Gebruiker:Benedict Wydooghe/Evoluties in het welzijns- en veiligheidsdenken deel8b

HOOFDSTUK 8: DE LAATSTE EEUW

Digg for Victory in Brisbane, Queensland, Australia 1941. State Library of Queensland, propagandafoto of niet?
1919-2020

.

DEEL 2_TWEEDE WERELDOORLOG (1938-1945)

.

Een groep jongens aan het werk met rieken en spades legt een volkstuin aan op een inslagkrater van een bom. 1942, East End of London. Ooit stond hier een huis. Collectie Imperial War Museum.


Kazerne Dossin. Een vergelijking tussen de deportatie van Antwerpse Joden en die uit Brussel, levert markante verschillen op. In Brussel werden minder Joden opgepakt, en veel zou te maken hebben met het activisme van de lokale politie. Het historisch onderzoek naar dit soort collaboratie is niet zo eenvoudig. Een eerste wetenschappelijke studie verscheen in 1977, vijfendertig jaar na de feiten. De historicus Marcel Liebman belicht de dubieuze Antwerpse autoriteiten. In 1994, 1999 en 2000 volgen publicaties van Jan Velaers, Herman Van Goethem en Lieven Saerens. Allen worden geïntimideerd met smaad of juridische vervolging. Leo Delwaide (overleden in 1978 en de naamgever aan het Delwaidedok) was oorlogsburgemeester van Antwerpen en de Nieuwe Orde gunstig gezind. Hij werkt met zijn politiekorps en de hoofdcommissaris Jozef De Potter mee aan de razzia's en de Jodendeportatie. Het Brusselse politiekorps laat de zaak meer op zijn beloop. In Antwerpen kunnen de Duitsers als vanzelf rekenen op de medewerking bij de anti-Joodse ingrepen en de razzia's. Delwaide concentreerde zijn 'zwarte' agenten (minder dan 15 procent van het korps) in de Jodenbuurt bij de Keyserlei, wijk nummer zes. Daar gaan ze zich te buiten aan 'geweld, diefstal en straatterreur, overigens niet alleen tegenover Joden.'[1] Een agent die de Joden weigert aan te pakken krijgt een tuchtstraf van de burgemeester. Leo Delwaide wil in die dagen het politiekorps militariseren en nazificeren. De politieschool zou de rekruten leren om het bevel 'zonder medelijden' en 'zonder oordeel' op te volgen. Als de krijgskansen eind 1942 keren, keren de burgemeester, de hoofdcommissaris en een deel van de ambtenaren hun kar en kiezen ze voor het verzet. Herman Van Goethem omschrijft de ommekeer als 'wit dat pijn doet aan de ogen', een breed gedragen idee. Lieven Saerens: tot dan verzet de regering in ballingschap zich niet tegen de bestuurlijke collaboratie van de antisemitische Leopold III of van kardinaal Van Roey. Die laatste vindt Joden alleen interessant om te bekeren.

.

De Endlösung markeerde de kruising waar het Europese industriële systeem in de fout ging: in plaats van het leven te veraangenamen, zoals de Verlichting aanvankelijk hoopte, at het zichzelf op.

— Henry Feingold[2]


♣ Zag mi wer die bloemen zint.

.

Niets bleek makkelijker te vernietigen dan de privacy en de privé-moraliteit van mensen die aan niets anders denken dan aan de beveiliging van hun privéleven. Na enkele jaren van machtsuitoefening en van systematische gelijkschakeling konden de nazi’s dan ook terecht aankondigen: ‘De enige persoon in Duitsland die nog een privé-individu is, is iemand die slaapt.

.

Alles is geschiedenis. En zonder geschiedenis zijn we niets, begrijpen we niets, niets van het verleden, niets van het heden, niets van onszelf als mensensoort. Wie zijn standpunt over de oorlog in Oekraïne wil onderbouwen, raad ik aan: duik in een historisch naslagwerk. Dan weet je: niets van wat Poetin nu doet, deed Rusland niet eerder, en het stond in de sterren van de geschiedenis geschreven dat de geschiedenis zich zou herhalen.

Alicja Gescinska in De Morgen, 15.06.22.

.

Een antwoord is altijd een stukje van de weg die achter je ligt. Alleen een vraag kan je verder brengen.

.

Terwijl ik dit schrijf, vliegen er zeer beschaafde mensen over mijn hoofd die mij proberen te vermoorden. Ze voelen geen vijandigheid tegenover mij als persoon. Ze 'doen slechts hun plicht', zoals dat heet. De meesten van hen zijn ongetwijfeld zachtmoedige en gezagsgetrouwe mannen die in hun privé-leven nooit een moord zouden overwegen. Aan de andere kant, als een van hen erin slaagt mij met een goed gemikte bom op te blazen, zal hij daar niet minder om slapen. Hij dient zijn land, dat de macht hem heeft van het kwaad te verlossen.

George Orwell, England Your England, 1941

.

