben kromme snavels, precies als uilen, en daarmee pikken ze de oogjes van ondeugende mensenkinderen op.' Hierna nam het beeld van de wrede zandman op afgrijselijke wijze, steeds vaster, gestalte aan voor mijn ogen. Zodra hij 's avonds de trap opkloste begon ik van louter angst en ontsteltenis te sidderen. Moeder kon dan niet veel meer uit met krijgen dan: "de zandman, de zandman!" De laatste halve eeuw bestond er een ander beeld van de zandman.
1864_HET SLAVENHUIS Slavenwinkel en veilinghuis in 1864 in Atlanta, Georgia, net voor de afschaffing van de slavernij.


Beste studenten Maatschappelijke Veiligheid,

Beste studenten Sociaal werk,

.

De cursus bestaat uit negen lesblokken van twee uur en een historische wandeling. De wandeling neemt een dag in beslag en vraagt twee uur voorbereiding.

.

Lesopnames uit de coronadagen, met een ♥ aangeduid, begeleiden de cursus als een hart onder de riem. Wie naar de les komt, hoeft ze niet te bekijken, tenzij je een herhaling wil. Het koekjessymbool ♦ verwijst naar presentaties die de lessen begeleiden. Smullen! Door de cursus loopt een rode draad die je snel ontdekt. De passages krijgen een klavertje: ♣. Als je erin slaagt om het klaversymbool uit te leggen, dan ben je mee. Wie het schoppensymbool ♠ ziet, komt bij uitbreidingsmateriaal. Dit behoort niet tot de bevraging, het helpt wel kaderen. Schop (!) het gerust weg.

.

LESOPNAME B. WYDOOGHE GEEFT EEN INLEIDING OP DIT VAK (27 Min.).

.

WELKOM OP VIVES. WHO THE FUCK IS VIVES?

.

DE POWERPOINT DIE BIJ DE INLEIDING HOORT (44 Dia's.).

.

.

HOE BRENG IK DIT TOT EEN GOED EINDE?

bewerken

.

Welkom in de Wikipediaklas

bewerken

.

Don't know much about history


Don't know much about biology

Don' know much about the science book

Don't know much about the French I took [...]

Don't know much about geography [...]

Don't know much about algebra [...]

But I do know one and one is two

And if this one could be with you What a wonderful world this would be...

.

Sam Cooke werd nooit oud, maar dit nummer maakte hem onvergetelijk. Hij overleed in 1964 in hotel Haciënda in Los Angeles na dat Bertha Franklin, de hotelmanager hem neerschoot. Het lijstje bekende neergeschoten mensen is lang. Vul het gerust aan: Abraham Lincoln, J.F. Kennedy, Martin Luther King, John Lennon...

.

Ik kies ervoor om Toledo niet te gebruiken. Wikipedia heeft een prettige interface en laat snelle verbanden toe. Tip: start met de teksten die ik hier aanbied. Alles staat er in, concentreer je op de samenhangende teksten. Dat is de hoofdzaak, de korte uitleg bij de jaartallen zijn bijzaak. Bijkomend zoekwerk is onnodig en alle examenvragen zijn gekend, ze zijn onderaan elk deel terug te vinden.

  • De code S is voor de Sociaal werkers;
  • De code V is voor de Bachelor in de Maatschappelijke veiligheid

.

Tijdsinvestering

bewerken

.

Qua tijdsinvestering is dit een cursus die honderd uur vraagt om die tot een goed einde te brengen, lestijd en wandeling inbegrepen.

.

.

.

De cursus bestaat uit tien delen: deze inleiding/handleiding, acht hoofdstukken en een besluit. Het eerste hoofdstuk is thematisch van aard met de vraag: wat is geschiedenis. De volgende hoofdstukken zijn chronologisch opgebouwd rond het verschuiven van de wereldmacht, te beginnen met de tijd van de nederzettingen (deel 2) en de opkomst en de ondergang van het Romeinse Rijk (deel 3). Deel 4 focust op de Middeleeuwen waarbij de continenten een vrij geïsoleerd bestaan leiden. Op de Noormannen, de Kruistochten en de Zijderoutes na zijn er weinig intercontinentale bewegingen. Dit verandert in (deel 5a) of de zestiende eeuw als Spanje en Portugal de machtigste landen ter wereld worden. In de zeventiende eeuw verschuift hun macht. Holland kent zijn de Gouden eeuw, de eeuw van Rembrant en de VOC. In die Hortus Botanicus Amsterdam ontwikkelt men de koffieboon, en men schenkt ze cadeau aan Lodewijk XIV. Het lijkt een symbolische machtsoverdracht: Frankrijk zal zich in de tweede helft van de zeventiende eeuw tot wereldmacht opwerken: (deel 5b) In de achttiende eeuw heeft Frankrijk de wereld in zijn macht met het grootste landleger ter wereld, maar het voelt al snel de Engelse adem. Deel 6 focust op de negentiende eeuw. Engeland is aan de beurt. De kolonisatie gaat gepaard met de Industriële Revolutie en mondt uit in de Eerste Wereldoorlog. Deel 7, de twintigste eeuw moest Duits worden. Dat is tot twee keer geprobeerd, maar dat lukte niet, noch in 1914, noch in 1939. Deze eeuw werd Amerikaans, Europa speelde zijn wereldmacht kwijt. Waar komt het machtscentrum van de 21ste eeuw liggen?

.

HOOFDSTUK I: Historische modellen, besef en denkrichtingen

.

HOOFDSTUK II: Van nomade tot nederzetting

.

HOOFDSTUK III: Oudheid en Romeinen

.

HOOFDSTUK IV: Middeleeuwen

.

HOOFDSTUK V: 1500-1800

.

HOOFDSTUK VI: 1789-1890

.

HOOFDSTUK VII: 1890-1918

.

HOOFDSTUK VIII: 1919-2022

.

HOOFDSTUK IX (Besluit): Besluitend kijken in de toekomst

.

Elk hoofdstuk overspant een tijdszone en het gaat steeds sneller. Deel twee heeft het over een tijdsbestek van 2,5 miljoen jaar dat we de prehistorie noemen, deel drie, de oudheid focust op een periode van ongeveer 5.000 jaar. De middeleeuwen in het vierde deel beslaan zo'n duizend jaar, deel vijf, de renaissance en de verlichting nog driehonderd. De industriële negentiende eeuw (deel zes): honderd jaar. Deel zeven (fin de siècle en de eerste wereldoorlog) is een periode van dertig jaar. Het interbellum en de tweede wereldoorlog komt op 25 jaar en daarna is het decennium na decennium: de zilveren jaren vijftig, de gouden jaren zestig, de crisis van de jaren zeventig, het einde van de koude oorlog eind jaren tachtig. En vanaf de jaren negentig gaat het van jaar tot jaar.

.

.

♣ Rode draad: van Eden tot heden

bewerken

♣ Misschien kunnen tuinen, beter dan de rede uitdrukking verlenen aan het ideaal dat de mens, gevangen in het keurslijf van zijn materiële leefomstandigheden, bezielt. Een tuin is een stuk natuur dat door de mens zo wordt bewerkt, dat het aan zijn droom van een beter leven gaat beantwoorden. Om deze droom in werkelijkheid om te zetten, probeert hij de planten aan zich te onderwerpen, zowel degene waarmee hij zich voedt, als degenen die geen andere verdienste hebben dan hun schoonheid.

