Graafschap Falkenstein: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Minus verouderde code
AGL (overleg | bijdragen)
link
Regel 9:
Frans Christof van Daun-Oberstein. Na diens dood in 1636 erft een andere achterneef, Johan Adolf van Daun-Bruch bij testament. Zijn zoon Willem Wirich van Daun-Bruch verkoopt het graafschap in 1667 aan het hertogdom Lotharingen. Intussen wordt het graafschap van 1646 tot 1667 bezet door Philips Dietrich van [[graven van Manderscheid|Manderscheid-Kail]]. Hij baseert zijn aanspraken op zijn huwelijk met Elizabeth Amalia van Löwenhaupt, een achterkleindochter van Jan van Daun-Falkenstein.
 
Hertog Karel III van Lotharingen schenkt het graafschap Falkenstein aan zijn zoon uit een onwettig huwelijk, Karel Hendrik. Deze zoon wordt in 1667 graaf van Vaudemont, Falkenstein en [[graafschap Saarwerden|Saarwerden]]. Na zijn dood in 1723 valt het terug aan hertog Leopold van Lotharingen. Als zijn zoon hertog [[keizer Frans I van het Heilige Roomse RijkStefan|Frans III Stefan van Lotharingen]] in 1736 afstand doet van het hertogdom Lotharingen, behoudt hij het graafschap Falkenstein. Daardoor komt het graafschap in een personele unie met het [[groothertogdom Toscane]]. Als zijn zoon Jozef II na de dood van Maria Theresia in 1780 de Oostenrijkse erflanden erft, wordt Falkenstein dus met de Habsburgse bezittingen verenigd. Ondanks de nabijheid van de [[Oostenrijkse Nederlanden]] blijft het een afzonderlijke eenheid.
 
In 1797 wordt het graafschap ingelijfd bij Frankrijk. Het [[Congres van Wenen]] voegt het in 1815 grotendeels bij het [[koninkrijk Beieren]].