Gebruiker:Halandinh/'s-Hertogenbosch (stad)

's-Hertogenbosch (uitspraak) of Den Bosch (uitspraak) is een stad in de gemeente 's-Hertogenbosch van de provincie Noord-Brabant, een van de drie zuidelijke provincies van Nederland. De Franse naam voor deze stad is Bois-le-Duc en de Duitse versie luidt Herzogenbusch. Haar Latijnse naam is Silva Ducis of Buscum Ducis. De stad maakt deel uit van het stedelijk netwerk BrabantStad.

's-Hertogenbosch werd volgens de overlevering gesticht in 1185 door hertog Hendrik I van Brabant, aan de samenloop van de Aa en de Dommel, die tegenwoordig samenkomen bij het citadel in de stad, en is een van de oudste middeleeuwse steden van Nederland. Haar zustersteden zijn Trier in Duitsland en Leuven in België. Daarnaast heeft 's-Hertogenbosch sinds 1997 een vriendschapsband met de Roemeense stad Focsani.

's-Hertogenbosch is lid van de Nederlandse Vereniging van Vestingsteden.

Geschiedenis van de stad bewerken

De stad 's-Hertogenbosch ligt op een dekzandrug, welke loopt van Herpen (ten oosten van de stad Oss) naar Geertruidenberg. Deze dekzandrug stamt uit de laatste ijstijd en verhinderde ter plaatse een goede afwatering voor de Dommel en De Aa die na de laatste ijstijd uit de Centrale Slenk naar het noorden stroomden. De lagere delen van de dekzandrug werden door het aanstromend water sterk geërodeerd. Hierdoor brak ter hoogte van het huidige centrum op verschillende plekken de dekzandrug door en konden de riviertjes op de Maas afwateren. Zo ontstonden zandkopjes in het rivierenlandschap, ofwel donken. Eén van deze donken betreft de Markt in 's-Hertogenbosch die nog steeds kan worden ervaren. Hieraan heeft de stad ook een deel van zijn carnavalsnaam Oeteldonk te danken.

Hoewel er bij opgravingen op de Markt weinig tot geen bewijs voor gevonden is, wordt er vanuit gegaan dat, voordat de stad ontstond, ter plaatse een (moeras)bos aanwezig was, dat als jachtgebied toebehoorde aan Godfried I van Brabant (de eerste hertog van Brabant) en later aan zijn zoon hertog Hendrik I van Brabant. Hier komt de naam des Hertogen bosch (het bos van de hertog) vandaan, waarvan het huidige 's-Hertogenbosch een samentrekking is. Uit archeologisch onderzoek in het nabijgelegen Empel (namelijk bij de tempel van Empel) is uit pollenonderzoek evenwel gebleken dat tijdens de Romeinse tijd op de (restanten van de) dekzandrug een groot eikenbos aanwezig moet zijn geweest.

's-Hertogenbosch werd als stad officieel gesticht vanuit Orthen, een oud domein van de graven van Leuven. Op de locatie was vermoedelijk al eerder spontaan een handelsnederzetting ontstaan, hetgeen opmerkelijk is omdat de meeste plaatsen destijds bij een klooster of als agrarische nederzetting ontstonden. Al enkele decennia na de vorming van deze nederzetting, verleende hertog Hendrik I stadrechten. Dit gebeurde ergens tussen 1185 en 1196. De vroegste vermelding in de documenten is uit 1196. In die tijd was het nog niet erg gebruikelijk dergelijke rechten expliciet vast te leggen en veel andere (nieuwe) steden in de Nederlanden namen het Bossche geschreven stadsrecht als voorbeeld.

