|
}}
'''Aššur-nērārī IV''', geschreven <sup>m</sup>''aš-šur-''<small>ERIM.GABA</small>, "(de god) [[Assur (godheid)|Aššur]] is mijn hulp,"<ref name=pna>{{ cite book | title = The Prosopography of the Neo-Assyrian Empire, Volume 1, Part I: A | chapter = Aššur-nērārī II | author = A. Fuchs, K. Radner | editor = K. Radner | publisher = The Neo-Assyrian Text Corpus Project | year = 1998 | page = 208 }}</ref> was koning van [[Assyrië]], de 94e op de ''[[Koningslijsten#Assyri.C3.AB|Assyrische koningslijst]]'',<ref group=i>''Khorsabad koningslijst'', tablet IM 60017 (opgravingsnummers: DS 828, DS 32-54), iv 8.</ref><ref group=i>''Nassouhi-koningslijst'', Istanbul A. 116 (Assur 8836), iv 21.</ref>. Hij regeerde 1019/18-1013 v.Chr. Zijn korte zes jaar op de troon worden gekenmerkt door verwarring en een schaarste aan inscripties uit zijn tijd zelf.
Hij volgde zijn vader [[Salmanasser II|Salmānu-ašarēd II]] op, wiens twaalf jaar op de troon geëindigd schijnen te zijn in verwarring. Zo ontbreekt de laatste hoogwaardigheidbekleder (''limmu'') op zijn [[eponiemenlijsten|eponiemenlijst]]<ref group=i name=kav/>. Er staat slechts: ''ša ar''[''ki si...''], dat zoiets betekent als 'het eponiem dat volgt’ (na de vorige naam). Aššur-nērārī verleende zijn eigen naam aan zijn eerste regeringsjaar, maar het jaar daarop zegt ''ša'' <small>EGIR</small> <sup>m</sup>''aš-šur-'', “jaar na Aššur-…” en alle overige jaren zijn ingebracht met een volgnummer en een 'winkelhaak' een teken van het spijkerschrift dat “ditto” betekent. Waarschijnlijk was de toestand in het land zo verward dat er niemand werd aangewezen wiens naam als [[eponiem]] diende.<ref>{{cite journal | title = Unusual Eponymy-datings from Mari and Assyria | author = M. T. Larsen | journal = Revue D’Assyriologie | year = 1974 | page = 21 }}</ref>
De [[Babylonië|Babylon]]ische koning, [[Ninurta-kudurri-usur I|Ninurta-kudurrῑ-uṣur I]] (987 – 985 v.Chr.) wordt genoemd als zijn tegenhanger in de ''Synchronistische koningslijst''<ref group=i>''Synchronistic Kinglist'', Ass 14616c (KAV 216).</ref> maar de conventionele chronologie suggereert dat een vroegere monarch, [[Simbar-shipak|Simbar-Šipak]] (1025-1008 v.Chr.) daar eerder voor in aanmerking komt. Een latere koning [[Assurnasirpal II|Aššur-nāṣir-apli II]] vermeldt "Sibir, king of [[Karduniaš]]" in de context van de inname van de stad Atlila, in zijn annalen, en historici hebben voorgesteld dat deze mogelijk te identificeren is met Simbar-Šipak, wat suggereert dat hij rond deze tijd in oorlog met Assyrië was.<ref>{{ cite book | title = A Political History of Post-Kassite Babylonia, 1158–722 B.C. | author = J. A. Brinkman | publisher = Pontificium Institutum Biblicum | year = 1968 | page = 154 }}</ref>
Aššur-nērārī IV werd opgevolgd door zijn oom [[Assur-rabi II|Aššur-rabi II]], een jongere zoon van [[Assurnasirpal I|Aššur-nāṣir-apli I]]. Niets is bekend over de omstandigheden van de opvolging en er is geen aanduiding dat hij van de troon gestoten is, maar een gewelddadig einde is zeker niet uit te sluiten bij een Assyrische opvolging door een oom.
==Inscripties==
{{References|group=i}}
<references group="i"/>
==Referenties==
{{References}}
* {{Bronvermelding anderstalige Wikipedia|taal=en|titel=Ninurta-apal-Ekur|datum=20130315}}
[[Categorie:Koning van Assur]]
|
