De Slag bij Soest, ook wel "Slag op de Eng" vond plaats op 14 maart 1356 tijdens de Hoekse en Kabeljauwse twisten.
Slag bij Soest
|
Onderdeel van de Hoekse en Kabeljauwse twisten
|
Datum
|
14 maart 1356
|
Locatie
|
nabij Soest
|
Resultaat
|
De Hollanders (kabeljauwen) winnen de slag.
|
Strijdende partijen
|
Hollanders Kabeljauwen (Willem V van Holland)
|
Sticht Utrecht (Jan van Arkel)
|
|
Leiders en commandanten
|
Gijsbrecht II van Nijenrode
|
Otto van Laar
|
|
Troepensterkte
|
|
Verliezen
|
onbekend
|
ca.40 krijgsmannen
|
|
Op 14 maart 1356 kwam het tot een veldslag nabij het dorp Soest. Gijsbrecht II van Nijenrode kwam met een Hollands leger vanuit Naarden gemarcheerd. Daar trof hij een Stichts leger onder aanvoering van Otto van Laar. De Hollanders versloegen het Stichtse leger en daarbij kwam van Laar met circa 36 krijgsmannen om het leven.[1] Tijdens het gevecht was er oorspronkelijk versterking op komst voor de Stichtse soldaten, maar Van Nijenrode was met zijn gevolg al vertrokken via het veen het Gooisebos in, een uitgebrand Soest achterlatend. Ook zou Gijsbrecht van Nijenrode zwaar gewond van het slagveld zijn gedragen, voordat hij kon vluchten[2]. Sommige bronnen beweren niet dat Otto van Laar maar Otto van Zaan, maarschalk van Eemland de stichtenaren heeft geleid tijdens deze slag[3]
Op 30 juni 1356 werd er een verzoenverdrag gesloten tussen Willem V van Holland en bisschop Jan van Arkel. Er werd besloten dat het oostelijk deel met daarbij Eemnes van het sticht bleef. De bisschop moest beloven zich niet te wreken op de burgers van Eemnes en omstreken.[4]
Referenties
- ↑ Johannes de Beke, Croniken LXXXIII, blz 189
- ↑ Mattheai Analecta III, blz 248 t/m 254
- ↑ Johannes de Beka, blz 142
- ↑ Frans van Mieris (II), Groot charterboek, volume III
|