Overlevingsdrang schakelt schuldgevoelens uit.

.

Kijken

.

♠ IN EUROPA, 1939-1941

.

♠ IN EUROPA, 1940-1942

.

♠ IN EUROPA, 1942-1944

.

♠ TWEEDE WERELDOORLOG I

.

♠ TWEEDE WERELDOORLOG II

.


1939 bewerken

♣ Sinds 1900 is warme grill-picknick op een metalen stel een gewoonte in de V.S. Ketchup deed al langer zijn intrede: in 1812 en de H.J. Heinz Company bestaat sinds 1869. Van dan af zoeken families met de auto de fraaie Amerikaanse landschappen op om te roosteren. Tijdens de Tweede Wereldoorlog plooit de 'houtskoolgrillgekte' terug wegens een benzinetekort. De backyard volstaat. De BBQ-scene van Gone with the Wind maakt de Amikaans-zuidelijke traditie tot een way of life. Europa maakt er mee kennis eind jaren vijftig. BBQ is een mannenzaak, net zoals de koude oorlog. Kort na Expo '58 debuteert de onbekende Bob Dylan in New York. Joeri Gagarin is op dat moment een wereldheld als de eerste mens in de ruimte. De kosmonaut is de astronaut voor. In 1961 - het jaar dat de bouw van de Berlijnse muur hoe te ontsnappen aanvangt waait de BBQ-trend uit de V.S. over naar Europa. De De Telegraaf bericht over het roosteren van rauw vlees op een houtskoolvuur in de tuin. Wina Born, de moeder van de Nederlandse keuken, noemt het een 'smakelijk oer-vermaak voor moderne mensen.'

.

.

.

.

  • 1 september: Duitsland valt Polen binnen en Astrid Lindgren begint een oorlogsdagboek en hamstert boter, cacao en zeep.[3]

.

  • 3 september: Engeland en Frankrijk verklaren Duitsland de oorlog


  • De werkelijke oorlog: 1940-1945

.

.

.

  • Heropbouw: 1945-1955

.

.

1940 bewerken

 
Tijdens het Duitse bombardement op Rotterdam van 14 mei verzamelen de mensen op het landgoed Land van Hoboken. Let op het modernistische huis Sonneveld. Na het bombardement dient het als eerste hulppost. De tuin is een vroeg voorbeeld van de functionalistische indeling van de buitenruimten.

.

  • Astrid Lindgren gaat met enkele duizenden anderen werken bij de Zweedse brievencensuur.

.

♣ 14 mei 1940: het Bombardement op Rotterdam verwoest 24.000 woningen, 80.000 mensen zijn dakloos en er zijn 900 doden. Nederland capituleert. Bergen puin liggen verspreid over de stad: fragiele, macabere en levensgevaarlijke ruïnes die op elk moment kunnen instorten, wie er woont klautert zich een weg tussen de brokstukken, de losse muren, loshangende plafonds, glasscherven, gevels die dreigen te bezwijken. In dit decor speelt het sociale leven zich af: mensen vertrekken naar het werk of komen terug, kinderen spelen op de stoep, hier organiseert de zwarte markt zich, hier gaat men winkelen, aan het sjacheren,… Waar moet al dat puin heen? Vier dagen later krijgt de heropbouw van de stad vorm in de tuin van een vooraanstaande Amsterdammer: K.P van der Mandele. De vragen zijn: wat moet er gebeuren en hoe gaat Rotterdam dit aanpakken? De oplossingen zullen nog vijf jaar op zich laten wachten. Rotterdam grijpt de ramp aan als een tabula rasa: opnieuw beginnen. Willem Witteveen stelt een plan op dat Rotterdam als havenstad uitbouwt en de oude binnenstad moderniseert. De betonnen Laurenstoren en het stadhuis overleefden het bombardement en de opruimacties. De stad wordt in een behoorlijk tempo schoongeveegd. Het duurt anderhalf jaar om de vijf miljoen kubiek aan puin te ruimen. De operatie stokt in de zomer van 1942 als alle fitte mannen aan het Oostfront nodig zijn. De haven opnieuw tot leven roepen kost vijf jaar tijd. De heropbouw van de stadskern duurt een kwarteeuw en er is zestig jaar nodig om de stad een herkenbaar gezicht te geven. De bouwstop midden in de oorlog zorgt voor een architectonische staatsgreep. Moderne architecten vinden Witteveens plannen te conservatief en geven prioriteit aan het stadsverkeer. Het pakte niet goed. Een enquête uit 1968 bestempelde Rotterdam als de stad waar niemand wou wonen.'[4]

1941 bewerken

.

.

  • Op tweede kerstdag schrijft Astrid Lindgren dat Japan de Stille Oceaan op stelten zet: ze heeft het over de slag om Pearl Harbor op 7 december. Twee weken duurde het vooraleer het nieuws Zweden bereikte.

.

Kijken

1942 bewerken

.

.

  • Britse overgave bij Singapore aan een zwak Japans leger op 15 februari.

