Resolutie 1192 Veiligheidsraad Verenigde Naties

resolutie van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties

Resolutie 1192 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd op 27 augustus 1998 unaniem door de VN-Veiligheidsraad aangenomen.

Resolutie 1192
Van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties
Datum 27 augustus 1998
Nr. vergadering 3920
Code S/RES/1192
Stemming
voor
15
onth.
0
tegen
0
Onderwerp Lockerbie-aanslag
Beslissing Stemde in met een proces en vroeg de overdracht van de 2 verdachten aan Nederland.
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 1998
Permanente leden
Niet-permanente leden
Vlag van Brazilië Brazilië · Vlag van Bahrein (1972-2002) Bahrein · Vlag van Costa Rica Costa Rica · Vlag van Gabon Gabon · Vlag van Gambia Gambia · Vlag van Japan (1870–1999) Japan · Vlag van Kenia Kenia · Vlag van Portugal Portugal · Vlag van Slovenië Slovenië · Vlag van Zweden Zweden

Achtergrond bewerken

  Zie Lockerbie-aanslag voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Op 21 december 1988 stortte Pan Am vlucht 103 na een bomexplosie neer boven het Schotse plaatsje Lockerbie. Het onderzoek leidde tot twee agenten van de Libische geheime dienst. Libië weigerde mee te werken aan het onderzoek en de twee uit te leveren. Daarom legde de VN-Veiligheidsraad het land een wapen- en luchtvaartembargo op. Pas op het einde van de jaren 1990 veranderde de houding van Libië. In 1999 werden de twee uitgeleverd en in 2001 werden ze in Nederland berecht.

Op 19 september 1989 werd een Frans vliegtuig van Union de Transports Aériens opgeblazen boven Niger. Ook deze aanslag bleek door Libië te zijn gedirigeerd.

Inhoud bewerken

Waarnemingen bewerken

De door de secretaris-generaal aangestelde onafhankelijke experts hadden een rapport ingediend.

Handelingen bewerken

De Veiligheidsraad eiste nogmaals dat Libië zou voldoen aan de voorgaande resoluties. Het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten hadden een initiatief gelanceerd om twee verdachten te berechten voor een Schotse rechtbank met zetel in Nederland. Nederland en het Verenigd Koninkrijk werden gevraagd daarvoor de nodige regelingen te treffen. Libië moest verzekeren dat de twee verdachten, het bewijsmateriaal en de getuigen voor die rechtbank zouden verschijnen. De secretaris-generaal werd gevraagd Libië te helpen met de overdracht van de twee beschuldigden aan Nederland en om waarnemers te sturen naar het proces.

Verwante resoluties bewerken