Surseance van betaling: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Hoort niet bovenaan
k Linkfix ivm sjabloonnaamgeving / parameterfix
Regel 1:
{{Gesproken Wikipedia klein|Nl-Surseance van betaling-article.ogg|24582991}}
{{Gwk|24582991}}
'''Surseance van betaling''' (vóór 1996 geschreven als '''surséance van betaling''') is een '''uitstel van betaling'''. Surseance kan men aanvragen bij de rechter. Deze verleent dan een vonnis, dat bepaalt dat gedurende een bepaalde tijd de schuldeisers niet betaald hoeven te worden. De persoon of het bedrijf kan orde op zaken zetten en met zijn schuldeisers om de tafel zitten om te [[onderhandelen]] over een afbetalingsregeling of een akkoord. Een bewindvoerder wordt aangewezen.
 
Een doorstart is interessant voor de schuldeisers (ze kunnen in de verre toekomst meer van hun geld terugzien), aandeelhouders (hun investering kan in de toekomst in waarde stijgen), werknemers (ze houden hun werk) en overheid (geen vernietiging van economisch potentieel).
 
==In België ==
Regel 10:
Surseance van betaling is samen met het [[faillissement]] en de schuldsanering natuurlijke personen opgenomen in de [[Faillissementswet]].
 
Natuurlijke personen komen meestal alsnog in de [[Wet schuldsanering natuurlijke personen]] (Wsnp) terecht. Dit komt, omdat ze vaak niet met hun schuldeisers overeenstemming kunnen bereiken. Ze kunnen hun banken geen extra zekerheid aanbieden, zodat ze geen krediet meer krijgen. Bedrijven kunnen daarentegen wel een en ander bereiken, door een saneringsplan aan te bieden. Ze kunnen bijvoorbeeld extra zekerheden aan een bank aanbieden, die hen extra krediet geeft. Ze kunnen ook aandelen of obligaties uitgeven (hoewel dit altijd een scherpe koersdaling tot gevolg heeft).
 
Toch blijkt in de praktijk dat ca. 98% van de aanvragende bedrijven uiteindelijk niet tot een akkoord komen of zich niet aan het akkoord (kunnen) houden. Dit heeft te maken met de volgende feiten:
* Surseance werkt stigmatiserend. Veel bedrijven weigeren met een bedrijf zaken te doen als dit in surseance verkeert. Aangezien, in tegenstelling tot angelsaksische landen, geen doorleververplichtingen van handelspartners bestaan, zal dit bedrijf geen leveranties meer ontvangen, en klanten zullen wegblijven. De bank zal bovendien in de leencontracten hebben bedongen dat de [[geldkraan]] direct dicht gaat en leningen direct opeisbaar worden.
* Deze stigmatiserende werking leidt er tevens toe dat bedrijven pas surseance aanvragen als de situatie zeer ernstig is en het faillissement in feite al niet meer af te wenden is. Hierdoor wordt de conclusie getrokken dat surseance dus inderdaad altijd tot faillissement leidt, en zal een aanvraag ook meteen tot voorgenoemde gevolgen leiden. De surseance zit hierdoor in een [[vicieuze cirkel]].