.

  • Hitler houdt een toespraak, schrijft Astrid Lindgren op 12 mei. Ze wil die in haar dagboek kleven, 'maar hij is zo lang, dus heb ik er geen puf voor.'

.

.

  • De Britse landschapsschilder, pottenbakker en graveur Adrian Paul Allinson (1890-1959) schildert in het Londense exclusieve West-End (Sint James’s Square) een moestuin van de hulpbrandweer met als leuze ‘Dig for victory.’ De afbeelding is niet op de Commens. Deze wel:

1943 bewerken

.

.

  • Het Amerikaanse leger bedenkt de term ‘denazificatie’ om de Duitse rechterlijke macht te hervormen en de Duitse bevolking van de nazi-besmetting – die zich epidemisch had uitgebreid - te genezen of te verdelgen. Hun ‘geneeskundig’ onderzoek bij de tien miljoen aanhangers van de partij bleek onhaalbaar in 1945. De Russen schoven hun ideologie naar voor als oplossing en de pragmatische Franse en de Britten beoordelen de nazi’s hiërarchisch. Wie in een verantwoordelijke positie zat kreeg meer aandacht dan een meeloper. Daartussen zaten allerlei categorieën: zware misdadigers, misdadigers, overtreders, de onschuldigen…

.

.

1944 bewerken

Filmopnames na de bevrijding van Buchenwald.

.

Concentratiekampen in de kijker: Fort van Breendonk, Dossin, Wolfenbüttel, Esterwegen, Auschwitz-eBirkenhau bij Krakau, Buchenwald bij Weimar, Sahenhausen nabij Berlijn, Therisienstad nabij Praag en ... Dachau, ongeveer 20 km ten noordwesten van München. Boedapest, het monument met de schoenen.


.

  • Januari
    • Beleg van Leningrad beëindigd.

.

  • Februari

.

  • Maart

.

  • April

.

  • Mei

.

.

BEELDFRAGMENT TROEPENOPBOUW IN PORTSMOUTH, 3 JUNI 1944

.

4 JUNI 1944

.

5 JUNI 1944

.

6 JUNI 1944

.

  • Juli
    • Bomaanslag op Führer mislukt.

.

  • Augustus
    • Anne Frank opgepakt.
    • Parijs is bevrijd.

.

  • September

.

  • Oktober

.

  • November

.

  • December 1944
    • Glenn Miller verdwijnt.
    • De eerste besluitwet vormt de grondslag voor de sociale zekerheid voor werknemers brengt de bestaande wetgeving omtrent pensioenen, kinderbijslag en jaarlijkse vakantie samen en verplicht de ziekte- en invaliditeitsverzekering en de werkloosheidsverzekering.

.

Kijken

.

.

1945 bewerken

.

♠ BEELDFRAGEMENT VERWOEST BERLIJN IN KLEUR (31 Min.).

.

Januari


.

.

Februari

.

.

.

.

Maart

.

April

.

.

.

Mei

.

.

  • Bij de capitulatie verklaart Oskar Schindler zijn arbeiders vrij en gaat op de vlucht. De geredden verklaren voor de geallieerden dat Schindler te goeder trouw handelde.

.

♠ BEVRIJDING NEDERLAND 4 MEI 1945

.

♠ BEVRIJDING NEDERLAND 5 MEI 1945

.

♠BEVRIJDING NEDERLAND 6 MEI 1945

.

♠ BEVRIJDING NEDERLAND 7 MEI 1945

.

♠ BEVRIJDING NEDERLAND 9 MEI 1945

.

Juni

.

De conferentie van Potsdam begin juni 1945 (na die van Jalta in datzelfde jaar en die van Teheran in 1943) toont de staatshoofden van de V.S., G.B. en de S.U. in tuinzetels. Waar zijn de Fransen? Ze zijn binnengekomen via een oprit met symmetrische bloemperken vol bloesems. Centraal een rode ster, omgeven door een plantencirkel. Hun plan is Duitsland en Berlijn opdelen in vier zones. De conferentie vindt plaats in Potsdam, dertig kilometer ten zuidwesten van Berlijn. In Schloss Cecilienhof (Im Neuen Garten 11) start de geschiedenis van de Koude Oorlog. Na de conferentie eigent de DDR zich het paleis (Engelse stijl), gebouwd door keizer Wilhelm II tijdens de Eerste Wereldoorlog toe. De tuin en het slot zijn in hun oorspronkelijke staat te bezoeken.

.

Juli

.

  • De test van de eerste atoombom in New Mexico wordt voorgesteld als een explosie van een munitiedepot om de spionagediensten te misleiden.

.

  • Churchill weggestemd.

.

.

Augustus

.

  • Eerste nucleaire explosie, Enola Gay dropt Little Boy boven Hiroshima. 78.000 mensen komen direct om, eind 1945 is dat aantal bijna verdubbeld.

.

♠ ATOOMBOM 6 AUGUSTUS 1945

.