— G. Marçais, 1957[2]
 
Gerrit Komrij legde in de Huyzingalezing van 1991 een relatie tussen de microkosmos en de macrokosmos. Het grote weerspiegelt zich in het kleine, de tuin als metafoor voor de samenleving.

♣ Doorheen de cursus loopt de rode draad van de tuingeschiedenis. Oppervlakkig gezien is een tuin getemde natuur op een begrensd land dat gewassen in cultuur brengt. De horticultuur of de studie van het kweken van bollen, bloemen en bomen, het zorgen voor zaden van groenten en fruit in al zijn biologische, kunstzinnige en historische uitingen is echter meer dan het resultaat van een tuinontwerper. Een tuin kan utilitair zijn, een groentetuin, een wetenschappelijke botanische tuin of een decoratieve siertuin. Wie dieper graaft, merkt dat de tuin een middel is om de mens in zijn samenleving te begrijpen. Sterker zelfs: ze weerspiegelen de geschiedenis van de mens. Deze cursus onderzoekt de relatie tussen tuinarchitectuur enerzijds en de historische achtergrond, de maatschappelijke context waarin die tuin gecreëerd wordt anderzijds. We zijn niet origineel. Gerrit Komrij (1991), Pierre Bonnechere & Odile De Bruyn (1998) en René De Hert verkenden dit domein in hun teksten 'Over de noodzaak van tuinieren', 'Het bezielde landschap' en 'Tuinen van Eden'. Zo leggen deze auteurs relaties tussen de uitwijzing uit het aards paradijs en de nomadische mens, het magisch denken in de Middeleeuwen en de symbolische tuinelementen, tussen de renaissancetuin en de drukpers, tussen de veroveringsdrang van Lodewijk XIV en de Franse tuin, relaties tussen de romantiek, de democratie en de landschapstuin, tussen de opkomst van de horticultuur en de vroege industriële revolutie, tussen de Victoriaanse burgertuin en de triomfgedachte van industriebaronnen, tussen de hedendaagse informatiesamenleving en de digitale tuinrage. Dit is zo omdat elk tijdperk, elke opdrachtgever en elke ontwerper zijn stempel achterlaat. Toch is er een verschil met een schilderij of een ander kunstwerk. Een tuin is, zoals het Charter van Firenze het in 1981 bepaalde, 'een levend monument.' Levend erfgoed als het ware.[3] Omdat de tuin meer dan andere expressievormen onderhevig is aan licht, klimaat en bodemgesteldheid is hij onophoudelijk in evolutie, een eeuwig onafgewerkt kunstwerk met elk beeld als momentopname.[4] Een tuin komt pas jaren na zijn aanleg tot volle schoonheid en impliceert daardoor een toekomstprojectie, een passioneel vooruitdenken en geloof. Dat maakt van de tuin tot de voorbode van een alles omvattend, conceptueel monument: de staat.[5]

.

.

Gouden tip

bewerken

Wie dit liever op papier studeert kan een printvriendelijke versie downloaden en uitprinten via een hulpmiddel in de zijbalk van deze Wikipagina. Vergeet niet elk deel uit te printen natuurlijk.

.

.

Afspraak jaartallen

bewerken
 
Voor de bachelors geen klassikaal examen dit keer, maar een mondeling examen. Eén op één. Vertel eens een verhaal. De graduaatstudenten pakken het anders aan. Zij schrijven een essay.

.

In deze cursus komen veel jaartallen voor. Dit is niet om te martelen. Wie een gebeurtenis of een personage in de tijd kan situeren (voor, na, omstreeks) dan is dat voldoende. Alleen de volgende 25 data zijn parate kennis: 0, 313, 476, 1302, 1450, 1492, 1500, 1517, 1566, 1648, 1650, 1789, 1815, 1848, 1890, 1914, 1919, 1933, 1939, 1945, 1958, 1968/9, 1972, 1989, 2001. De periodisering van de cursusdelen zijn uiteraard ook te kennen.

Deze cursus gebruikt VC en NC vaak niet. Als het om het verre verleden gaat, dan toont de cursus hoeveel jaar het van nu geleden is (20.000 jaar terug, betekent 18.000 VC). Wie leest 'Van 365 tot 229' weet dat dit voor Christus is. Van 229 tot 365 is na Christus. Let op de eeuwen en wees daar niet nonchalant in. De negentiende eeuw start in 1801 en eindigt in 1900. De eerste eeuw VC loopt van 100 tot 1 en het jaar nul bestaat niet, net zoals dag nul of maand nul niet bestaat, in tegenstelling tot de temperatuurmeting met nul als ijkpunt dat de overgang van ijs naar water of omgekeerd aangeeft. Honderd stapjes verder gaat het water over naar damp - het kookpunt. Evenmin is tijd te vergelijken met het meten van snelheid. Mochten we de geschiedenis zien als een wagen die voor- of achteruit rijdt, zou dit willen zeggen dat de geschiedenis kan stilstaan. Los van deze filosofische beschouwing, is de reden voor het ontbreken van het jaar nul niet ver te zoeken: de Romeinen die deze kalender invoeren, kenden in hun rekenkunde het cijfer nul niet. Vandaar. Meer hoef je er niet achter te zoeken. Vier eeuwen na de dood van Jezus stelt het Romeinse rijk zijn chronometers bij en vervangen ze het begin van hun jaartelling van de mythische stichting van Rome naar Jezus' geschatte geboortedatum.

.

.

Mondeling examen

bewerken

.

Het examen is mondeling, gesloten-boek, met ruime voorbereidingstijd. Voor wie van afko's houdt (ik niet), een M.G.B.E.M.R.V.T. De student kiest drie vragen uit een batterij. A. staat voor Algemeen, B. staat voor een betoog over een verhaal en C. staat voor complex of inzicht. Na elk hoofdstuk zijn de examenopgaven opgenomen, geen verrassingen dus. Je zal nog andere code's zien opduiken bij de vragen: S zijn vragen voor Sociaal Werkers, V voor studenten Maatschappelijke veiligheid. Staat er geen code, dan gelden de vragen voor beide groepen.

.

A-Vragen

De eerste vraag peilt naar encyclopedische kennis over personen en data, begrippen en definities. A-vragen staan voor Algemeen, encyclopedisch, kort en bondig: 5 punten.

.

B-Vragen

Aan de hand van de tweede vraag toon je dat je in staat bent om een coherent betoog op te bouwen over een eenvoudig probleem. Deze B-vragen peilen naar samenhang, verhaal, oorzaak en gevolg-redeneringen. Je bouwt een verhaal over een kort, samenhangend geheel uit de cursus: 5 punten.

.

C-Vragen

Het examen bouwt verder op inzicht. Hier bewijs je inzicht te hebben in historische periodes en leg je verbanden met andere delen van de cursus of met andere cursussen. C-vragen zijn Complex, leggen verbanden tussen diverse delen en tonen inzicht: 5 punten.

.

D-Vragen

Het examen rondt af met Documentaire vragen: foto's die je probeert te benoemen. Je krijgt een reeks van tien foto's te zien. Per foto kan je een half punt verdienen door het opnoemen van: periode, plaats, personage, auteur, plaats in de cursus enzovoort... grijp aan wat je kent.

.

.

Inschrijven voor het examen

.

