Gebruiker:SjoerdvDonk/Kladblok1
Gebruikerspagina - overleg - kladblok - bibliotheek - tips voor beginners - prijzenkast -bijdragen - logboek - accounts
Welkom op mijn kladblok, waar ik al mijn onzin neergooi en zo nu en dan reinig. Ik zal het erg waarderen als u mijn kladblok niet bewerkt. Als u wat kwijt wilt over een artikel hieronder, zet het dan op de overlegpagina van het kladblok of van mijn gebruikerspagina.Koninklijke Marine gedurende de Koude Oorlog bewerken
Na de Tweede Wereldoorlog werd Europa verdeeld in een communistisch oost-blok en een democratisch west-blok. Al snel ontstonden er spanningen tussen deze twee blokken, wat in 1947 resulteerde in het begin van de Koude Oorlog. Nederland, wat deel uitmaakte van het west-blok, besloot vanwege deze spanningen haar krijgsmacht te heropbouwen en flink uit te breiden. Ook werd Nederland in 1949 lid van NAVO. Dit artikel geeft inzicht op het materieel van de Koninklijke Marine gedurende de Koude Oorlog, operaties waar de marine een bijdrage aan heeft geleverd en verdere ontwikkelingen.
Materieel Koninklijke Marine bewerken
In 1957 bereikte de Koninklijke Marine haar toppunt (qua aantal), het had toen 130 marineschepen in dienst.
1947-1960 bewerken
Tijdens de Tweede Wereldoorlog had de Koninklijke Marine zware verliezen geleden, in de eerste jaren na de Tweede Wereldoorlog werd de vloot herbouwd. In deze periode werd de Koninklijke Marine groter dan ooit, vooral de komst van het vliegdekschip Hr.Ms. Karel Doorman maakte impact. Tijdens de periode van 1947 tot en met 1960 waren de volgende ontwikkelingen in de Nederlandse vloot te zien.
- In de eerste jaren na de Tweede Wereldoorlog werd vooral de mijnendienst uitgebreid, vanwege de velen mijnen gelegd in de Noordzee door de Kriegsmarine. Vier gekwalificeerde Nederlandse mijnenvegers van de Jan van Amstelklasse hebben de Tweede Wereldoorlog overleefd. Verder beschikte de vloot over 8 Type MMS 105 feet en 5 Type MMS 126 feet mijnenvegers, die waren overgenomen van de Britse Marine tijdens de oorlog. In 1946 werd de Nederlandse Borndiepklasse geïntroduceerd, een klasse die tien mijnenvegers telde. In 1953-1954 kwamen 14 mijnenvegers van de Beemsterklasse in dienst, de 6 mijnenvegers van de Onversaagdklasse, en in 1955 kwamen de 18 mijnenvegers van de Dokkumklasse in dienst.
- Niet veel gevechtsschepen van de Koninklijke Marine hebben de Tweede Wereldoorlog overleefd. Na de oorlog waren de twee kruisers van de Trompklasse, de twee torpedobootjagers van de N-klasse, de fregatten (voormalig kanonneerboten) van de Floresklasse en de Johan Maurits van Nassau nog in dienst. In de jaren na de Tweede Wereldoorlog zag de Koninklijke Marine dan ook een forse toename in het aantal gevechtsschepen. In 1948 werd het vliegdekschip Karel Doorman in dienst gesteld. Deze had een airwing van circa 35 vliegtuigen en was met 214 meter het grootste schip wat de Koninklijke Marine ooit in dienst heeft gehad. Gedurende de periode 1951-1955 kwamen de 4 torpedobootjagers van de Hollandklasse in dienst en gedurende de periode 1953-1958 kwamen de 8 torpedobootjagers van de Frieslandklasse in dienst. In 1953 kwamen de twee kruisers van de De Zeven Provinciënklasse in dienst, hiermee werd de slagkracht erg vergroot en werd het aantal kruisers opgevoerd naar 4. In 1946 kreeg de Koninklijke Marine zes Batjanklasse fregatten van de Australische Marine. In 1950 kreeg de Koninklijke Marine zes fregatten van de Van Amstelklasse van de Amerikaanse Marine. Vanaf 1954 kreeg de Koninklijke Marine zes kleine fregatten van de Roofdierklasse van de Amerikaanse Marine. In 1956 kwam een fregat van de Albatrosklasse in dienst en in de jaren na de Tweede Wereldoorlog een Q-klasse fregat en een G-klasse mijnenlegger. De onderzeedienst was, vergeleken met de onderzeedienst tijdens de Tweede Wereldoorlog, erg uitgedund. Alsnog had de Koninklijke Marine beschikking over 9 onderzeeboten.
- De vloot beschikte, natuurlijk, over een aantal 'andere' vaartuigen. Zo had de Koninklijke Marine in deze periode 4 HOV's, 2 bevoorradingsschepen, 1 ondersteuningsvaartuig, 1 torpedowerkschip, een aantal duikvaartuigen en een aantal sleepboten in dienst.
Uit dienst bewerken
In 1951 gingen de torpedobootjagers van de N-klasse permanent uit dienst. Midden jaren '50 ging de Batjanklasse, de Type MMS 105 feet mijnenvegers, de Type MMS 126 feet mijnenvegers en 5 van de 10 mijnenvegers van de Borndiepklasse uit dienst.
1961-1970 bewerken
1971-1980 bewerken
1981-1991 bewerken
Operaties bewerken
... bewerken
... bewerken
... bewerken
Afbouw en bezuinigingen bewerken
Zie ook bewerken
Galerij bewerken
Bronvermelding
|