Geelgroene vrouwenmantel
De geelgroene vrouwenmantel (Alchemilla xanthochlora) is een vaste plant, die behoort tot de rozenfamilie (Rosaceae). De plant staat op de Nederlandse Rode lijst van planten als zeer zeldzaam en stabiel of toegenomen. De plant komt van nature voor in Noordwest en Midden-Europa. Het aantal chromosomen is 2n = 103 of 105.[1]
Geelgroene vrouwenmantel | |||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||||||
Alchemilla xanthochlora Rothm. (1937) | |||||||||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||||||||
Geelgroene vrouwenmantel op Wikispecies | |||||||||||||||||||
|
De plant wordt 15–80 cm hoog en heeft een houtige wortelstok. De bladeren zijn evenlang als breed. De bovenzijde van de 7–15 cm grote wortelbladeren is kaal of hoogstens in de vouwen iets behaard. De bladstelen hebben recht afstaande of schuin omhooggerichte haren evenals de stengels. De steunblaadjes van de wortelbladeren verdrogen niet snel.
De geelgroene vrouwenmantel bloeit van mei tot de herfst met geelgroene bloemen, die in een tuilvormig, los meertakkig bijscherm zijn gerangschikt. De kroonbladen ontbreken. De breed-eironde, 1,3-1,5 mm grote kelkbladen zijn korter tot iets langer dan de kale of bijna kale kelkbuis. De bijkelkbladen zijn veel kleiner dan die van de kelk.
De vrucht is een eenzadige, 1,7 mm lange en 1 mm brede dopvrucht.
-
Plant
-
Blad
-
Achterzijde blad
-
Bloemen
-
Bloem
-
Herbarium
De plant komt voor tussen het gras op vrij droge tot vrij vochtige grond en langs beken.
Externe links
bewerken- Geelgroene vrouwenmantel (Alchemilla xanthochlora) op SoortenBank.nl (gearchiveerd) (gebaseerd op de Heukels23, dit is de voorlaatste uitgave)
- Geelgroene vrouwenmantel (Alchemilla xanthochlora) verspreiding in Nederland, volgens NDFF Verspreidingsatlas
- Geelgroene vrouwenmantel op Wilde planten
- (fr) Alchemilla xanthochlora Tele Botanica
- Foto's
- ↑ Erich Oberdorfer: Pflanzensoziologische Exkursionsflora für Deutschland und angrenzende Gebiete. 8. Auflage. Verlag Eugen Ulmer, Stuttgart 2001, ISBN 3-8001-3131-5. Seite 559–560.