Voor de eerste en tweede zittijd kan je inschrijven als de tijd rijp is. Dat is ongeveer rond de laatste les of bij aanvang van de zomervakantie. Een mail brengt je automatisch op de hoogte wanneer de inschrijvingslijsten opengaan.

.

.

Een test

bewerken

.

We beginnen met een testje.

.

.

Acht vragen

.

1. Het studiegebied Sociaal Agogisch Werk... vaak wordt vergeten wat Agogisch betekent. Wat is de meest juiste definitie van Agogisch?

.

  1. de menswetenschap over van het begeleiden en gedragsverandering.
  2. de menswetenschap die zich inlaat met de opvoeding van kinderen.
  3. de wetenschap die sociologie en psychologie, filosofie en geschiedenis inzichtelijk combineert.
  4. de wetenschap die inzichten uit sociologie en psychologie, filosofie en geschiedenis combineert om tot het begeleiden, gedragsverandering en veranderingsprocessen te komen.


2. Wanneer, in welk jaar ging jullie opleiding (BASW/BAO/BATP/BAMV) van start?

.

  1. 1948
  2. 1969
  3. 2001
  4. 2004
  5. 2009


3. Plaats deze uitvindingen in chronologische volgorde, van oud tot jong en noteer voluit. Ze zorgden voor veiligheid en welzijn.

.

  1. De lens-bril
  2. Buskruit
  3. Het schrift
  4. Satellieten
  5. Pijl en boog
  6. Machinegeweer
  7. Sherlock Holmes
  8. De vuurdomesticatie
  9. Het wiel


4. Wie zijn deze snorremensen?

.


5. Zorg ervoor dat deze tabel klopt. Je herschikt alle kolommen, ook de eerste.

.

Een koning, een daad, een geboorte en dood.
Filip Congo 1790 1983
Erasme Louis Surlet de Chokier Belgische revolutie 1769 1839
Leopold III Klimaatmars 1901 nog in leven
Albert I Abortuswet 1930 1934
Albert II België 1831 1903 1993
Leopold II Collaboratie 1875 nog in leven
Boudewijn Regent ad interim 1934 1909
Leopold I Eerste Wereldoorlog 1835 1983
Prins Karel Delphine Boël 1960 1865

Wellicht zegt de naam Surlet de Chokier je niets. Hij is het eerste Belgische staatshoofd - eerder een zwak leider die zich vooral op avondlijke diners laat opmerken en 's morgens gasten ontvangt met de slaapmuts op het hoofd.

6. Over wie hebben we het hier?

.


7. Nog mensen...

.

.

8. Probeer deze quote eens...

.

Ik zou u willen uitnodigen om terug te denken aan uw jeugd. Kies een periode uit waar u levendige herinneringen aan hebt, niet alleen aan uzelf en uw ouders, maar ook aan de wereld waarin u toen opgroeide. En maak nu in uw hoof een lijst van alles wat er sindsdien veranderd is. (...) Zo kan ik me een leven zonder het internet niet meer voorstellen. Toch was ik al 21, toen ik voor het eerste een website bezocht.

Tom Naegels °1975, 2021.[6]

.

.

Oplossingen

bewerken

.

1. Wat is de meest juiste definitie van Agogisch? De wetenschap die inzichten uit sociologie en psychologie, filosofie en geschiedenis combineert om tot begeleiden, gedragsverandering en veranderingsprocessen te komen.

.

2. De opleiding SW ging in 1948 van start, de opleiding BaTP en BaO startten eind jaren zestig en MV ging in 2004 van start.

.

3. In volgorde...

.

 
Pijlen uit Zuid-Amerika, collectie uit 1834 van Jean Baptiste Debret.
 
Buskruit
 
Een vroege bril op Jan van Eycks, Madonna met kanunnik Joris van der Paele.
Bioscoopjournaal uit 1957 over de Spoetnik 1, de eerste satelliet. Het belang ervan is in die dagen niet te onderschatten. De avonturen van de ruimtehond Laika (hond) en de verwezenlijkingen van Joeri Gagarin leken er op te wijzen dat de USSR de Space Race aan het winnen was. Vanaf de jaren zeventig kunnen satellieten inzoomen tot op een klinknagel. Tijdens de koude oorlog en de wereld vol spionageagenten kan dit tellen.
 Betekenis: Met de vuurbeheersing onderscheidt de mens zich definitief van de dieren. Prometheus steelt het vuur bij de Griekse goden en schonk het aan de mensen, om een technische beschaving te ontwikkelen. Prometheus, geassocieerd met techniek en voorgesteld als de leraar-uitvinder, brengt mensen respect bij en leert hen vooruit kijken: zijn naam is 'de vooruitdenkende'. Oppergod Zeus straft Prometheus met de 'wrekende gerechtigheid' en kluistert hem aan de Kaukasus waar een adelaar elke dag zijn lever eet. 's Nacht groeit de lever aan. Dit moest eeuwig duren maar Herakles bevrijdt hem. De vuurdomesticatie kent een lange voorgeschiedenis. Voorwaarden zijn 1. fysiek rechtop lopen, want men moet de handen vrij hebben om vuur te dragen en 2. planning zodat er altijd brandstof is. De gevolgen van de vuurdomesticatie zijn legio. De belangrijkste? Vuur brengt mensen samen en brengt een leerproces op gang: vuur is sociaal, militair, economisch en cultureel.
 Betekenis: De jacht wordt veiliger, later wordt dit een gevechtswapen. In de prehistorie zijn er sporen van pijl en boog op elk continent, behalve Australië. De Egyptenaren, Grieken en Romeinen beklemtonen het belang van de schutters bij grote menigten. Griekse goden en helden, Apollo en Odysseus zijn vaak afgebeeld met hun boog, een symbool van aanzien.
 Betekenis: Het wiel laat toe om voorwerpen en mensen te verplaatsen en is net als pijl en boog een uitvinding. Vuur en elektriciteit zijn geen uitvindingen maar ontdekkingen. 
 Betekenis: De mens geeft kennis door aan het nageslacht en hoeft zich niet langer te betrouwen op zijn geheugen om kennis door te geven. Met het schrift doet de geschiedenis haar intrede. Oude schriftloze culturen worden niet door historici, maar door archeologen bestudeerd. De tegenwoordige schriftloze culturen worden door antropologen bestudeerd.
 Betekenis: Aanvankelijk weinig aanvallende capaciteit wegens te log om te hanteren, maar defensief een groot voordeel.
  • De lens-bril: 700 jaar geleden
 Betekenis: Kennis verzamelen, het lezen en observeren is niet langer het privilege van jonge mensen. Eén van de eerste brillen is te zien op een schilderij van Jan van Eyck, de Madonna met kanunnik Joris van der Paele.
 Betekenis: Krijgsheren moeten wennen aan dit nieuwe wapen. Tot en met de Eerste Wereldoorlog zullen stormlopen duidelijk maken, niet meer van de tijd te zijn. Sir Douglas Haig zal er de spotnaam 'de slachter van de Somme' aan danken.
 Betekenis: Arthur Conan Doyle is niet de grondlegger van het genre moordmysteries, Edgar Allan Poe is hem voor. Veel fictieve detectives imiteren Holmes' logische methoden waarbij hij vanuit het kleine, het grote verhaal destilleert: Agatha Christie deed het met Hercule Poirot, er zijn Columbo, Dick Tracy, Batman...
 Betekenis: Satellietcommunicatie en spionage. Satellietcamera's kunnen vanaf de jaren zeventig inzoomen tot op een klinknagel.