 
Huizen aan de Bredehaven

De stad droeg meteen het karakter van een vestingstad, niet alleen om de inwoners te beschermen, maar ook omdat 's-Hertogenbosch als de meest noordelijke stad van Brabant op een strategische locatie lag en een bescherming en uitvalsbasis tegen Gelre en Holland vormde. De resten van de eerste vestingmuur, die een gebied omwalde dat niet veel groter was dan de directe omgeving van de markt, zijn op verschillende plaatsen nog zichtbaar: de waterpoort waar de Dieze het stadje binnenkwam is het grootste restant. Ook van de Leuvense Poort zijn nog overblijfselen te zien. De bouw van de muur startte kort na de stichting van de stad en werd rond 1225 voltooid. Intussen werd de stad beschermd door een aarden wal met palissaden. In 1203 werd het slecht beschermde plaatsje nog vanuit Heusden door een gezamenlijke expeditie van Gelre en Holland platgebrand.

's-Hertogenbosch werd na Leuven, Brussel en Antwerpen de vierde hoofdstad van het hertogdom Brabant en bestuurde de Meierij, ongeveer het gebied van het oostelijke deel van de huidige provincie Noord-Brabant. De stad groeide door handel en nijverheid zo snel dat al vanaf 1318 een tweede, veel ruimere, omwalling langs nieuw gegraven lopen van de Aa en de Dommel gebouwd werd. Hiermee werd in grote lijnen het huidige centrum gecreëerd. Dit ging echter niet zomaar: het hele nieuwe stadsgebied moest (op kosten van de stedelingen) worden opgehoogd om het te beschermen tegen overstromingen. Pas na zo'n vijftig jaar was de nieuwe ommuring klaar, en was de stad gegroeid van negen naar ruim honderd hectare. Later werden nog twee kleine gebieden aan de stad toegevoegd: de uitleg van de Vughterdijk (acht hectare) aan het einde van de 14e eeuw en die aan het Hinthamereinde (4,5 hectare) rond 1540.

 
's-Hertogenbosch in 1866

's-Hertogenbosch was na het voltooien van de tweede omwalling de tweede stad (na Utrecht) in inwoneraantal op het grondgebied van het huidige Nederland. Allerlei natuurlijke stroompjes van de Dieze — zoals de Dommelstroom ter hoogte van 's-Hertogenbosch toen genoemd werd — die, daar de weg op de rivierduintjes lag, achter de huizen liepen, kwamen zo voorgoed binnen de zich opvullende stad. Deze "Binnendieze" raakte op den duur gedeeltelijk overkluisd doordat er huizen en andere gebouwen over de Dieze heen werden gebouwd. Binnen de stadsmuren ontstond met de bevolkingsgroei namelijk een nijpend ruimtetekort doordat uitbreiden van de stad erg moeilijk was, in verband met de lage ligging van het omliggende gebied. Het resultaat was een uniek stelsel van ondergrondse waterstromen, dat in 1970 ternauwernood aan een bijna volledige demping ontsnapte. De stad vormde eeuwenlang een belangrijk steunpunt voor de hertogen van Brabant in hun strijd tegen Gelre. De Gelderse veldheer Maarten van Rossum heeft nog omstreeks 1500 de omstreken van 's-Hertogenbosch geteisterd met zijn strooptochten. In die tijd kende de stad een bloeiend economisch en cultureel leven. Beroemde mannen als de schilder Jeroen Bosch en de toneelschrijver Macropedius leefden en werkten toen in de stad. En in 1529 werd de Sint-Janskerk voltooid.