♠ 7 AUGUSTUS 1945

.

♠ 8 AUGUSTUS 1945

.

♠ 15 AUGUSTUS 1945

.

September

.

.

Oktober
Op donderdag 5 juli 1945 landt de Amerikaanse diplomaat Robert Murphy op Tempelhof. Op weg naar het Sovjethoofdkwartier omschrijft hij de stad als een maanlandschap. Bertholt Brecht heeft het over ‘een idee van Hitler’ dat Churchill heeft geëtst. Stunde Null breekt aan. Oriëntatie is onmogelijk, boven- noch ondergronds. De geallieerde tapijtbombardementen reduceerden de wereldstad tot een schroothoop en net voor de bevrijding zetten de Nazi’s de U-Bahntunnel onder water. Wie daar zijn toevlucht zoekt, verdrinkt. Wie het redt en de kelder verlaat, herkent de stad niet en loopt verloren. Op de Kurfürstendamm beproeven alleenstaande vrouwen hun geluk in de liefdeskiosk en in Tiergarten halen ze bomen neer als brandhoud. Het park is zo goed als kaalgekapt als Berthold Brecht de omwonenden bedankt omdat ze een zeldzame populier niet omhakken: ‘Eine Pappel steht am Karlsplatz Mitten / in der Trümmerstadt Berlin.’ De foto's van Tiergarten zijn iconisch: het overenthousiaste en ongecoördineerde tuinieren tussen de omgevallen of verhakkelde marmeren beelden hebben iets apocalyptisch. En van zodra de eerste gewassen opduiken, dienden de tuinmensen hun perceel dag en nacht te bewaken. Negen heuvels zijn getuige van de puinruiming: de Duivelsberg is met zijn 115 meter de hoogste. (De andere zijn: de Groser Bunkerberg 78 meter in het Volkspark Friedrichshain en de Humboldthöhe (84 meter) in het Volkspark Humboldthain.) 2,8 miljoen Berlijners, vooral vrouwen gaan aan de slag met het puinruimen: de Trümmerfrau. Het Park am Weisen See herdenkt hen met een monument. Meer dan de helft van hen heeft geen woning. Een puinfilm uit 1948, Berliner Ballade suggereert een vrouwenoverschot in Berlijn van één man op zes vrouwen. Acht miljoen Duitsers bleven in de oorlog, waarvan ruim vijf miljoen soldaten. Eind september 1945 zijn er 8,5 miljoen Duitse soldaten krijgsgevangen en velen zijn beklagenswaardig gewond. Ze komen hinkend en rochelend de rest van hun leven door. In heel Duitsland ligt vierhonderdmiljoen kubiek puin, het volume van een berg van vier kilometer hoog. In één generatie tijd herstelt de West-Duitse industrie zich tot de op drie na grootste ter wereld en die wederopbouw was vrouwenwerk, zo gaat het verhaal. Dat suggereerde Jozef Goebbels al tijdens de oorlog. Te midden van het verwoeste Hamburg voert de propagandaminister actrices ten tonele die uitgelaten bakstenen ruimen met als boodschap dat de Duitse moreel onbreekbaar is. Vrijwillig ruimen ze straten en maken ze huizen bewoonbaar. Deze hardwerkende Trümmerfrauen brengen het naoorlogse leven opnieuw op gang en ontpoppen zich tot erotische heldinnen. Hun fotogenieke blik te midden van de even fotogenieke ruïnes is de perfecte beeldspraak voor de nieuwe gemeenschap en een maatschappij in opbouw. Architect Otto Bartning las het desolate puinlandschap als een chirurgische ingreep die een sluipende ziekte ontmaskert en het ware gezicht van het nazisme toont: een technologische gruwelmachine. Die is nu vernietigd en met elegante kleedjes en gebloemde stofjes - die totaal ongeschikt zijn voor dit smerige werk, maar de enige kledij is die hen nog rest – tonen de Trümmerfrauen de verbondenheid van de emmerketen; trots ondanks de nederlaag. Niettemin is het puinvrouwenverhaal een hardnekkige legende. In haar studie Mythos Trümmerfrauen toont de Duitse historica Leonie Treber dat de aantallen (miljoenen vrouwen) overdreven zijn en dat het fenomeen zich vooral in de oostelijke sector, de latere DDR en Berlijn voordeed. Dat beeld paste perfect bij het communisme. Dat goed uitgeruste aannemersbedrijven en de opgevorderde mannelijke werklozen die vrouwen bijstaan, bleef uit beeld, net zoals vrouwelijke terugkeer naar de traditionele haard in West-Duitsland. West-Duitse, feministische vrouwenbladen creëerden in de jaren zeventig de puinvrouwenmythe.[5].

.