.

.

4. Wie zijn deze mensen?

.

.

.

5. Het koningshuis

.

.

.

.

6. Over wie hebben we het hier?

.

.

.

7. Nog mensen...

.

.

.

8. Uw hersenspinsel...

.

Ik zou u willen uitnodigen om terug te denken aan uw jeugd. Kies een periode uit waar u levendige herinneringen aan hebt, niet alleen aan uzelf en uw ouders, maar ook aan de wereld waarin u toen opgroeide. En maak nu in uw hoof een lijst van alles wat er sindsdien veranderd is. (...) Zo kan ik me een leven zonder het internet niet meer voorstellen. Toch was ik al 21, toen ik voor het eerste een website bezocht.

Tom Naegels °1975, 2021.[7]

.

.

Wandelen: historiek fysiek

bewerken
 
Wandelen in historisch Kortrijk. Deze kaart komt uit het Stedeboeck (Novum Ac Magnum Theatrum Urbium Belgicae), uitgegeven in Amsterdam door Johannes Blaeu in 1649

.

 
Een kaart of een plattegrond maakt niet altijd duidelijk hoe een omwalde stad er in werkelijkheid uitziet. Deze afbeelding toont de stadsomwalling van Oostende voor 1862.

.

Om de leerdoelen te bereiken, is er een fysiek luik. Kortrijk is een historische stad, bijna een millennium ouder dan Brugge. Je valt er over de geschiedenis en in veel van mijn lessen duikt de stad op als historisch 'schoolvoorbeeld'. In de komende weken of maanden ga je op stadsverkenning. We noemen het een observatie-oefening.

  • Na de eerste les neem je tijd om groepen te maken vier tot zes studenten. Neem bijvoorbeeld je Sova-groep en deel die door twee of vorm een groepje met de mensen uit je eigen regio...

.

.

  • Bij elke locatie is een symbool te vinden.
    • Een rode ster: erg belangrijke info (19 locaties);
    • Een geel huis: een museum (5 plaatsen);
    • Een blauwe wandelaar: wegwijzer met extra info (26 plekken);
    • Een paarse camera: kijk hier naar een beeldfragment;
    • Een paarse trompet: luister hier naar audio;
    • Een groen mes met vork: hier kan je lunchen;
    • Een groen glas: uitstekend om iets te drinken;
    • Een groen fototoestel: stadszicht, zeker fotograferen!

.

  • To do voor de tweede lesweek: Verdeel onder elkaar de 19 sterren, de 5 musea en de 26 route-aanduidingen en schrijf (enkel de locaties, niet de inhoud) dit uit in een document en breng het mee tijdens de tweede les. Elke student maakt een voorbereiding om de rest van de groep van uitleg te voorzien over de gekozen sterren, musea en wegaanduidingen. De werklast in een groep met vier studenten is dus ongeveer zo: elke student neemt vier sterren voor zijn rekening. Neem één museum met een korte uitleg voor je rekening en iedereen neemt vijf wegwijzers. Als student in een groep van vier ben je dus tien keer aan het woord. Reken op een voorbereidingstijd van ruim twee uur. Lees niet af, zorg voor een spiekbriefje.

.

Voor de wandeling reken je een dag: acht uur, met een aperitief, een middagmaal en een afscheidsdrankje inbegrepen. Je vertrekt dan om 9.00 en rond 16.30 uur eindig je bij het station. Wie met de auto komt, parkeert het best op de parking onder het Schouwburgplein. Als de agenda het niet toelaat doe je de wandeling in twee keer: dan heb je twee keer drie uur nodig, eten en aperitief- sla je over. Wie de wandeling vroeg in het academiejaar maakt, ontdekt al snel leuke, studentikoze plekken (daar is aandacht voor) en leert een ander Kortrijk kennen dan wat er zich op 't Hoge afspeelt. In de lessen die volgen, zal je dan veel herkennen. Kies je ervoor om de wandeling in december te doen, dan herken je op je tocht veel cursusmateriaal. Een zin die ons naadloos naar de cursus zelf leidt...

.

.

Veel succes met deze cursus en de wandeling.

Benedict Wydooghe

.

PS. Wie werkelijk in de knoop ligt met bepaalde vragen kan mij altijd mailen. Doorgaans beantwoord ik je vraag dan met een telefoontje. Deze combinatie werkt snel.

.

.

INLEIDING: HET VERHAAL OF DE VERTELLER?

bewerken
 
1875_ARBEIDSVEILIGHEID Werk in de staal walserij. Dit realistisch schilderij van Adolph Menzel uit 1875 is een een allereerste weergave in de Duitse kunst van een industrieel thema.
 
1912_VEILIGHEID & TOERISME Kranten plaatsten direct na de ramp met de Titanic in 1912 onjuiste aantallen van slachtoffers. Tot de officiële bekendmaking circuleerden er veel geruchten. Tot op heden blijft crisiscommunicatie tot misverstanden leiden.
 
1916_GABRIELLE PETIT Geschiedenis is (nog) vaak een mannenzaak. Doorgaans schrijven mannen geschiedenis en de hoofdacteurs in hun verhalen zijn eveneens mannen. Het allereerste monument voor een vrouw in België kwam er pas na de Eerste Wereldoorlog. Intussen hadden Godfried van Bouillon standbeeld in Brussel), Ambiorix (standbeeld in Tongeren), Jacob Van Artevelde (standbeeld 1863 in Gent), Jan Breydel en Pieter De Coninck (standbeeld in Brugge) al lang hun standbeeld. Deze verzetsheldin en spionne uit de Eerste Wereldoorlog kent na haar opsluiting in de gevangenis van Sint-Gilles en haar dood voor een Duits vuurpeloton een nationale cultus. David Van Reybrouck en Sophie de Schaepdrijver schreven er beiden een boek over.
 