 
De Moriaan

Tijdens de Tachtigjarige Oorlog koos de stad, na een poging door calvinisten het stadsbestuur met geweld over te nemen, wat mislukte na een hevig gevecht tussen protestanten en katholieken op de Markt van 's-Hertogenbosch, in 1579 voor de Spaanse koning, de wettige Habsburgse Heer der Nederlanden. In december van dat jaar sloegen duizenden in paniek op de vlucht, nadat duidelijk was geworden dat het stadsbestuur niet overging tot de erkenning van de Unie van Utrecht en de hertog van Parma om bescherming vroeg. Dat kwam de stad in 1600 en 1603 te staan kwam op twee onsuccesvolle belegeringen door de militaire commandant van de Republiek, Prins Maurits van Oranje. Toen in "Duitsland", mede door toedoen van de laatste, de verwoestende Dertigjarige Oorlog was uitgebroken, die in tijd samenviel met de laatste dertig jaar van de Tachtigjarige Oorlog, poogden de Habsburgers de opstandige Republiek te breken, door haar te isoleren van haar achterland. 's-Hertogenbosch werd de spil van een ijzeren ring van vestingen. Gigantische bedragen werden geïnvesteerd in nieuwe vestingwerken, waarvan de hoofdwallen nog grotendeels bewaard zijn gebleven. Met geld van de buitgemaakte zilvervloot deed de broer van Prins Maurits, Prins Frederik Hendrik, echter in 1629 een groots opgezette tegenaanval. Met ruim 30.000 man sloeg hij beleg om de stad. Eerst maakten de inwoners zich weinig zorgen: de "Moerasdraeck" gold immers als onneembaar voor de toenmalige belegeringsmethoden, want de drassige grond leek ondermijning uit te sluiten. Frederik Hendrik volbracht echter het schijnbaar onmogelijke. Met een tweede leger van duizenden in Holland, Utrecht en Gelderland gerekruteerde landwerkers verlegde hij de lopen van zowel de Aa als de Dommel tot ver rond de stad en wierp langs de veertig kilometer lange nieuwe beddingen een verschanste dubbele ringdijk op. Daarna begon hij de zo ontstane polder met honderden paardenmolens droog te leggen.

 
De Uilenburg

De Bosschenaren zagen voor hun verbijsterde ogen het water zich terugtrekken en de loopgraven van de Staatse vijand oprukken. Na ruim drie maanden beleg zag de stad zich gedwongen te capituleren. Door deze onverwachte nederlaag was de Habsburgse strategie volledig mislukt. Tot 1794 raakte de stad aldus in de Staatse bezettingszone van Brabant, als onderworpen "Generaliteitsland". Als dwangburcht tegen de katholieke inwoners, die nu van de vrije uitoefening van hun godsdienst beroofd werden, werd een enorme citadel aan de noordzijde van de stad opgeworpen. Dit fort "Papenbril" kreeg een vrij schootsveld richting burgerij door de kaalslag van aanliggende stadsgedeelten. Aanvankelijk was in de opdracht van de bouw van deze dwangburcht gepland dat deze op de markt in het midden van het oude centrum moest komen. De uitvoerder, Frederik Hendrik, was echter wat milder gestemd en bedacht dat het praktischer was om de burcht een onderdeel van de vestingwerken te laten zijn. Frederik Hendrik had overwogen om de bewoners van de veroverde stad godsdienstvrijheid te geven. Strengcalvinistische kringen in de Republiek staken echter daarvoor een stokje. Dat heeft Frederik Hendrik nog aardig opgebroken toen hij een paar jaar later probeerde Brabant en Vlaanderen op de Spanjaarden te heroveren. De verhoopte volksopstand van de Zuidelijke Nederlanders bleef uit, want hun wantrouwen tegen hun protestantse "Noordelijke broeders" was door het lot van de Bosschenaren alleen maar verdiept.

Sinds 1629 hadden de stadhouders uitzonderlijk veel invloed in de garnizoenstad. Zij hadden het recht in Den Bosch een gouverneur te benoemen. In 1784 vertrok de gehate hertog van Brunswijk die die post meer dan dertig jaar had bezet. De vroedschap bestond sinds 1629 uit Calvinisten. Eerst in de patriottentijd gaf dat aanleiding tot verzet.