Kijken

Kijken bewerken

♣ De Nazituin bewerken

♣ Erik Larson (1954) vertelt in zijn boek In The Garden of Beasts: Love, Terror, and An American Family in Hitler's Berlin over de carrière van de Amerikaanse ambassadeur in Duitsland, William Dodd die van 1933 tot 1937 met zijn dochter in Berlijn woont. Aanvankelijk hoopt hij op een gematigde nazi-regering. Zijn dochter Martha is gescheiden van een bankier en raakt verstrikt in opwindende liaisons met het Gestapo hoofd Rudolf Diels, de Sovjet attaché en de spion Boris Vinogradov. Binnen enkele maanden raken de Dodd's zich bewust van het nazikwaad. De titel van dit waargebeurde verhaal is een vertaling van Tiergarten, de dierentuin in Berlijn. Toch is dierentuin te eufemistisch, beestentuin zou beter zijn. Het boek is in het Frans vertaald: Dans le jardin de la bête.
 
Op deze foto uit 1945 zien we een tuinierende vrouw in Gelderland (Putten). Gedurende elke oorlog is een moestuin belangrijk omwille van de voedselproductie. Groenten en fruit verbouwen wordt tijdens de Eerste Wereldoorlog aangemoedigd door het Nederlandse Ministerie van Landbouw. Tuinieren kan in de achtertuin, in parken, op braakland, op sportvelden... Omdat niet iedereen even groene vingers heeft, verschijnt in 1917 Iedereen tuinier in oorlogstijd. In tijden van schaarste is de mond minder kritisch. Nu komen ook kat en kat, aardappelschillen en wortelloof op het menu. Het Kookboek voor den crisistijd uit 1918 vermeldt (met weinig enthousiasme) stamppot van radijsloof en brandnetelsoep. Gestoofd wortelloof snij je in stukjes, kook je minstens een uur om daarna te stoven met boter en muskaatnoot. ‘Een aanwinst is deze groente alleen in tijden van duurte of schaarste.’ Tijdens de Tweede Wereldoorlog stimuleert de overheid dit particuliere initiatief opnieuw. Hoe leg ik zelf een moestuin aan? van J.M. Riemens verschijnt in 1940. Boeken en brochures stimuleren de zelfvoorzienigheid. In 1941 verschijnt Van tuin tot tafel, Handleiding voor kleinen tuinbezitter en huisvrouw voor het zelfkweeken, het bewaren en het bereiden van groenten, enz. in het bijzonder in dezen tijd en in 1944 geeft de Directie van den Landbouw, Tuinbouwvoorlichtingsdienst dit uit: Mais in uw moestuin, handleiding voor den verbouw van mais als tuingewas.[6] Uitgerekend hier in Putten vond op 1 oktober 1944 een vergeldingsrazzia plaats, vergelijkbaar met het Bloedbad van Oradour-sur-Glane. 552 mannen kwamen om het leven. In de herdenkingshof staat "het Vrouwtje van Putten", een rouwende vrouw met een zakdoek, kijkend naar de kerk en het vertrek van de mannen. Achtenveertig mannen keerden terug na de oorlog. Ze werden met onbegrip en wantrouwen onthaald.
 
Zygmunt Bauman (1925-2017), een Pools-Brits socioloog en filosoof van Joodse afkomst doceerde aan de Universiteit van Warschau, Tel Aviv en Leeds. Bauman werd geboren in Polen en vluchtte als tiener naar de Sovjet-Unie. Na zijn pensionering is Bauman het productiefst en voelt hij zich vrij om te publiceren. In 1989 verschijnt De moderne tijd en de Holocaust. Hierin vraagt hij zich af hoe het komt dat we zo weinig leerden van de Holocaust. Zijn conclusie: ‘Omdat we de Holocaust buiten de normale gang van de geschiedenis plaatsen’ als abnormaliteit, unicum, eenmalige gekte. Zo sust de mens zijn geweten. Bauman bestrijdt de aberratiegedachte en wijst op recente genocides. Hij omschrijft de moderniteit, de cultuur sinds de Verlichting als een horticultuur, gekenmerkt door een fundamenteel wantrouwen in de natuur en een streven naar een ambitieus zelfvertrouwen. Plannenmakers met dit streven noemt hij 'tuinlieden' die de maatschappij bewerken als maagdelijke grond met een vakkundig ontwerp, rigoureus te cultiveren. Voor de moderne macht is de mensheid almachtig groots en individuen onbeholpen klein. In hun onderdanigheid vallen ze te verbeteren als het snoeien of het ontwortelen van planten of als het te fokken vee. De nationaal-socialistische ideoloog R.W. Darré gebruikte dit beeld voor het 'volkische bevolkingsbeleid' in zijn Marriage laws an the principle of breeding uit 1930.
 
