Oeffelt

dorp in de Brabantse gemeente Land van Cuijk, Nederland

Oeffelt is een van de oudste dorpen van de gemeente Land van Cuijk, in de Nederlandse provincie Noord-Brabant. Tot 1994 was Oeffelt een zelfstandige gemeente. Bij de gemeentelijke herindeling in dat jaar werd deze gemeente bij Boxmeer gevoegd.

Oeffelt
Plaats in Nederland Vlag van Nederland
Oeffelt (Noord-Brabant)
Oeffelt
Situering
Provincie Vlag Noord-Brabant Noord-Brabant
Gemeente Vlag Land van Cuijk Land van Cuijk
Coördinaten 51° 41′ NB, 5° 56′ OL
Algemeen
Oppervlakte 9,48 km²
Inwoners
(2021-01-01)
2.370[1]
(250 inw./km²)
Overig
Postcode 5441
Netnummer 0485
Woonplaatscode 1219
Portaal  Portaalicoon   Nederland

Oeffelt is gelegen aan de Maas, hemelsbreed 17 kilometer ten zuiden van Nijmegen en 19 kilometer ten noorden van Venray. Op 1 januari 2021 telde het dorp 2.370 inwoners.

Toponymie bewerken

Oeffelt werd voor het eerst vermeld in een document uit 1075. Hierin was sprake van de naam Uflo. Dit zou een samenvoeging zijn van de Keltische woorden Uffa (water) en Ten (nederzetting), dus een 'nederzetting aan de Maas'.

Een nabijgelegen buurtschap werd omstreeks 1100 vermeld als Brakel, hetgeen 'gescheurd weiland' betekent.

Geschiedenis bewerken

In het gebied waar Oeffelt is gelegen zijn archeologische vondsten gedaan, de oudste uit omstreeks 10.000 v.Chr..

Aangezien de Romeinse heerbaan van Cuijk naar Blerick door het latere Oeffelt liep, is de Romeinse invloed aanzienlijk geweest. Naast Romeinse muntvondsten werd ook de benedenste steen van een Romeinse kweern (handmolen) uit 250 n.Chr. aangetroffen.

De geschreven geschiedenis begon met een oudste schriftelijke vermelding uit 1075. Brakel wordt in een document van de Abdij van Echternachuit omstreeks 1100 als Bracla gespeld.

In 1242 was in een oorkonde voor het eerst sprake van een pastoor van Brakel. De parochie bestond toen dus reeds en is waarschijnlijk van die van Beugen afgesplitst. Het Land van Cuijk viel kerkelijk onder het Prinsbisdom Luik. De eerste kerk zou in de 10e eeuw gebouwd zijn.

Oeffelt behoorde vanouds tot het Land van Cuijk, dat in 1442 door de Heer van Cuijk werd verkocht aan de heerlijkheid Gennep, die onderhorig was aan het Hertogdom Kleef, dat later op zijn beurt deel uit ging maken van Brandenburg-Pruisen. Het gevolg was dat in Oeffelt, in tegenstelling tot het Land van Cuijk, na de Vrede van Münster (1648) godsdienstvrijheid heerste. Kerkelijk ging Oeffelt na 1442 tot het Aartsbisdom Keulen behoren.

In 1636 werd Oeffelt grotendeels verwoest door Kroatische troepen die vanuit Gennep de Maas waren overgezwommen. In 1641 logeerde stadhouder Frederik Hendrik in het plaatselijk kasteeltje De Kleppenburg, om leiding te geven aan het beleg van het op de tegenoverliggende Maasoever gelegen kasteel van Gennep, het Genneperhuis, dat na 50 dagen werd ingenomen.

De Kleppenburg, waarschijnlijk in de 15e eeuw gebouwd, werd in het midden van de 18e eeuw bewoond door de laatste telg van de adellijke Spaanse familie d’Amalzaga. Daarna raakte het kasteeltje in verval; het werd uiteindelijk omstreeks 1845 gesloopt.

Tijdens de Franse veldtocht in de Nederlanden (6 november 1792 - 7 juni 1795) werd Oeffelt door de inval van de Franse revolutionaire troepen in 1794 bezet door Frankrijk en onder voorlopig Frans militair bestuur geplaatst. Op 18 december 1797 werd Oeffelt onder het Provisioneel bestuur van de overheerde landen tussen Maas en Rijn en tussen Rijn en Moezel geplaatst. Op 23 januari 1798 werd Oeffelt toegevoegd aan het Roerdepartement en werd toen een deel van het kanton Kranenburg in het arrondissement Kleef.

 
Oeffelts voormalige gemeentehuis en het monument ter herinnering aan de gemeentelijke herindeling

Op 5 januari 1800 werd Oeffelt - tegelijk met andere gebieden in het Brabantse - bij verdrag door Frankrijk verkocht aan de Bataafse Republiek. De betreffende gebieden werden door de Bataafse Republiek bestuurd onder de naam Gecedeerde Landen. Oeffelt werd echter, in tegenstelling tot de andere gebieden die bij dit verdrag werden overgedragen, pas op 29 december 1801 door de Commissaris voor de Gecedeerde Landen in bezit genomen "in naam van het Bataafsche Volk" en maakte sindsdien de facto deel uit van het Bataafs Gemenebest. In 1807 vond op 11 november bij het Verdrag van Fontainebleau de formele overdracht plaats aan het koninkrijk Holland. Oeffelt werd toen officieel bij het departement Brabant gevoegd. In augustus 1814, na de Franse tijd, nam Pruisen opnieuw bezit van de gemeente.

Het traktaat van Aken (1816) bewerkstelligde dat Oeffelt als laatste gemeente aan de nieuwe provincie Noord-Brabant van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden werd toegevoegd.