 
Huizen aan de Vughterstraat

Na 165 jaar - overigens betrekkelijk milde – onderdrukking (men had geen godsdienstvrijheid, echte stedelijke autonomie of enige formele invloed op het landsbestuur, maar wel hogere belastingen) werd de stad door de zegevierende revolutionaire Franse legers in 1794 zonder veel moeite veroverd. De meeste bewoners ervoeren dit meer als bevrijding: de met Franse steun tot stand gekomen Bataafse Republiek nam voor het eerst Brabanders en katholieken als volwaardige medeburgers op. In 1806 voegde Napoleon Bonaparte alle gebieden ten zuiden van de Waal bij het Franse Keizerrijk; 's-Hertogenbosch werd de hoofdstad van het departement Bouches-du-Rhin. In 1813 verjoegen de Pruisen de Fransen weer. 's-Hertogenbosch werd binnen het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden de hoofdstad van de provincie Noord-Brabant. Zij sloot zich niet aan bij de Belgische Opstand van 1830. Gedurende lange tijd behield de stad een sterk behoudend karakter. Als uitvalsbasis voor het Zuidelijke Veldleger was het haar tot 1877 verboden buiten de wallen uit te breiden. Wel werd in de naaste omgeving het toch al grote aantal forten en veldwerken nog eens fors vermeerderd. Toen er eindelijk met de stadsuitbreiding begonnen mocht worden, gebeurde dat heel aarzelend. De binnenstad raakte zo overbevolkt en verpauperd. De Binnendieze werd een stinkend riool. In 1900 had de stad de hoogste kindersterfte van het land. Door de terughoudende opstelling van het stadsbestuur gingen zowel de vestiging van Philips als van de eerste Katholieke Universiteit en Kweekschool aan haar neus voorbij.

Na 1950 drong dit besef pijnlijk door, en probeerde men de gemiste kans om een van de grootste agglomeraties van het land te worden, alsnog goed te maken. Een enorm bouw- en sloopprogramma werd op poten gezet. Dienstverlening werd echter belangrijker dan industrie en de moderne mens prefereerde authentieke stadsgezichten boven kantoorkolossen. Gelukkig sloegen heel behoudende en zeer progressieve krachten op tijd de handen ineen en voorkwamen op het nippertje de vernietiging van de historische binnenstad.

's-Hertogenbosch in de 21ste eeuw bewerken

's-Hertogenbosch is een administratief, financieel, onderwijs-, winkel-, bestuurlijk en industrieel centrum en is na Eindhoven, Tilburg en Breda, de vierde stad van Noord-Brabant qua inwoneraantal. Het industriele karakter van de stad is in de loop van de jaren flink veranderd door vertrek of sluiting van diverse bekende fabrieken zoals AMP, Michelin, De Gruyter, Verkade en de Kruithoorn. Men richt zich nu meer op de zakelijke en financiële dienstverlening, zoals de IT-afdeling van SNS Bank en de Bossche Van Lanschot Bank.

In deze stad bevindt zich een van de vestigingen van Nederlands grootste bierbrouwer Heineken, die een flink aandeel heeft in de regionale werkgelegenheid en sponsoring.

In deze stad zijn drie openbare archiefdiensten gevestigd:

's-Hertogenbosch is ook een belangrijk verkeersknooppunt over weg, water en per spoor.

Ligging bewerken

Door de ligging als noordelijkste stad in de Zuidelijke Nederlanden heeft het goede verbindingen met Nijmegen en Arnhem in het oosten, Utrecht en Amsterdam in het noorden, Tilburg en Breda in het westen en Eindhoven, Veghel en Helmond in het zuidoosten. Ook zijn de Randstad, het Duitse Ruhrgebied, Antwerpen en Luik goed bereikbaar geworden. Deze laatste twee verbindingen stammen al uit de tijd van het Hertogdom Brabant. Ook bevindt het zich in de stedelijke regio Waalboss, een combinatie van de gemeenten 's-Hertogenbosch, Oss, Waalwijk, Loon op Zand, Heusden, Vught, Bernheze en Maasdonk. Deze regio maakt momenteel een flinke groei door.

Transport bewerken

Door de toenemende drukte en de groei van de stad, dreigt de stad dicht te slibben. Vanwege de vele aansluitingen en verbindingen is de Ring van 's-Hertogenbosch een van de drukst bereden autosnelwegen van Nederland. Mede daardoor en door het feit dat de gemeente een economische groei doormaakt, zijn er voor 2005 maatregelen getroffen om de stad verder te laten groeien. De rondweg A2 wordt uitgebreid tot een 4×2-autosnelweg. De binnenste 2×2-rijstroken zijn voor doorgaand verkeer tussen Utrecht en Eindhoven. De buitenste 2x2-rijstroken voor regionaal verkeer tussen de stadsdelen en Waalwijk en Oss. De beide rijbanen van de A2 tussen 's-Hertogenbosch en Zaltbommel worden verbreed van twee naar drie rijstroken. De Zuid-Willemsvaart wordt om de stad heen geleid. Deze zal aan de oostkant van de A2 komen te liggen, tussen Rosmalen en de stad in.