De Pools-Joodse Esther Nisenthal (1927-2001) groeide op in een gehucht en leerde er naaien bij een naaister toen ze negen was. Vier jaar later zette de nazi-invasie het plattelandsleven aldaar op zijn kop. Later naaide ze haar verhaal in taferelen. Eén afbeelding toont een tuin onder het regime. Ze schrijft haar ervaring neer in een tafereel dat kan doorgaan als de Nazituin: een bezette akker, planten staan er in rechte rijen, onkruid (een verwijzing naar de Joden) is er niet. Het is met wortel uitgerukt of verdelgd met sproeistoffen, verwijzend naar de gifgassen gebruikt in de kampen, het Zyklon B, (mede) ontwikkeld door de Jood Fritz_Haber die tijdens de Eerste Wereldoorlog de gifgassen nabij Ieper in West-Vlaanderen introduceerde. Bauman: 'Behalve een 'ordelijk' tuinontwerp heeft de tuin gereedschappen en grondstoffen nodig. Wanorde (onkruid, een plaag...) is een bedreiging en de door de mens bedachte 'orde' staat in relatie tot het beschikbare gereedschap en de grondstoffen. De orde bepaalt wat relevant is en wat nutteloos is en rechtvaardigt zo de bezigheden van de tuinman. De helft van de mensen draagt een uniform. En dat was niet alleen in nazi Duitsland zo. 'Tegen het einde van de oorlog liep in Groot-Brittannië 25 procent van de beroepsbevolking in uniform, in Amerika was dat 18 procent, in de Sovjet-Unie 16 procent' schrijft Niall Ferguson.[7] In die optiek is genocide werk voor tuinlui, niemand gaat vrijuit. Ook de geallieerde legers niet. 'Tuinieren is een te klaren klus waarbij het tuinontwerp het onkruid bepaalt. In elke tuin is iets te verdelgen. Verdelgen is scheppende, geen destructieve arbeid, die niet verschilt van andere bezigheden waarin de aanleg en het onderhoud van de tuin samengaan. In elke opvatting van de maatschappij als tuin worden bepaalde delen van de maatschappelijke leefwereld tot onkruid bestempeld. Zoals alle vormen van onkruid zijn ook deze af te scheiden, in te perken, bijeen te houden, te verwijderd en buiten de grenzen van de maatschappij te plaatsen. Als de methode onvoldoende blijkt, mag er worden gedood.' Stalin en Hitler schakelen hun slachtoffers uit om een efficiëntere, morelere en fraaiere wereld te creëren. Een communistische wereld. Of een raszuivere, arische wereld. In elk geval een harmonieuze, conflictvrije, ordelijke, beheerste wereld die dociel zijn leiders gehoorzaamde. Mensen die waren besmet met de onuitwisbare schandvlek van hun verleden of afkomst pasten niet in een die smetteloze, gezonde en glanzende wereld. Net als het onkruid waren ze onverbeterlijk. Ze konden niet worden verbeterd of heropgevoed.'[8] Met een vredesverklaring houdt een oorlog niet op. In de geesten en in de realiteit leeft hij verder. Moeders krijgen hun kapotgeschoten kinderen niet terug en bij hun man die terugkeerde, groeien de ontbrekende ledematen niet terug. Na de Eerste Wereldoorlog blijft een stuk schrapnel Louis Ferdinant Celine kwellen en nagenoeg het hele oeuvre van Herman Dirk van Dodeweerd (Amsterdam 1929–Potsdam 2018), bekend als Armando is een terugblik op de Tweede Wereldoorlog. Hij groeide op in de buurt van Kamp Amersfoort met zijn zogenaamde 'Rozentuin' waar rechtstaan een straf was. Rozen waren er niet te zien, hun doornen des te meer. Een greep uit zijn oeuvre: De SS'ers (1967), Dagboek van een dader (1973), Aantekeningen over de vijand (1981), Uit Berlijn (1982) en Machthebbers (1983). In 1988 reduceert zijn De straat en het struikgewas de mens is tot een werktuig van de geschiedenis. Quotes van Bismarck, Kant, Nietzsche associëren die geschiedenis met onrecht en macht. De deeltitel brengt ons in de buurt van de tuin. ‘Het struikgewas’ is de plek waar zich de oorlogsgruwel zich afspeelt. De naoorlogse schoonheid van het bos, de lieflijke hei, het idyllisch struikgewas en het overgangsgebied van de bosrand kan het hoofdpersonage nooit meer op één wijze bekijken. Ze misleiden: daar stak een jongen een soldaat neer. Daar zijn gevangenen begraven. Armando’s herinnering aan landschappen en tuinen flitst naar een vooroorlogs, speels en kinderlijk verleden, de oorlog vol geweld en de naoorlogse periode. De herinneringen maken de natuur, het struikgewas en het landschap medeplichtig aan de gruwel. In plaats van een stille getuige te zijn ziet Armando drie realiteiten in één. Die van voor, tijdens en na de oorlog. Bij de lommerrijke bomen denkt hij aan klimmende kinderen én aan het hakken van het brandhout dat hen warm houdt tijdens de oorlogsjaren. De heide waar het kind achterop de vaderlijke fiets schaterlacht, dampt tijdens de oorlogsjaren van de lijkengeur. Nadien is er niets meer van te merken: autos razen er overheen, net zoals op zijn speelplein en voetbalveldje. Daar was ooit een concentratiekamp. De schoonheid van de natuur is een schizofrene paradox. Ze is mooi, een verrader en biedt troost. De argwaan die ze oproept is te vergelijken met de inwisselbare posities van daders en slachtoffers. Vandaag dader, morgen slachtoffer en omgekeerd.