ANTWERPEN 1944 INLEEFOEFENING I Kinderen spelen FIFA. In een keuken bereidt een moeder het middagmaal voor. Het zijn dagelijkse dingen tot het vensterraam aan de straatkant uit elkaar spat, schijnbaar zonder reden. Muren daveren, de vloer trilt. Aardedonker wordt het, nabij is er vuurwerk en een sluimerende geeloranje gloed. Mensen bevolken in schimmen de anders meestal lege straat. In de donkere nevel lijkt de zon eerder op de maan. Ze zorgt voor lichtstrepen tussen de roetwolken door. Sommige schimmen zijn gewond. Ze stropelen in willekeurige richtingen, weg van het centrum, naar het centrum. Bij de buurman links en in het huis schuin over het plein duikelen ze kelders in. Niet via de weggeblazen voordeur, maar langs een keldergat. Diezelgeur? Kerozine? Het vuur is hoorbaar, paniek is voelbaar. Zwarte en grijze rookpluimen naderen en geen mens weet niet waarom. Rook duwt kruitdampen voor zich uit. Ze prikkelen de neus en die van de kinderen. Je raakt je oriëntatie kwijt. Je raakt je kinderen kwijt. In het duister gaan honden en wolven op elkaar lijken. Je denkt aan het Italiaanse spreekwoord. Helmen! Brandweermannen. Heggen en hekkens, verkeersborden en bomen die je elke morgen passeert, op weg naar de school van de kinderen, helpen je niet langer te oriënteren in deze stoffige duisternis. De dagelijkse klanken zijn vervangen door geschreeuw, sirenes en knetterwerk. Je voet schopt tegen een smeulende teenslipper vol bloed. De geur van verbrande leren schoenen was je nooit eerder opgevallen. De voet steekt nog in de schoen. Op de marktstraat is de crèche verwoest, sommige kinderen bleven intact. Anderen worden dichtgenaaid met koperdraad. Je ruikt zweet, warm zweet, oud-warm zweet, angstzweet. Je ziet het en je ruikt het, de geur van muren die schudden. In de school verpulvert een knetterende brand boeken en banken vol schriften en rapporten. Het plein bij het station is vernield, nu is het station aan de beurt: neerzakkend metselwerk verpulvert tot gruis. Op het plein liggen verse lijken, gehalveerde mensen smeulen. Het alarmsysteem weet van geen ophouden. Een jongeman holt door bloedplassen als waren het waterpartijen na een regenbui. Nu het terug licht wordt, nauwelijks een uur na de eerste inslag, merk je dat het vocht op je broekspijpen niet opdroogt maar stolt. Een militair voertuig staat in lichterlaaie. Officieren wandelen voorbij aan een jong, smeulend lichaam, een jongen die dagelijks aan je voordeur passeerde, op weg naar de bakkerij, om er in de rij te staan voor een oorlogsbrood. Katachtigen peuzelen aan zijn lichaam, op zoek naar de restjes van de barbecue. Je jaagt de dieren weg. België is bevrijd maar niet van de Duitse kwelling af: V2-raketten teisteren het strategisch gelegen Antwerpen. Militairen stappen voorbij alsof dit een dagdagelijks tafereel is. Een onbekende fotograaf van het Amerikaanse leger neemt deze foto op 27 november 1944 op een Antwerps strategisch kruispunt, een aanvoerlijn naar Nederland. De ergste oorlogsramp moet Antwerpen nog overkomen, een fenomenaal dodelijke bominslag op eerste dag van het Ardennenoffensief. Op 16 december vuren de Duitsers om 15.17 uur uit het Nederlandse Hellendoorn een V2 af die minuten later op Cinema-Rex valt. Het publiek is in de ban van een western over Buffalo Bill: The Plainsman. In het gebouw zijn ongeveer duizend mensen aanwezig. Hitler verneemt het nieuws op 17 december. Censuur houdt de doeltreffendheid van het wapen geheim. Een week lang ruimen mensen steen en spitten ze om de lijken van onder het puin te halen. Een gevonden lijk brengen ze naar de Zoo, waar ze in de grote zaal op identificatie wachten. 567 mensen overleven de inslag niet. De gemeenteraad sluit alle publieke plaatsen en maximaal vijftig mensen kunnen tegelijk samenkomen. In 1946 beslist Antwerpen het complex volgens de originele plannen her op te bouwen, deze keer met een schuilkelder. Tegenwoordig herdenkt een tegel bij de zijingang van de UGC op de Keyserlei de V2-slachtoffers.
 
De Amerikanen bombardeerden op 6 augustus de Japanse havenstad Hiroshima en op 9 augustus Nagasaki. Daarna capituleerde het Japans Keizerrijk. In tegenstelling tot wat velen denken, stopten de Amerikanen de bom niet om Tokio tot de overgave te dwingen maar om indruk te maken op de Russen.
 
In Humo spreekt weerman Armand Pien over wat gebeurt op 2 mei in 1986. Het is de zwartste dag in zijn leven. ‘Voor ons bestaat er niet het minste gevaar’ vertelt hij de kijker. En daarna lopen gegevens binnen, metingen worden bewerkt en de natuurlijke radioactiviteit afgetrokken. Pien gelooft zijn ogen niet. De directeur van het KMI stuurt telegrammen naar premier Martens. 'Hoe kun je op basis van verkeerde informatie maatregelen treffen' vraagt hij zich later af?
 
2015_ MENSENRECHTEN Hebben welzijn en veiligheid iets te maken met mensenrechten? Hoe criminaliteit gedefinieerd wordt? Met goed en kwaad? Met recht of onrecht?
 
2019_ KLIMAATSWIJZIGINGEN Heeft het klimaat een politieke kleur? (27 januari 2019)

.

Verhalen vormen een krachtige aanpassing in dienst van het overleven omdat ze ons niet alleen in staat stellen om terug te reizen in onze herinnering, maar het ons ook mogelijk maken om in gedachten verschillende toekomstscenario's door te nemen zonder daar veel tijd en energie aan kwijt te zijn. Ze fungeren als gedachte-experimenten, exercities in een virtuele wereld, die ons in staat stellen om allerlei moeilijke of gevaarlijke mogelijkheden uit te proberen en de resultaten daarvan te onthouden. Intuïtief doen we dit voortdurend: we kunnen ons de route naar twee verschillende waterbronnen voorstellen, en op basis daarvan inschatten welke de beste keuze is, zonder dat we die beide tochten eerste zelf hoeven te maken. (...) Verhalen werken als een culturele geheugenbank omdat een narratief een 'contextuele infrastructuur' biedt die ons helpt om feitelijke informatie te begrijpen, te organiseren, met anderen te delen en te onthouden. Informatie in verhaalvorm is veel beter te onthouden -tweeëntwintig keer beter zelfs, heeft onderzoek uitgewezen- omdat tijdens het luisteren naar een verhaal verschillende delen van de hersenen worden geactiveerd. Een droge opsomming activeert alleen de taal verwerkende delen van de hersenen (de gebieden van Broca en Wernicke, waar betekenis aan woorden wordt toegekend). Als dezelfde informatie echter in verhaalvorm wordt overgebracht, worden ook de voor het verhaal relevante hersengebieden geactiveerd: als het verhaal over rennen of springen gaat, licht de motorische schors op, maar als het over iemands satijnen blouse gaat, wordt het sensorische deel van de hersenen geactiveerd. Onze hersenen reageren alsof we het verhaal zelf beleven. Zo kan een verteller emoties, gedachten en ideeën in de geest van zijn toehoorders implanteren en hun het gevoel bezorgen dat ze de beschreven gebreutenissen zelf meemaken. Sterker nog, hersenscans hebben uitgewezen dat de hersenen van de verteller en de luisteraars tijdens het vertellen letterlijk synchroon gaan lopen - neurologen beschrijven dit als een 'neurale koppeling tussen spreker en luisteraar.

— Gaia Vince[8].

.

Chauvinisme is een vorm van onwetendheid.

.

Wie het verleden controleert, controleert het heden.

.

De geschiedenis zal gunstig over me oordelen, want ik ga ze zelf schrijven.

.

.

Om de hedendaagse spanningen en de evolutie van de welzijns- en veiligheidsdiensten en hun pardigmatische denken in kaart te brengen, is deze tijdsband handig. De maatschappelijke ontwikkelingen inzake veiligheid en welzijn (of het ontbreken ervan) gaan hand in hand. Het verband tussen welzijn en veiligheid wordt in deze cursus geleidelijk aan duidelijk: het zijn twee handen op één buik. Het wordingsproces van het sociaal werk, haar methodes zijn één kant van de grootschalige kapitalistische medaille die zich kenmerkt door globalisering, industrialisering en verstedelijking. De andere kant van die socialisatiemedaille omvat de oprichting van een staatsleger, een politiemacht, de komst van wapenarsenalen nabij volkswijken, religieuze dienstverlening (zoals het Leger des Heils) en het openbaar onderwijs. Of, met andere woorden: repressie en veiligheid enerzijds en hulpverlening en welzijn zijn met elkaar verstrengeld.