 
Sint-Catharinakerk 's-Hertogenbosch

Deze infrastructerele wijzigingen hebben de gemeente geïnspireerd tot het project "Avenue2/Kanaalzone", een nieuw te vormen secundair stadscentrum met moderne hoogbouw boven de A2 tussen 's-Hertogenbosch en Rosmalen. Deze nieuwe wijk zal in het kader van OV-Netwerk Brabant een eigen intercitystation krijgen. Dit alles moet in 2010 gerealiseerd zijn. Er loopt ook nog een plan om de zuidwestelijke aansluiting op de A2, de N65, de rijksweg Vught - Tilburg om te bouwen tot autosnelweg, om dezelfde problemen als op de voormalige N50, richting Nijmegen te voorkomen. Om de Ring te completeren zijn er nog steeds plannen om het laatste stuk, in de polder tussen 's-Hertogenbosch en Vught, de Gement, aan te leggen. Nu moeten auto's die de zuidkant van de Ring gebruiken, nog een eind rijden langs het ziekenhuis en de stad. Ook zijn er werkzaamheden gestart voor een aanleg van een nieuw industrieterrein ten westen van de spoorweg 's-Hertogenbosch - Utrecht, met de daarbij behorende voorzieningen, zoals een nieuw NS-station dat ook de wijk Maaspoort bereikbaar maakt per trein. De omliggende gemeenten gaan direct profiteren van deze uitbreiding, getuige de aanvraag voor een nieuw te openen station in Hedel aan hetzelfde spoor van de gemeente Maasdriel.

 
De Gulden Hopsack

Bezienswaardigheden van de stad bewerken

Het middeleeuwse stadscentrum van 's-Hertogenbosch is een van de oudste en compleetste van Nederland. De binnenstad is het grootste omwalde gebied van het land. In 2003 is het winkelhart verkozen tot beste centrum van Nederland.

 
Stadswal bij Het Bossche Broek

Uniek voor een middelgrote stad is de situatie tussen 's-Hertogenbosch en Vught: daar grenst een polder, het natuurgebied "Het Bossche Broek", nog direct aan de zuidelijke stadswal. Aan de stadswallen wordt momenteel gewerkt om die volledig in de oorspronkelijke zichtbare staat terug te krijgen. De stad werd hiervoor verkozen tot Europese vestingstad van het jaar 2004. Ook zijn er plannen om de Binnendieze uit te breiden tot de volledige oorspronkelijke lengte en doorgangen onder de stad.

's-Hertogenbosch bezit ook het oudste nog bestaande bakstenen huis van Nederland, de "Moriaan", waar momenteel het VVV-kantoor is gevestigd. Ook is 's-Hertogenbosch bisschopszetel (zie Sint-Janskathedraal en Bisdom 's-Hertogenbosch) en was het vroeger een garnizoensstad. De Willem I-Kazerne is hiervan nog steeds te bewonderen als miniatuurkazerne in Madurodam te Den Haag.