.

Onkruid bewerken

'Hij die de tuinplanten aan hun lot overlaat zal spoedig tot zijn verrassing merken dat de tuin door onkruid overwoekerd raakt en dat zelfs de aard van de planten fundamenteel is veranderd. Als de tuin derhalve de kweekplaats voor deze planten moet blijven, met andere woorden, als deze zich wil verheffen boven de harde wetten van de natuur, is de vormgevende wilskracht van de tuinman noodzakelijk, een tuinman die, door voorwaarden voor voorspoedige groei te scheppen, of door schadelijke invloeden weg te nemen, of beide, zorgvuldig zorgt voor wat zorg behoeft, en genadeloos het onkruid verdelgt dat de betere planten van voedsel, lucht en zonlicht zou beroven. [...] Zo wordt duidelijk dat vraagstukken omtrent de voortplanting niet triviaal voor de politieke gedachtenvorming zijn, maar dat deze tot de centrale overwegingen behoren, en dat de antwoorden moeten voortvloeien uit de spirituele, ideologische houding van een volk. We moeten zelfs stellen dat een volk slechts een geestelijk en moreel evenwicht kan bereiken als een goed doordacht voorplantingsprogramma een centrale plaats in de cultuur inneemt.'[9]

.

Overwoekeren bewerken

De moderne wereld kenmerkt zich sinds de Verlichting door een 'activistische, manipulatieve benadering van de natuur. 'De wetenschap werd niet om zichzelf beoefend, maar werd vooral beschouwd als een ontzagwekkend krachtig instrument dat degene die het beoefende in staat stelde om de werkelijkheid te verbeteren, naar menselijk idee en ontwerp om te vromen, en deze bij te staan in haar drang tot zelfvervolmakingen. De tuinbouw en de medische wetenschap leverden de archetypes van de constructieve mentaliteit, terwijl de normaliteit, gezondheid of sanering de archemetaforen voor de menselijke werkzaamheden en taken bij het beheer van de menselijke aangelegenheden boden. Het menselijk bestaan en de menselijke samenleving werden onderworpen aan planning en administratie. Net als tuinplanten of levende organismen konden deze niet aan hun lot worden overgelaten, omdat ze anders door onkruid overwoekerd zouden worden. Tuinieren en medicijnen zijn functioneel onderscheiden vormen van dezelfde activiteit: nuttige elementen die zijn voorbehouden om te leven en te gedijen, te scheiden en isoleren van schadelijke, ziekelijke elementen die moeten worden uitgeroeid. Hitlers taalgebruik en retorica zaten vol beelden van ziekte, infectie, overwoekering, verrotting en pestilentie.' (BAUMAN, p. 96-97).

.

Sterilisatie en fok bewerken

Heinrich Himmler (1900–1945), de leider van de SS en de NSDAP en mede hoofdverantwoordelijk voor de Holocaust is landbouwwetenschapper van opleiding en net zoals de veredeling van paarden of koeien kiest hij nauwgezet zijn SS'ers uit. De Duitse bioloog Erwin Baur en de antropoloog Martin Stämmler bevestigen dit denken. 'Iedere boer weet dat, als hij de beste exemplaren van zijn vee zou slachten zonder dat ze zich hebben voortgeplant en in plaats daarvan met inferieure dieren zou fokken, zijn veestapel hopeloos achteruit zou gaan. Deze vergissing, die geen enkele boer zou maken met de dieren die hij fokt en de gewassen die hij verbouwt, laten wij in ons midden op grote schaal toe. Als schadeloosstelling voor onze menselijkheid van heden moeten we er voor zorgen dat deze inferieure mensen zich niet voortplanten. Een eenvoudige operatie van slechts enkele minuten kan dit onverwijld mogelijk maken. [...] Niemand stemt sterker met de nieuwe sterilisatiewatten in dan ik, maar ik blijf herhalen dat dit nog maar het begin is. [...] De opdracht is om mensen tegen overwoekering door het onkruid te beschermen.'

.

De tuin van Mussolini bewerken

.

Onverschilligheid is de ballast van de geschiedenis.

.

De oude wereld is stervend en de nieuwe wereld vecht om geboren te worden: het is nu het tijdperk van monsters.

.

