Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst

prijs/onderscheiding voor beeldend kunstenaars in Nederland

De Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst, tot 2003 Koninklijke Subsidie voor Vrije Schilderkunst, wordt jaarlijks door de Nederlandse koning(in) uitgereikt. Het is een aanmoedigingsprijs die door koning Willem III in 1871 werd ingesteld. Koning Willem III schonk geld aan de Franse Opera. Toen de gemeente Den Haag de subsidie voor de opera stopzette, besloot Willem III zijn bijdrage van 20.000 gulden ook terug te trekken. Hij stelde de Prijs voor de Vrije Schilderkunst in en gaf dat bedrag voortaan aan jonge, veelbelovende schilders. Kunstenaars tot 35 jaar mogen meedingen naar de prijs. Om meer aandacht te genereren voor de winnende kunstenaars, is het aantal winnaars vanaf 2018 teruggebracht van vier naar drie kunstenaars en werd het prijzengeld verhoogd van 6.500 naar 9.000 euro per winnaar.

Koningin Emma, koningin Wilhelmina, koningin Juliana, koningin Beatrix en koning Willem-Alexander hebben deze traditie voortgezet. Sinds 1980 vindt de uitreiking plaats in de Burgerzaal in het Paleis op de Dam, waar dan ook een tentoonstelling is van het werk van de genomineerden. Vanwege de verbouwing van het paleis hebben de uitreiking en de tentoonstelling van 2001 t/m 2008 plaatsgevonden in het Gemeentemuseum Den Haag.

In 1996 werd het 125-jarig bestaan van de subsidie, die toen 5.000 euro bedroeg, gevierd met een overzichtstentoonstelling waarbij van iedere kunstenaar één werkstuk mocht hangen.

Winnaars

bewerken
 
Juliana met de laureaten (1977)
 
Beatrix met de laureaten (1985)

Uitgereikt in het Gemeentemuseum Den Haag:

Uitgereikt in Paleis op de Dam:

Jaartal onbekend

bewerken

Publieksprijs

bewerken
bewerken