.

.

Wat is veiligheid? Wat is welzijn?

bewerken

.

Bestaan er echt slechte mensen? Vast wel. Bestaan er echt slechte mensen die nooit tot hun slechtheid zouden komen mits een goede omkadering? Bestaan er echt slechte mensen die ondanks een goede omkadering toch al hun slechtheid botvieren? Bestaan er echt goede mensen? Vast wel. Bestaan er echt goede mensen die nooit tot hun goedheid komen door een foute omkadering? Bestaan er echt goede mensen die ondanks een foute omkadering toch het goede blijven nastreven? Vertrekt – zoals het cliché het wil – de politiemens vanuit een fundamenteel wantrouwen in de mensheid? Is de flik ervan overtuigd dat de crimineel of de arme zelf de oorzaak is van zijn situatie? En vertrekt -zoals het cliché het wil – de sociaal werker vanuit een fundamenteel vertrouwen in de mens? Is die ervan overtuigd dat de arme of de crimineel slechts een product is van zijn omgeving of zijn omkadering?

.

De opleiding Maatschappelijke Veiligheid - een unieke opleiding in België - bestaat in 2021 zeventien jaar en is de jongste telg van vier opleidingen in het sociaal agogisch werk. Studenten uit Limburg, Brabant en Antwerpen reizen tot in Kortrijk om te studeren. De opleiding maatschappelijke veiligheid vindt zijn oorsprong in de aanslagen op 11 september 2001. De opleiding maatschappelijk werk vindt haar oorsprong in de bombardementen op Kortrijk tijdens de Tweede Wereldoorlog. De eerste studenten begonnen hun opleiding in september 1948. Beide opleidingen zijn sindsdien alleen maar in relevantie toegenomen. In die dagen begon voor veel docenten op de sociale academie - die toen Ipsoc heette - een zoektocht naar een definitie die veiligheid met welzijn verbindt; dat verband bleek eeuwenoud. Veel geschiedschrijvers heeft het veiligheidswerk echter niet. Het welzijnswerk evenmin. In de welzijns- en veiligheidsliteratuur zijn doorgaan slechts korte historische beschouwingen te vinden, men moet het thema onder andere trefwoorden zoeken: ziekte, hongersnood, oorlog, terrorisme, de werkvloer, verkeer, radicalisering, cybercrime, rechtvaardigheid, samenleven,... Het welzijns- en veiligheidsdenken eenzijdig koppelen aan de actualiteit en het niet in verband brengen met het verleden, resulteert in wat Herbert Marcuse de ééndimensionele benadering noemt. De focus op het pragmatische heden, de actualiteit en de waan van de dag zijn disproportioneel in vergelijking met de factoren die het 'nu' bepalen. Het is een onderdrukking van de geschiedenis die tot kortademige en kortzichtige analyses leidt, die bovendien geen toekomstperspectieven voor deze jobs zichtbaar maken. Anders gezegd: niemand begint het heden met een blanke lei. Wie perspectieven wil schetsen, kijkt naar het ontstaan en de ontwikkeling van de welzijns- en veiligheidsproblemen. Anders is elke strategie op drijfzand gebouwd.

.

.

Wat is een (r)evolutie?

bewerken

.

Evoluties hebben te maken met een geleidelijke verandering over een lange termijn. Voorbeelden zijn de evolutietheorie van Darwin of de evolutie van de mens. Het begrip staat tegenover 'revolutie', een radicale, vaak onverwachte verandering op erg korte termijn zoals de Franse, Amerikaanse of Belgische revolutie. De begrippen zijn niet objectief. Sommige historici spreken over de Industriële revolutie, anderen hebben het over de Industriële omwenteling, omwille van het feit dat er geen bloedvergieten aan te pas kwam, of omdat de industrialisatie zich afspeelde in een toch wel erg lange negentiende eeuw (van pakweg 1789 tot 1919). Het zelfde geldt voor het begrip Belgische omwenteling. Evolutie en revolutie zijn dus veranderingen die zich afspelen doorheen de 'tijd'.

.

.

Wat is tijd?

bewerken
 
♣ Bloemenuurwerk in Oostende. Wat is tijd? Een tuinmetafoor?

.

Geen begrip is ons meer vertrouwd dan de tijd, geen begrip is tegelijk zo ongrijpbaar, een vierde dimensie als het ware, na breedte, lengte en hoogte. De tijdsbeleving is onderhevig aan de tijd; onze grootouders beleefden de tijd anders dan wij. Romeinse burgers en nomadische stammen hebben weinig gemeenschappelijk wat betreft hun tijdsindeling en vandaag zien we dat mensen tijd anders beleven. Vergelijk de dakloze, de boer, de machinist, de arbeider, de schoolmeester, de hoer, de bankbediende... Allen hebben ze andere agenda's, een andere nachtrust, een andere tijdsbeleving. Nu is tijd niet alleen subjectief, we proberen die te objectiveren met meetinstrumenten zoals klokken en kalenders die de precisie vergroten. Tijd is iets wat we meten en het leven beheerst. Dat gaat terug op de religieuze discipline van de Benedictijnen. Benedictus benadrukt dat monniken al-tijd bezig zijn: acht uur werken, acht uur bidden en acht uur slapen. Vooral het 'werken' is eigenaardig in een tijd waarin religieuzen vrijgesteld zijn van arbeid. Tijd is een Godsgeschenk. Begin veertiende eeuw werkt Richard van Wallingford in de Benedictijnenabdij in Saint Albans tien jaar aan het eerste mechanische uurwerk. Het was drie meter breed, diep en hoog. De tijd en de stand van de hemellichamen zijn er op af te lezen. Vergeet tenslotte niet dat 'tijd' een economische en militaire functie heeft. Het overstromen van de Nijl had een ritmisch, herhalend patroon. Wie de overstromingen kan voorspellen, manipuleert de vruchtbaarheid van het land en heeft macht. Militair gezien is het maken van afspraken van belang. De klokken gelijk zetten om een gezamenlijke aanval in te zetten, kan het verschil betekenen in winst of verlies.

.

Beeldfragment Universiteit van Vlaanderen: Kan tijd kapot?

.

Beeldfragment Universiteit van Vlaanderen: Waarom kan ik geen teletijdmachine kopen?


.

Zoektocht

bewerken

.

Ik begon de zoektocht naar tijd, welzijn en veiligheid bij mezelf. Het moest een nuttige welzijns- en veiligheidsdefinitie worden want definities zijn er bij de vleet. Iets waar studenten een boodschap aan hebben. Geen wollig noch hoogdravend gedoe. Die zoektocht beginnen, is iets wat de student ook kan. Stel jezelf de vraag: wat betekent veiligheid of welzijn voor mezelf (micro), voor mijn omgeving (meso), de wereld (macro)? Omdat ik in een relatief veilige omgeving vol welzijn opgroeide, leefde en functioneerde, kon ik me nauwelijks iets bij de begrippen onwelzijn of onveiligheid voorstellen. De begrippen waren evidenties en in de kranten waren ze geen issue. Ik liep mijn pampers in doeken die mijn moeder uitwaste, dat was in 1972, ik kende rekenblaadjes gedrukt op een stenselmachine in de jaren tachtig en ik las de Vlaamse Filmpjes. Die verdwenen tijd is schitterend bezongen door...

