Europese kampioenschappen schaatsen 2004

De Europese kampioenschappen schaatsen 2004 werden op 9, 10 en 11 januari 2004 gereden in de ijshal Thialf te Heerenveen.

EK Allround 2004
IJsstadion Thialf in Heerenveen
Kampioenschapinformatie
Plaats Heerenveen
Gastland Vlag van Nederland Nederland
IJsbaan Thialf
Type baan Overdekt, kunstijs
Editie 101 (mannen)
29 (vrouwen)
Datum 9-11 januari 2004
Organisator ISU
Soort vierkamp Mannen: grote vierkamp
Vrouwen: kleine vierkamp
Eindrangschikking mannen
Winnaar Vlag van Nederland Mark Tuitert (1e titel)
Tweede plaats Vlag van Nederland Rintje Ritsma
Derde plaats Vlag van Nederland Carl Verheijen
Eindrangschikking vrouwen
Winnaar Vlag van Duitsland Anni Friesinger (4e titel)
Tweede plaats Vlag van Duitsland Claudia Pechstein
Derde plaats Vlag van Nederland Renate Groenewold
Statistieken
Aantal mannen 28 (slotafstand: 16)
Aantal vrouwen 26 (slotafstand: 16)
Startpl. / land 4
Startpl. NL 4 (m), 4 (v)
Kijkcijfers (piek) 2.997.000 (10km mannen nb[1])
Navigatie
<<< 2003     2005 >>>
Portaal  Portaalicoon   Schaatsen

Titelverdedigers waren de Europees kampioenen van 2003 in Heerenveen. In Thialf werden de Duitse Anni Friesinger en de Nederlander Gianni Romme kampioen.

De Duitse Anni Friesinger en de Nederlander Mark Tuitert werden Europees kampioen.

Programma
vrijdag 9 januari zaterdag 10 januari zondag 11 januari
500 meter mannen
500 meter vrouwen
5000 meter mannen
1500 meter vrouwen
1500 meter mannen
3000 meter vrouwen
5000 meter vrouwen
10.000 meter mannen

Mannen bewerken

Afstandmedailles bewerken

Afstand      
500m   Mika Poutala   Mark Tuitert   Jan Friesinger
1500m   Mark Tuitert   Jevgeni Lalenkov   Carl Verheijen
5000m   Carl Verheijen   Mark Tuitert   Gianni Romme
10000m   Carl Verheijen   Gianni Romme   Lasse Sætre

Eindklassement bewerken

Rang Schaatser Land Punten 500 m 5000 m 1500 m 10.000 m
  Mark Tuitert   Nederland 151,691 36,18 (2) 6.27,63 (2) 1.47,41 (1) 13.38,91 (5)
  Carl Verheijen   Nederland 152,194 37,14 (10) 6.26,43 (1) 1.48,80 (3) 13.22,91 (1)
  Jochem Uytdehaage   Nederland 152,718 36,70 (6) 6.31,93 (4) 1.48,90 (4) 13.30,51 (4)
4 Gianni Romme   Nederland 153,871 37,82 (16) 6.29,88 (3) 1.50,24 (8) 13.26,34 (2)
5 Ivan Skobrev   Rusland 154,013 36,73 (7) 6.35,55 (6) 1.49,84 (6) 13.42,31 (6)
6 Jevgeni Lalenkov   Rusland 154,688 36,45 (4) 6.41,84 (12) 1.48,01 (2) 14.01,03 (11)
7 Enrico Fabris   Italië 155,016 37,39 (13) 6.34,87 (5) 1.49,64 (5) 13.51,86 (9)
8 Johan Röjler   Zweden 155,917 37,55 (15) 6.36,68 (8) 1.51,46 (10) 13.50,92 (8)
9 Jan Friesinger   Duitsland 156,592 36,35 (3) 6.48,76 (17) 1.50,34 (9) 14.11,72 (14)
10 Lasse Sætre   Noorwegen 156,602 38,68 (21) 6.36,25 (7) 1.53,65 (18) 13.28,29 (3)
11 Artjom Detisjev   Rusland 156,654 38,52 (20) 6.38,06 (10) 1.51,54 (12) 13.42,97 (7)
12 Petter Andersen   Noorwegen 156,792 36,46 (5) 6.47,43 (15) 1.50,02 (7) 14.18,32 (15)
13 Paweł Zygmunt   Polen 157,741 38,48 (19) 6.40,54 (11) 1.52,80 (15) 13.52,15 (10)
14 Matteo Anesi   Italië 158,575 37,38 (11) 6.49,58 (18) 1.51,77 (13) 14.19,62 (16)
15 Tobias Schneider   Duitsland 158,845 38,23 (18) 6.45,05 (13) 1.53,85 (19) 14.03,20 (12)
16 Eskil Ervik   Noorwegen 162,520 37,49 (14) 6.37,15 (9) 2.09,20 (28f) 14.04,99 (13)
NC17 Mika Poutala   Finland 116,194 36,09 (1) 7.06,81 (26) 1.52,27 (14)
NC18 Risto Rosendahl   Finland 116,748 36,96 (9) 7.06,25 (25) 1.51,49 (11)
NC19 André Vreugdenhil   België 117,118 37,38 (12) 6.58,85 (22) 1.53,56 (17)
NC20 Christian Zoller   Oostenrijk 118,290 36,86 (8) 7.14,14 (28) 1.54,05 (20)
NC21 Igor Makovetski   Wit-Rusland 118,640 38,18 (17) 7.02,10 (24) 1.54,75 (22)
NC22 Bart Veldkamp   België 119,167 40,23 (26) 6.48,17 (16) 1.54,36 (21)
NC23 Miroslav Vtípil   Tsjechië 119,490 38,93 (22) 7.00,04 (23) 1.55,67 (24)
NC24 Claudiu Grozea   Roemenië 119,931 39,60 (24) 6.55,81 (19) 1.56,25 (25)
NC25 Ronald Bosker   Zwitserland 121,259 40,10 (25) 6.58,39 (21) 1.57,96 (27)
NC26 Maksim Pedos   Oekraïne 121,866 39,56 (23) 7.09,93 (27) 1.57,94 (26)
NC27 Jarmo Valtonen   Finland 135,662 56,18 (27f) 6.57,62 (20) 1.53,16 (16)
NC28 Witold Mazur   Polen 154,707 1.15,59 (28f) 6.46,91 (14) 1.55,28 (23)

