Sombere aarddrager

taxon
(Doorverwezen vanaf Inocybe phaeoleuca)

De sombere aarddrager (Inocybe phaeoleuca) is een schimmel behorend tot de familie Inocybaceae. Hij vormt ectomycorrhiza met loofbomen, zoals Eik (Quercus), Populier (Populus) en Wilg (Salix) in bossen, struwelen, parken en lanen op kalkrijk zand, leem of klei.

Sombere aarddrager
Taxonomische indeling
Rijk:Fungi (Schimmels)
Stam:Basidiomycota (Steeltjeszwam)
Klasse:Agaricomycetes
Onderklasse:Agaricomycetidae
Orde:Agaricales (Plaatjeszwam)
Familie:Inocybaceae
Geslacht:Inocybe
Soort
Inocybe phaeoleuca
Kühner (1955)
Synoniemen

Inocybe splendens var. phaeoleuca

Portaal  Portaalicoon   Biologie
Schimmels

Kenmerken bewerken

Uiterlijke kenmerken bewerken

Hoed

De hoed heeft een diameter van 10 tot 45 mm. De vorm is kegel- tot klokvormig dan uitspreidend vaak met een brede umbo. De kleur is heel donker roodbruin tot bijna zwart rond het midden. Naar de rand toe leurt hij bruin tot donker bruin. De structuur is glanzend-zijdeachtig vezelig, later soms opbrekend in schubjes.

Lamellen

De lamellen staan matig dicht bij elkaar. De kleur is bleek oker en ze worden later okerbruin. De plaatjes hebben een wit gewimperde snede.

Steel

De steel is 20 tot 60 mm lang en heeft een dikte van 2 tot 7 mm. De voet is zwak verdikt.

Geur

De geur is zwak, maar bij kneuzing spermatisch en doet denken aan de groene knolamaniet.

Microscopische kenmerken bewerken

De sporen zijn glad, amandelvormig. De sporenmaat is 8 tot 11,5 × 5,0 tot 6,5 μm (M. Noordeloos). De Q getal is 1,5-1,9 en gemiddeld 1,6-1,8. Cheilocystidia en pleurocystidia zijn spoelvormig of urnvormig en meten 50-80 × 12-22 μm. Ze hebben kristallen aan de top.

Verspreiding bewerken

In Nederland komt hij vrij algemeen voor. Hij komt voor in Noord- en Zuid-Holland en Zeeland. Slechts eenmaal is hij gemeld vanaf Texel en Terschelling. Hij is niet bedreigd en staat niet op de rode lijst.