Familiereünie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Wikipedia:Wikiproject/SpellingCheck. Help mee!, replaced: {{Appendix|2= {{References}} }} → {{Appendix}}, Tenslotte → Ten slotte met AWB
niet 1 maar 3, het paartje kijkt ook niet naar de beschouwer
Regel 19:
Bazille heeft tien van zijn familieleden op het terras afgebeeld, in de schaduw van enkele [[Paardenkastanje|kastanjebomen]]. De lucht en de achtergrond, waar [[Castelnau-le-Lez]] te zien is, zijn zonovergoten, maar de afgebeelde personen bevinden zich in gefilterd licht. Van links naar rechts zijn te zien: een zelfportret van de schilder, zijn oom Eugène des Hours, zijn moeder Camille Vialars, zijn vader Gaston Bazille, het echtpaar Emile Teulon en Pauline des Hours (zijn nicht), zijn tante Adrienne Vialars, zijn nicht Thérèse des Hours<ref>Thérèse des Hours figureerde eerder al op ''[[De roze jurk]]'', een vroeg hoogtepunt in zijn oeuvre.</ref>, zijn broer Marc Bazille, diens verloofde Suzanne Tissié en zijn nicht Camille des Hours. Twee jaar later bewerkte hij het schilderij, waarbij hij onder andere over enkele hondjes op de voorgrond een wat gekunsteld stilleven schilderde.
 
Bij het schilderen van dit schilderij is ''[[Muziek in de Tuilerieën]]'' van [[Édouard Manet]] een bron van inspiratie geweest voor Bazille. Er zijn enkele opvallende parallellen aan te wijzen. Zo schilderden beide kunstenaars uiterst links een staand zelfportret dat gedeeltelijk schuil gaat achter een ander persoon. Daarnaast is de pose van de moeder van Bazille te vergelijken met die van de linker dame in het geel op ''Muziek in de Tuilerieën''. Deze dame in het geel, Valentine Lejosne, was een nicht van Bazilles moeder. Ten slotte staan op beide schilderijen ijzeren stoelen op de voorgrond afgebeeld. Op de ''Familiereünie'' kijken op drie na alle personen de toeschouwer recht aan, Bazilles vader uitgezonderd. Op Manets schilderij is dat veel minder het geval, waardoor dit laatste werk een minder stijve uitstraling heeft.
 
Bazille diende ''Familiereünie'' in voor de [[Parijse salon]] van 1868, waarvoor het tot zijn verbazing werd geaccepteerd, terwijl schilderijen van bijvoorbeeld [[Claude Monet|Monet]] geweigerd werden. Bazille was bevriend met Monet en [[Pierre-Auguste Renoir|Renoir]] en bewonderde hun werken in de buitenlucht. Over zijn uitverkiezing voor de Salon merkte Bazille op: "ik weet niet hoe, het is waarschijnlijk dat men zich vergist heeft."<ref>''"je ne sais comment, il est probable qu'on se sera trompé"'', geciteerd van de museumwebsite</ref>