Vrouwen bewerken

Deelname bewerken

De vrouwen streden voor de 29e keer om de Europese titel. Ze deden dit voor de vijftiende keer in Nederland en voor de dertiende keer in Heerenveen. Zesentwintig deelneemsters uit veertien landen namen aan dit kampioenschap deel. Tien landen, Duitsland (4), Nederland (4), Rusland (4), Italië (2), Noorwegen (2), Roemenië (2), Hongarije (1), Oekraïne (1), Tsjechië (1) en Wit-Rusland (1), waren ook vertegenwoordigd op het EK in 2003. Finland (1) en Polen (1), in 2003 afwezig, en Zweden (1) na zes jaar afwezigheid en Zwitserland (1) dat voor de zesde keer deelnam, waren op dit kampioenschap weer present. Oostenrijk vaardigde dit jaar geen deelneemster af. Acht vrouwen maakten hun EK debuut.

Voor het derde opeenvolgende jaar stonden dezelfde drie vrouwen op dezelfde positie op het erepodium. De Duitse Anni Friesinger prolongeerde haar titel en werd voor de vierde keer Europees kampioene, in 2000 behaalde ze deze titel voor de eerste keer. Ze nam voor de vijfde keer op het erepodium plaats. Op plaats twee werd ze geflankeerd door haar landgenote en eenmalig Europees kampioene (1998) Claudia Pechstein die voor de zevende keer op het erepodium plaatsnam. De Nederlandse Renate Groenewold completeerde het eindpodium van het Europees Kampioenschap. Zij nam voor de vierde keer plaats op het erepodium, ook in 2000 werd zij derde.

Naast Groenewold eindigden de andere drie Nederlandse deelneemsters ook in de top tien, en wel in de aansluitende drie posities achter haar. Wieteke Cramer werd vierde, Barbara de Loor vijfde en debutante Gretha Smit eindigde op de zesde plaats.

Afstandmedailles bewerken

De Nederlandse deelneemsters wonnen op dit kampioenschap vijf afstandmedailles. Wieteke Cramer behaalde haar eerste afstandmedaille middels zilver op de 500 meter. In 2001 behaalde ze de bronzen medaille in het eindklassement. Renate Groenewold won voor het vijfde opeenvolgende jaar twee afstandmedailles. Dit jaar goud op de 1500 en brons op de 5000 meter. Gretha Smit won de gouden medaille op de 3000 en 5000 meter.

De nummers één en twee in het eindklassement wonnen de zeven overige medailles. Europees kampioene Anni Friesinger won vier medailles en bracht haar totaal tot zeventien medailles (8-5-4), daarmee evenaarde ze de totaalscore van Andrea Mitscherlich (13-3-1) en Emese Hunyady (7-3-7). Claudia Pechstein won drie afstandmedailles en bracht haar totaal op dit kampioenschap tot 24 medailles (6-11-7). Alleen Gunda Niemann-Kleemann met vierenveertig afstandmedailles (28-10-6) won er meer.