♣ Rome. Eén toespraak in het Italiaanse parlement tegen Mussolini is voldoende om Antonio Gramsci (1891-1937) in 1926 te veroordelen tot een ballingschap op het eiland Ustica en tien jaar gevangenis. Daar schrijft hij zijn dertig Gevangenisgeschriften die als smokkelwaar hun weg vinden naar een breed communistisch publiek. Zijn stelling dat de heersende klasse behalve de staat en de economie, ook de cultuur domineren (en bijgevolg dus de tuin) doet hem pleiten voor de prioritaire verovering van de culturele macht op de politieke macht. Dat kan door de intellectuelen en de media. Na zijn vrijlating in 1937 overlijdt hij in een ziekenhuis in Rome. Hij ligt begraven op het Protestants kerkhof van Rome, het Cimitero Acattolico. Tijdens een avondlijke omzwerving arriveert de Nederlandse publiciste Rosita Steenbeek in het ommuurde park van Villa Torlonia. Op het landgoed rust een vloek, toeristische gidsen spreken er in tegenstelling tot Villa Borghese of de Villa Doria Pamphilj nauwelijks over. Die avond is er een concert en ze kan binnenlopen. Mussolini leidde hier van 1925 tot 1943 een wat teruggetrokken bestaan. Zijn vrouw, donna Rachele, verbouwt in de tuin wat maïs en aardappelen om het Italiaanse volk ten voorbeeld te zijn en aan te moedigen om de hongerplaag aan te pakken. Mussolini huurt de villa voor één symbolische ??? aan ??? Sinds ze eind achttiende eeuw in de adelstand verheven is, resideert hier de rijke bankiersfamilie Torlonia. Die toverden de oude wijngaarden en de artisjokvelden aan de stadsrand om in parkachtig landschap vol prielen, paden en paardenstallen. Er is een bouwvallige tempel, een namaakruïne, een theater, een obelisk met cryptische hiërogliefen, vijvers met watervallen en fonteinen, citroenbomen, ceders, oleanders en palmen in alle vormen en maten. De oranjerie verbouwt Mussolini tot een filmzaal. Het aangrenzende gebouw schenkt hij aan een filmschool, er zich terdege van bewust dat het nieuwe medium de perfecte propaganda voor zijn regime is. Als Steenbeek zijn royaal sprookjeskasteel met Romeinse zuilen, torentjes, balkons en koepels opmerkt, denkt ze aan de Efteling. Op de glaskunst ontwaart ze zwaluwen, pauwen, eksters en zwanen. De exotische bomen werpen hun schaduw over het grindpad. De vijver glanst in de donkere nacht en lijkt op een zwart gat naar de onderwereld. Onder de tuinen liet El Duce twee bunkers bouwen om te schuilen voor de geallieerde bommen of bij een mogelijke gasaanval. Er is een Etruskische kelder gevonden (?) of vindplaats en de Joodse catacomben, ontdekt in 1918 zijn ouder zijn dan de christelijke. Als El Duce in 1943 vlucht, kamperen Amerikanen en Britten in de villa en het park. Bij hun aftocht zijn de landerijen en de verblijven uitgewoond. [10]

Bronnen bewerken

  1. MARC REYNEBEAU. Het selectieve geheugen van Leo Delwaide. In De Standaard, 12.02.2019, p. 16 & 17; HERMAN VAN GOETHEM. 1942. Het jaar van de stilte, Polis-Cossee, 2019.
  2. Geciteerd in ZYGMUNT BAUMAN, vertaald door Jan Willem Reitsma. De moderne tijd en de holocaust. Boom, Amsterdam, 1998, p. 27.
  3. ASTRID LINDGREN, vertaald door Janny Middelbeek. Oorlogsdagboek 1939-1945. Ploegsma, Amsterdam, 2015.
  4. MARK VAN ASSEN. Begin niet met architecten. Luister liever naar de bewoners, in : De Morgen, 7.6.2022, p. 14 & 15.
  5. MICHIEL HENDRYCKX. Altijd ergens, altijd iets. Stuttgart - Birkenkopf, In: dS Weekblad, 24.08.2019, p. 50; HARALD JÄHNER, vertaald door Anne Folkertsma & Jantsje Post. Wolfstijd. Duitsland en de Duitsers 1945-1955, Arbeiderspers, Antwerpen, 2021, p. 41-42, p. 230;PIET DE MOOR. Berlijn. Leven in een gespleten stad, Van Gennep, Amsterdam, 2016, p. 105-112.
  6. CHARLOTTE KLEYN. Crisiskoken. Wildplukken, moestuinen en wortelgroen, in: https://allardpierson.nl/blog, 6.04.2020.
  7. NIALL FERGUSON, vertaald door André Haacke & Ruud van der Helm. Het plein en de toren. Verborgen netwerken uit de geschiedenis, Hollands Diep, Amsterdam, 2017, p.272-274.
  8. Zie: ZYGMUNT BAUMAN, vertaald door Jan Willem Reitsma. De moderne tijd en de holocaust. Boom, Amsterdam, 1998, p. 119-121; p. 144-146.
  9. Geciteerd in ZYGMUNT BAUMAN, vertaald door Jan Willem Reitsma. De moderne tijd en de holocaust. Boom, Amsterdam, 1998, p. 144 & 257.
  10. ROSITA STEENBEEK. Rome. Ambo|Anthos, Amsterdam, 2017, p. 375 ev.