Een veilige tijd vol welzijn. Die tijd herkennen de studenten hopelijk, ook al zijn die studenten een kwarteeuw jonger dan mezelf - geboren omstreeks 2003: de Twin Towers waren net van de kaart geveegd. Is die veiligheid en dat welzijn toen verdwenen of waren we naïef? Waarom denken mensen dat vroeger alles beter was?

.

.

Wat veranderde de laatste 25 jaar?

bewerken

.

Het geborgen kerngezin (vroeger hadden ouders veel kinderen, nu hebben kinderen veel ouders), het veilig verkeer op de weg en melk rechtstreeks van een koe zijn intussen verdwenen. Desalniettemin zullen de achttienjarigen erkennen, op te groeien in een veilig nest. De meesten onder ons hebben Europa niet bereikt als drenkeling of klimaatvluchteling, of zoals op het historische schilderij 'Het vlot van de Medusa'. Moord en doodslag - zie De moord op Marat - zijn voor de meesten een realiteit die zich beperkt tot een game, de televisie of de krant. En oorlog is een ver land zowel voor de student als voor de docent. (Hoeveel oorlogen kan je opnoemen? Test even je kennis en klik dan hier voor de controle. Wie kent de slag bij Crécy? De Slag bij Poitiers? Wie kan er een musket bedienen?

Toen ik in 1972 ter wereld kwam kende Europa een kwarteeuw (dat is niet eens de leeftijd van de meeste studenten) vrede. Toen ik werkelijk besefte wat die vrede betekende, waren we al ruim veertig jaar verder. Nu, in 2021 is het tachtig jaar geleden dat de Tweede Wereldoorlog begon. Natuurlijk valt er veel te lezen over die verloren tijd (ze noemen dit secundaire bronnen), maar de historicus zoekt de mensen die deze tijd meemaakten of de documenten die in deze dagen gemaakt werden. Primaire bronnen heet dat. De historische wetenschap spreekt ook over tertiaire bronnen. Dan gaat het om naslagwerken: woordenboeken, encyclopedieën, atlassen... en uiteraard deze Wikipedia.

.

.

Roekeloos

bewerken

.

Tijdens mijn eerste studiejaar, ergens eind jaren zeventig nam ik voor het eerst mijn eigen roekeloosheid onder de loep. Het moet in 1978 geweest zijn dat ik met mijn eerste communiefiets de kerkheuvel in Lichtervelde afbolde, over kop ging en met mijn neus op een borduur terecht kwam. Mijn communiefoto's zijn er de subtiele getuige van: een dubbele lip en een boksersneus. En toen het helemaal zomer werd (niet te verwarren met die zomer van Rob de Nijs uit 1977), was ik zo enthousiast bij het oversteken van de straat - een juf deed teken dat alles veilig was en we mochten oversteken - dat ik rende alsof het de honderd meter betrof. Ik keek niet uit en de juf stond met haar rug naar een aankomende auto. Die negeerde haar signaal, reed zo door de rang, schepte me op en ik rolde over de motorkap. Mijn broek werd warm nat en ik bolde het af, alsof het mijn schuld was. Later hoorde ik dat de chauffeur gedronken had. En dat ik geluk had. Voor een kind van zes is de definitie van veiligheid simpel: het is de afwezigheid van onveilige situaties. Het was een kolonel van het Belgisch leger die het me vertelde, in... 2018; de afwezigheid van onveiligheid, dat is veiligheid. Ook bij de studenten viel de mond open. Zo simpel kan een definitie zijn.

.

.

Onveiligheid en onwelzijn zijn een ver land

bewerken

.

Is er dan geen definitie nodig om het woord onveiligheid te begrijpen? Het woord 'veiligheid' was als dusdanig jarenlang nauwelijks een begrip in de krant of op het journaal. Sla een krant uit de jaren tachtig open en het woord zal nauwelijks opduiken. Veiligheid werd aldus niet benoemd, niet omdat onveiligheid uitzonderlijk was, maar omdat journalisten de onveiligheid concretiseerden: ontelbare hongersnoden, ziektes, klimaat- en milieuproblemen, geestelijke gezondheid, middelengebruik, verkeer, infrastructuur, extremisme, mensenhandel, oorlog (teveel om op te noemen), criminaliteit, moord en doodslag, het op de vlucht zijn, dakloosheid... Bovendien was onveiligheid iets uit een ver verleden, een geschiedenisles of een ver van onze bed show: deviantie voor Brussel, maffia voor New York, een oorlog in Vietnam... Tegenwoordig wordt het woord veiligheid te pas en te onpas in de mond genomen.

.

.

Of toch niet?

bewerken

.

Over echte onveiligheid, het echte 'onwelzijn' lag in die jaren een taboe: over aanrandingen, vrouwonvriendelijkheid, over de Aids-epidemie werd niet gesproken. Over een andere kwestie werd des te meer gesproken: de Koude Oorlog. Natuurlijk lagen de Russen op de loer, natuurlijk bouwden Amerikanen en Sovjets een kernarsenaal aan nucleair materiaal op, natuurlijk waren er spionnen. De media en de filmindustrie namen het graag op en verdienden er pakken poen aan: de angstcultuur. Wat is veiligheid? Zo te zien volstaat mijn eenvoudige definitie van de afwezigheid van onveiligheid niet.

Tijdens een bezoek aan een tentoonstelling in 2019 in het Museum van de Misdaad, lees ik volgende passage.

De goederen die de politie in het verleden in beslag nam, kennen we vandaag niet meer of zijn niet meer verboden. De misdaad evolueert, de normen van onze samenleving veranderen en de wetgever past het strafwetboek daaraan aan. Dat beïnvloedt ook de taken van de politie.

— Museum van de misdaad, Gent.

De taksplaat aan de fiets is verdwenen, van gelijke rechtspraak voor volwassenen en kinderen is geen sprake meer, pornografie kan inmiddels en voor de uiterst gevaarlijke en illegale vruchtafdrijvingen in achterkamertjes zijn er alternatieven gekomen. Andere dingen zijn echter even strafbaar als vroeger: vals geld en valse uurwerken, valse taksplaten aan de auto, namaak, schriftvervalsing, vals goud, vuurwapens zonder vergunning, kansspelen, kettingbrieven, clandestiene weddenschappen...

.

.

Spoken zien

bewerken

.

Blijkbaar zijn welzijn en veiligheid zowel een 'objectief' als een 'subjectief' verhaal. Een abortus in een vuil achterkamertje, is wel degelijk onveilig noch bevorderend voor het welzijn: dat is objectief aantoonbaar. Maar welzijn en veiligheid zijn ook perceptie en beïnvloeding, zoveel is duidelijk. Wie aan spoken denkt zal spoken zien. Daar gaat deze cursus over. Waarom en wanneer zien mensen in het verleden 'veiligheidsspoken'? Die spoken van (on)veiligheid eindigden vaak in maatschappelijke rampen: de holocaust, de heksenvervolgingen, de slavernij of recenter: Semira Adamu, de pijnlijke interventie van het Bijzonder Bijstandsteam, bijgenaamd de Bottinekes die de dood van Jonathan Jacob op hun geweten hebben. Voor dit soort onveiligheid bestaan andere woorden: onrecht, tegenslag, een asociaal systeem.

.

.

Veel agogische scenario's

bewerken

.