Afstand      
500m   Anni Friesinger   Wieteke Cramer   Claudia Pechstein
1500m   Renate Groenewold   Anni Friesinger   Claudia Pechstein
3000m   Gretha Smit   Anni Friesinger   Renate Groenewold
5000m   Gretha Smit   Claudia Pechstein   Anni Friesinger

Eindklassement bewerken

Achter de namen staat tussen haakjes bij meervoudige deelname het aantal deelnames

Rang Schaatsster Land Punten 500 m 1500 m 3000 m 5000 m
  Anni Friesinger (6)   Duitsland 162,717 39,28 (1) 1.58,24 (2) 4.08,28 (2) 7.06,44 (3)
  Claudia Pechstein (12)   Duitsland 163,412 40,08 (3) 1.58,37 (3) 4.09,37 (4) 7.03,15 (2)
  Renate Groenewold (6)   Nederland 163,863 40,34 (6) 1.57,81 (1) 4.08,45 (3) 7.08,45 (4)
4 Wieteke Cramer (2)   Nederland 165,500 39,53 (2) 2.00,20 (4) 4.14,18 (5) 7.15,41 (6)
5 Barbara de Loor (8)   Nederland 166,390 40,21 (4) 2.00,46 (5) 4.15,30 (6) 7.14,77 (5)
6 Gretha Smit   Nederland 166,590 42,69 (22) 2.02,22 (7) 4.07,96 (1) 6.58,34 (1)
7 Lucille Opitz   Duitsland 168,294 41,01 (13) 2.02,44 (8) 4.15,61 (7) 7.18,70 (8)
8 Olga Tarasova   Rusland 168,537 41,52 (17) 2.01,76 (6) 4.16,20 (8) 7.17,31 (7)
9 Nicola Mayr (5)   Italië 168,754 40,29 (5) 2.03,40 (12) 4.18,67 (9) 7.22,20 (12)
10 Varvara Barysjeva (5)   Rusland 168,901 40,62 (8) 2.02,62 (10) 4.19,14 (10) 7.22,18 (11)
11 Daniela Anschütz (6)   Duitsland 169,484 40,67 (9) 2.03,39 (11) 4.21,73 (12) 7.20,63 (9)
12 Galina Lichatsjova   Rusland 169,599 41,30 (15) 2.02,47 (9) 4.20,27 (11) 7.20,98 (10)
13 Daniela Oltean (6)   Roemenië 171,145 41,66 (18) 2.03,42 (13) 4.21,79 (13) 7.27,14 (13)
14 Bianca Anghel (2)   Roemenië 171,262 40,92 (12) 2.03,57 (14) 4.22,77 (16) 7.33,57 (15)
15 Hedvig Bjelkevik (3)   Noorwegen 172,130 40,71 (10) 2.04,59 (16) 4.25,06 (19) 7.37,14 (16)
16 Julia Skokova (2)   Rusland 176,499 40,53 (7) 2.21,54 * (26) 4.22,51 (14) 7.30,38 (14)
NC17 Annette Bjelkevik (4)   Noorwegen 126,441 40,74 (11) 2.05,13 (17) 4.23,95 (18)
NC18 Krisztina Egyed (8)   Hongarije 128,349 41,14 (14) 2.06,82 (19) 4.29,62 (22)
NC19 Olena Mjagkych (5)   Oekraïne 128,379 41,39 (16) 2.05,81 (18) 4.30,32 (24)
NC20 Martina Sáblíková (2)   Tsjechië 128,638 42,57 (21) 2.06,90 (20) 4.22,61 (15)
NC21 Adelia Marra   Italië 129,151 41,86 (20) 2.08,19 (23) 4.27,37 (21)
NC22 Sofia Albertsson   Zweden 129,293 41,70 (19) 2.07,74 (22) 4.30,08 (23)
NC23 Henriët Bosker-van der Meer   Zwitserland 130,748 43,99 (25) 2.07,62 (21) 4.25,31 (20)
NC24 Joelija Jasenok   Wit-Rusland 131,921 42,92 (23) 2.08,98 (24) 4.36,05 (25)
NC25 Johanna Mäki-Laine (4)   Finland 133,378 43,26 (24) 2.12,28 (25) 4.36,15 (26)
NC26 Katarzyna Wójcicka (5)   Polen 137,582 52,55 * (26) 2.03,62 (15) 4.22,96 (17)
vet = kampioenschapsrecord
* = gevallen