In 1830 waren er in Oeffelt een brouwerij en een leerlooierij. Hooilanden langs de Maas en weilanden wat verder van de rivier af gelegen, zorgden voor agrarische bedrijvigheid. Op de heide ten westen van het dorp werden schapen gehouden. Hiernaar verwijst de droogscheerdersschaar in het gemeentewapen van Oeffelt. Ook werd hakhout geteeld en gewonnen. Het dorp telde destijds 930 inwoners.

31 december 1925 breekt de dijk van de Maas te Nederasselt. Het water stroomt het Land van Maas en Waal binnen en zet ook een groot deel van het Land van Cuijk blank. ’s Avonds begeeft de dijk bij Oeffelt het op twee plaatsen. De eerste dagen van het nieuwe jaar is Oeffelt geheel overstroomd, op honderd meter van de Molenstraat na. Deze watersnoodramp staat bekend als de overstroming van de Maas in 1926. Alle inwoners brengen het er levend vanaf en worden geëvacueerd, tezamen met de resterende dieren. Ongeveer 500 kippen, 15 varkens, een koe en een schaap kwamen om. De watervloed werd door de toenmalige Commissaris van de Koningin, baron A. van Voorst tot Voorst, aangeduid als grimmige waterwolf.

Op 17 september 1944 landden Amerikaanse parachutisten in het Land van Cuijk. De eerste gebieden aldaar werden bevrijd. De Tweede Wereldoorlog was daarmee niet ten einde. Cuijk en omliggende kerkdorpen kwamen onder Duits granaatvuur te liggen, omdat de Duitse troepen Mook wilden terugveroveren om de laatste brug over het Maas-Waalkanaal in handen te krijgen, hetgeen tot evacuatie leidde. Tussen 8 en 10 november 1944 moesten zo'n 12.500 inwoners van de Maasdorpen - van Oeffelt tot Vierlingsbeek - huis en haard verlaten. Aanvankelijk zou dat voor enkele dagen zijn: het werden er minstens drie, tot zes à zeven maanden aan toe.

Een economische activiteit die in het begin van de 20e eeuw begon is de baksteenfabricage. Hiervoor heeft men klei afgegraven, waardoor de plas De Kleine Vilt is ontstaan. In het bedrijf genaamd Steenfabriek Engels Oeffelt B.V. vindt de fabricage van bakstenen sinds 1913 nog steeds plaats.

Bezienswaardigheden bewerken

  • De plaats Oeffelt telt 13 inschrijvingen in het rijksmonumentenregister (zie Lijst van rijksmonumenten in Oeffelt
  • De San Salvatorkerk, ook Kerk van de Zoete Naam Jezus genaamd, is ontworpen door Nico van der Laan. Deze kerk, in 1954 gebouwd, werd in 2007 tot rijksmonument bestempeld. Het is de opvolger van een kerk die in 1853 -1854 was gebouwd als eerste kerk die Pierre Cuypers heeft ontworpen. De toren ervan werd in 1944 door de Duitsers met springladingen opgeblazen. Hetzelfde lot trof de kerktorens van Boxmeer en Beugen, plaatsen die al wekenlang van granaatvuur te lijden hadden gehad. Zo ook de molens, die eveneens als uitkijktorens waren gebruikt. Een renaissancebeeldje van Maria, Toevlucht der Zondaren was op 17 april 1753 aan de Oeffeltse kerk geschonken door de laatste bewoner van het kasteeltje De Kleppenburg. Er werden wonderbaarlijke genezingen aan toegeschreven. Zwangere vrouwen baden er voor een voorspoedige bevalling. Aan hen die in de kerk waar het beeldje was uitgestald - onder meer - voor 'de uitroeiing der dwaalleeringen en het welzijn der H. Kath. Kerk zullen gebeden hebben' verleende Paus Pius VII op 12 juni 1809 een volle aflaat. Tijdens de oorlog is het beeldje zoekgeraakt en nooit meer teruggevonden. Wel is er een replica van vervaardigd, maar aan de verering ervan kwam een einde.
  • Windkorenmolen De Vooruitgang uit 1913, zwaar beschadigd in 1944, is herbouwd. Een tweede molen, die in de onmiddellijke nabijheid hiervan stond, ging in 1944, eveneens door oorlogsgeweld, voorgoed verloren.
  • Grauwe Hof, aan Looi 1, een krukboerderij uit omstreeks 1600, gerestaureerd in 2006 en sindsdien zorgboerderij, is het oudste pand van Oeffelt.

Foto's bewerken

Natuur en landschap bewerken

De belangrijkste rivier in Oeffelt is de Maas. De Oeffeltse Raam stroomt uit in de Maas. In de uiterwaarden van de Maas ligt het natuurgebied Oeffelter Meent. Verder naar het westen ligt landbouwgebied. Ten zuiden van Oeffelt, op het grondgebied van Beugen, ligt het natuurgebied De Vilt.

Verkeer en vervoer bewerken

Tot 1944 had het dorp een eigen treinstation, gelegen aan het zogeheten Duits Lijntje, ofwel de spoorlijn Boxtel - Wesel.

De veerpont over de Maas naar Gennep werd in 1955 opgeheven, toen de verkeersbrug tot stand kwam. Grand Café Het Veerhuis herinnert hier nog aan. Het originele veerhuis huis werd in 1944 overigens door oorlogsgeweld verwoest.

Bekende inwoners bewerken

Trivia bewerken

Het wapen van de voormalige gemeente toont een droogscheerdersschaar.

Nabijgelegen kernen bewerken

Beugen, Gennep, Sint Agatha, Haps

Zie ook bewerken

Externe links bewerken

Commons heeft mediabestanden in de categorie Oeffelt.