De stad is onder andere bekend vanwege haar gotische kathedraal, die is gewijd aan de Heilige Johannes Evangelist. De kathedraal is gebouwd naar voorbeeld van de kathedraal van Amiens. In de Sint Jan staat het beeld van Onze Lieve Vrouwe van 's-Hertogenbosch (de Zoete Moeder). Verder staat de stad ook bekend om het Noordbrabants Museum, het Stedelijk Museum 's-Hertogenbosch (voorheen Museum Het Kruithuis), Jeroen Bosch (standbeeld van August Falise), de lekkernij Bossche Bollen (door de inwoners zelf "chocoladebollen" genoemd) en het liedje over Zoete lieve Gerritje. Een andere attractie is de nu volledig gerestaureerde Binnendieze, waar verschillende rondvaarten de gelegenheid bieden de stad ondergronds te bewonderen. Bekend is 's-Hertogenbosch in carnavalstijd. De stad wordt in die dagen omgedoopt tot het Bourgondische Oeteldonk. Anders dan de carnavalsvierders in Limburg, die hun carnaval vieren volgens de Rijnlandse traditie, houden 's-Hertogenbosch en Bergen op Zoom vast aan het Bourgondische Carnaval. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het verschijnsel dat men zich (in 's-Hertogenbosch) in een boerenkiel hult om duidelijk te maken dat in deze tijd gangbare rangen en standen binnen de samenleving vervallen. De tijdelijke overdracht van de stadssleutel door de burgemeester aan de "carnavalsburgemeester" (Peer vaan den Muggenheuvel tot den Bobberd) is hier ook een teken van. Ook kent men in 's-Hertogenbosch geen dansmariekes en steken met fazantenveren, zoals men die in andere delen van Brabant en in Limburg wel veel ziet.

 
Sint-Jan

's-Hertogenbosch huisvest drie hogescholen: de Avans Hogeschool, de HAS (Hogere Agrarische School) en de Stoas Hogeschool. De hogescholen hebben zich recent gevestigd in het vernieuwde stationsgebied. In hetzelfde stadsdeel bevindt zich ook het nieuwe Paleis van Justitie, een van de vele hoogwaardige architectonische gebouwen in de nieuwe wijk Paleiskwartier.

De stad bedient de omliggende regio van een drietal ziekenhuizen, die samen het Jeroen Bosch ziekenhuis vormen. Ook bevinden zich in de stad de Brabanthallen: een beurscomplex waar voorheen de wekelijkse vee- en paardenmarkt werd gehouden. Vanwege de dreiging van epidemieën zijn deze afgeschaft. De Brabanthallen worden momenteel ingrijpend verbouwd, zodat deze als de evenementenhallen van BrabantStad kunnen dienen. Na de verbouwing hebben de Brabanthallen een totale beursoppervlakte van 44.000 m². Ze zijn hierdoor de op twee na grootste hallen na de RAI in Amsterdam en de Jaarbeurs in Utrecht.

 
Stadhuis

Op dit moment wordt het complex gebruikt voor beurzen, automarkten, popconcerten, en sportwedstrijden en andere evenementen, zoals Holiday on Ice, Davis Cup-wedstrijden, Concours Hippique Indoor Brabant en indoor houseparty Impulz.

In het naburige Rosmalen vindt jaarlijks een groot internationaal grastennistoernooi plaats, Ordina Open. Bekende sportploegen en -clubs zijn: FC Den Bosch (Als BVV in 1948 landskampioen en kampioen eerste divisie 1969-1970 en 2003-2004), hockeyclub Den Bosch (meervoudig landskampioen) en basketbalclub Eiffel Towers (voormalig EBBC en Nashua, dertienvoudig landskampioen, finalist Europa Cup II in '79 en wereldcup in '82). In de jaren zestig behoorde IJshockeyclub Den Bosch tot de landelijke top (landskampioen in 1967) en bracht de club vele internationals voort.

's-Hertogenbosch heeft verschillende mogelijkheden voor waterrecreatie. Het heeft een rechtstreekse aansluiting en ligging aan de Maas en heeft enkele waterplassen die zich in de gemeente bevinden. De Oosterplas, Zuiderplas, Noorderplas en het Engelermeer profileren zich als de stadsstranden van 's-Hertogenbosch. Het terugkerende evenement 's-Hertogenbosch Maritiem is een voorbeeld van een van de evenementen op het water. In de nieuwe VINEX-woonwijk De Groote Wielen, in de polder tussen Rosmalen en Empel, is ook veel ruimte vrijgemaakt voor water en waterrecreatie.

Evenementen bewerken

Enkele andere evenementen die in de stad hebben plaatsgevonden zijn:

Popconcerten vinden regelmatig plaats in de w2 Concertzaal, in de voormalige sigarenfabriek van Willem II.

Geboren in 's-Hertogenbosch bewerken

Fotogalerij bewerken

Externe links bewerken