Couperus was de jongste van elf kinderen. Zijn ouders woonden op de Mauritskade 11 (nu 43), naast de Oranjekazerne. Louis Marie Anne Couperus werd genoemd naar zijn drie zusjes die vóór zijn geboorte gestorven waren. In 1872 vertrok hij met zijn ouders naar Batavia, waar zij woonden op het Landgoed Tjicoppo in Buitenzorg. Hij bracht daar zijn jeugdjaren door. In 1878 keerden zij naar Nederland terug. Ze gingen wonen aan de Nassaukade 4 (later gedempt, en omgedoopt tot Nassauplein). In 1881 begon hij de studie voor de akte M.O. Nederlands, waarvoor hij in 1886 slaagde. In 1884 verhuisden zij naar Surinamestraat 20, waar hij in 1886 Orchideeën schreef.
Sabijnsche-maagdenroof is een gedicht van Louis Couperus met als onderwerp de Sabijnse maagdenroof. Het gedicht van Louis Couperus (1863-1923) verscheen voor het eerst in Groot Nederland in 1908. Daarna verscheen het pas opnieuw in Marc Galle, Schimmen van glans in 1964. In 1975 bracht Ronald Breugelmans het Nagelaten werk van Couperus uit; hij vergat daarbij dit gedicht waarna als een soort erratum het gedicht Sabijnsche-maagdenroof afzonderlijk werd gedrukt als uitgave van de Slofpers in een oplage van slechts 30 exemplaren. Daarna werd het opgenomen in het 49e deel van de Volledige Werken Louis Couperus. Een handschrift is niet overgebleven.
Februari - Reis naar Nederlands-Indië, alwaar hij in juni enige tijd verblijft te Tegal, bij zijn zwager resident Richard Valette en zijn vrouw (zuster van Couperus) Trudy. Na een verhuizing van Valette verblijft het gezelschap te Pasoeroean, waar Couperus begint aan zijn roman De stille kracht
Juli - Verblijf te Bagni di Lucca, waar Couperus Giulio Lodomez ontmoet, die hij later laat figureren in zijn romans. Hij brengt tevens een bezoek aan Ouida in Camaiore
Maart - Couperus gaat in De Steeg in het huis Het Sunneke wonen; dit huis werd betaald met geld dat door Salomon Frederik van Oss ter gelegenheid van de 60ste verjaardag van Couperus was ingezameld
Gerardus Johannes Petrus (de la) Valette (Semarang4 juli1853 - 's-Gravenhage17 april1922) was bestuursambtenaar in Nederlands-Indië en letterkundige, en schreef ook onder het pseudoniem Paul Ekhard. Valette werd geboren te Semarang als zoon van Jacob Valette (1822-1887) en Constance Cathérine Hubertine Bastings. Zijn vader was leraar aan het gymnasium Willem III te Batavia. Hij trouwde in 1877 met Geertruida Johanna (Trudy) Couperus (1856-1918), lid van de familie Couperus. Zij was de zus van de schrijver Louis Couperus. Uit dit huwelijk werden zes kinderen geboren; drie van hen stierven jong. De anderen waren: Constance (1878-1965), John (1883) en Edmée (1886).