De middeleeuwen danken hun naam ("middel-eeuwen", tussentijd) aan het feit dat men deze periode tijdens de renaissance als een tussenperiode beschouwde. Met middeleeuwen wordt de periode tussen oudheid en nieuwe tijd aangeduid in de geschiedenis van Europa. Gewoonlijk laat men de middeleeuwen rond 300 na Christus beginnen. Ten aanzien van het einde van de middeleeuwen bestaat grotere consensus. De meeste historici laten de nieuwe tijd kort voor 1500 beginnen.
De middeleeuwse maatschappij en beschaving zijn ontstaan uit drie duidelijk te onderscheiden bronnen: de Grieks-Romeinse beschaving, het christelijk geloof, die op het grondgebied van het Romeinse Rijk ontstonden of verder ontwikkelden en Germaanse tradities, die door later het Rijk binnenvallende volkeren zijn meegebracht. Daarnaast hebben ook de Kelten invloed gehad op de middeleeuwse cultuur, maar het is vaak moeilijk deze aan te tonen. Deze invloeden kunnen zich op allerlei terreinen uiten: in landbouwmethoden, rechtsgewoonten of bijgeloof.
De middeleeuwen kunnen onderverdeeld worden in drie periodes, te weten de vroege, de hoge en de late middeleeuwen.
Pape Jan regeert vanaf zijn troon Oost-Afrika in een atlas van de Engelse koningin Mary uit 1558.
Pape Jan of (Latijn: rex et sacerdos of indorum rex; ook wel priester Johannes, priester-koning, presbyter of prester Johannes genoemd) was een legendarische middeleeuwse "koning van Indië", die over een groot en machtig christelijk rijk in het oosten van Azië zou heersen. In de tijd van de kruistochten werd de legende van Pape Jan voor waar aangezien, hoewel de priester noch zijn machtige rijk echt heeft bestaan.
Waar en wanneer de legende van Pape Jan precies ontstaan is, is niet duidelijk. Verhalen over de christelijke gemeenschap in India (gesticht door de apostel Tomas) en de Assyrische Kerk in Azië kunnen een belangrijke invloed zijn geweest.
De Honderdjarige Oorlog is een lange serie conflicten afgewisseld met wapenstilstanden tussen de koningen van Engeland en Frankrijk. De term stamt uit de 19e eeuw. De duur van deze oorlog wordt meestal gerekend van 1337 tot 1453.
De Honderdjarige Oorlog viel in een periode van economische stagnatie in het laatmiddeleeuwse West-Europa en verergerde deze tot een algehele depressie. Tegelijk werd het gebied getroffen door de zwarte dood. Samen veroorzaakten deze factoren een ontvolking waarvan Europa pas in de 15e eeuw herstelde.