Onveiligheid en 'onwelzijn' kunnen veel scenario's aannemen. Daarom is de cursus tegelijk de zoektocht naar de angsten van de mens. Historische en antropologische, psychologische en sociologische inzichten leren ons de werking van individuen en groepen, instituties en maatschappijen kennen. Het gaat over regels en rechten, culturen en mentaliteiten, normen en waarden, feiten en meningen... en hoe die veranderen. Agogisch werk dus.

Waarom is het plots zo complex? Net omdat het uit elkaar rafelen van de werkelijkheid tot het politieke en het ideologische, het sociologische en het sociale, het economische, het psychologische en het culturele de werkelijkheid geweld aandoet.[9]

Deze cursus heeft drie doelstellingen (lees ze even door, ze zullen je helpen bij het instuderen). De student:

  • Leert kritisch te kijken;
  • Maakt een referentiekader met tijdsbanden, chronologieën en oorzaak-gevolg redeneringen;
  • Ontdekt hoe het welzijns- en veiligheidswerk ontstond en vormt een toekomstvisie.

.

.

EXAMENVRAGEN

bewerken

.

We begonnen deze inleiding met een quote, laten we ze met een quote eindigen, met een quote van een historicus.

.

Wie zijn wij? Koppig, impliciet soms, stelt de historicus steeds weer deze algemene vraag, die ook hemzelf betreft.

Want onderzoek naar het verleden mag zich niet beperken tot het verzamelen van feiten uit een lang vervlogen tijd, die dan vervolgens eerbiedig in een denkbeeldig museum voor statische herinneringen worden bijgezet.

Het is een middel om de tegenwoordige tijd beter te begrijpen, of zou dat in ieder geval moeten zijn. Vooral als het onderzoek zich richt op de fundamenten van onze eigen samenleving.

.

A-Vragen

bewerken

.

(S&V).Wie of wat zijn en wat is de betekenis van: 11 september 2001, abortuswet, Albert I, Amerikaanse Burgeroorlog, Anuna De Wever, bril, Boudewijn, burgerwacht, Charles Darwin, Charlotte Corday, collaboratie, Delphine Boël, Gabrielle Petit, Jean-Paul Marat, Jozef Stalin, klimaatmars, koning Filip, Koude Oorlog, Leopold I, Leopold II, Leopold III, machinegeweer, Marilyn Monroe, musket, paradigma, pijl en boog, primaire bron, prins Karel, Rob de Nijs, Sam Cooke, het schrift, satelliet, secundaire bron, Sherlock Holmes, vuurdomesticatie, het wiel.

.

.

B-Vragen

bewerken

.

  • V.Leg uit: Wat is veiligheid? Wat betekent veiligheid voor mezelf (micro), voor mijn omgeving (meso), de wereld (macro)? Leg uit wat bedoeld wordt met deze niveau’s?

.

  • V.Onveiligheid kan een taboe zijn. Ken je voorbeelden?

.

  • S&V.Waarom mag onderzoek naar het verleden zich niet beperken tot het verzamelen van feiten uit een lang vervlogen tijd?

.

  • S&V.Hoe ziet de inhoudstafel van de cursus er uit?

.

  • V.De opleiding Bachelor in de Maatschappelijke veiligheid is de jongste opleiding in het studiegebied Sociaal Agogisch Werk. Wanneer ging de opleiding van start en wat kan je erover vertellen (verwijs naar 9/11)? Waarom hoort de opleiding thuis in een sociaal agogisch studiegebied (verwijs naar WOII)? Wat is de definitie van Agogisch?

.

  • S.De opleiding Bachelor in het Maatschappelijk werk is de oudste opleiding in het studiegebied Sociaal Agogisch Werk. Wanneer ging de opleiding van start en wat kan je erover vertellen? Verwijs hierbij naar Kortrijk voor en tijdens WOII en aar Wet Vandervelde. Wat is de definitie van Agogisch?

.

  • V.Leg uit, wat is het belang van pijl en boog, de bril, het vuur, het buskruit. Wat weet je over 'de Drogenbroodroute'?

.

.

C-Vragen

bewerken

.

  • S&V.Leg uit: Veiligheid en sociaal werk zijn aan evolutie onderhevig doorheen de tijd.

.

  • S&V.Wat bedoelt Benedict Wydooghe met de ondertitel van deze cursus 'Ergens tussen waarheid, leugen en herinnering'?

.

D-Vragen

bewerken

.

.

VERDER MET DE CURSUS

bewerken

.

Deel I_Historische modellen, besef en denkrichtingen

.

Deel II_Van nomade tot nederzetting

.

Deel III_Oudheid en Romeinen

.

Deel IV_Middeleeuwen

.

Deel V_Nieuwe Tijd

.

.

.

Deel VI_Revolutietijd

.

.

.

.

Deel VII_Op naar de wereldramp

.

.

.

Deel VIII_1920-20220

.

.

.

.

.

Deel IX_Een futurologisch besluit

.

.

Omdat het niet altijd wennen moet. Omdat er

altijd iets mag overblijven, altijd iets dat niet
gevat wil worden door het oog (van de naald).
Omdat wij, oude kruimels op de godvergeten rok
van het universum, elkaar schots en scheef
bij de leuning van de versleten beeldspraak
van verre, verre bruggen over water, terug
moeten vinden als schimmen van elkaar...
— Uit: Paul Rigolle, Wat te doen als op een dag zelfs Instant poetry de wereld niet meer redden kan.[11]

.

BRONNEN

bewerken
  1. TOM NAEGELS. Nieuw België. Een migratiegeschiedenis, Lannoo, Tielt, 2021, p. 9.
  2. G. MARCAIS. Les jardins de l'Islam. In: Mélanges d'histoire et d'archéologie de l'Occident musulman, I. Algiers, 1957, p. 233-234.
  3. Het idee om erfgoed te beschermen is in België nog geen twee eeuwen oud en gaat terug op de oprichting van de Koninklijke Commissie voor Monumenten in 1835. Groene ruimten zijn veel later aan deze notie toegevoegd.
  4. DONATIENNE DE SEJOURNET. Parken en tuinen van Brussel. Snoeck, Kortrijk, 2013, p. 7.
  5. GAIA VINCE, vertaald door Rogier van Kappel. Vuur, taal, schoonheid, tijd. Hoe culturele evolutie de mens heeft gevormd, Atlas Contact, Antwerpen, 2020, p. 259-260.
  6. TOM NAEGELS. Nieuw België. Een migratiegeschiedenis, Lannoo, Tielt, 2021, p. 9.
  7. TOM NAEGELS. Nieuw België. Een migratiegeschiedenis, Lannoo, Tielt, 2021, p. 9.
  8. Vuur, taal, schoonheid, tijd., p. 110-111.
  9. Vgl. DIEDERIKS H.A. NOORDAM D.J. QUISPEL G.C. & VRIES P.H.H. Van agrarische samenleving naar verzorgingsstaat. De modernisering van West-Europa sinds de vijftiende eeuw, Wolters – Noordhoff, Groningen, 1987, p. 24.
  10. ROBERT MUCHEMBLED. De uitvinding van de moderne mens. Collectief gedrag, zeden, gewoonten en gevoelswereld van de middeleeuwen tot de Franse Revolutie, Amsterdam, Contact, 1991, p. 9.
  11. Uit: Blogbericht "Paars". In: blog arcadim in arcadië, 5 augustus 2006 (blogbericht in blogarchief augustus 2006)