Gebruiker:Meergem/kladblok/wgr

De Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) is een Nederlandse wet, waarin samenwerkingsverbanden worden geregeld tussen openbare lichamen zoals gemeenten, provincies en waterschappen.

De huidige wet dateert van 20 december 1984. Deze wet is sinds die tijd de belangrijkste grondslag voor samenwerking tussen gemeenten, provincies en waterschappen.

Er zijn vier soorten gemeenschappelijke regeling [1]:

  • openbaar lichaam met een algemeen bestuur, een dagelijks bestuur en een voorzitter
  • gemeenschappelijk orgaan zonder rechtspersoonlijkheid
  • laten behartigen van de gemeenschappelijke taken door een zogenaamde centrumgemeente
  • regeling zonder organisatorisch verband (bestuursovereenkomst)

Historie

bewerken

In 1950 trad de Wet Gemeenschappelijke Regelingen (WGR) in werking. Vanaf die tijd is er kritiek op de wet geweest. De kritiek spitste zich toe op het gebrekkige democratische gehalte van een samenwerkingsverband. Besluiten worden in een WGR regeling immers door een orgaan genomen, dat niet rechtstreeks gekozen is. Tot aan de wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen in 1984 zijn er verschillende voorstellen gedaan om tot een betere aanpak van de schaalproblematiek te komen. Dit resulteerde in pleidooien voor gewesten en provincies nieuwe stijl. In de meeste pleidooien werd de vorming van een vierde bestuurslaag noodzakelijk geacht. Dit moest gepaard gaan met een herverdeling van de verschillende bevoegdheden tussen de bestuursorganen.

Met de Nota Bestuurlijke Organisatie kwam er in 1983 een (tijdelijk) einde aan de discussie. Er werd gekozen voor verlengd lokaal bestuur en niet voor een vierde bestuurslaag. Deze opvatting resulteerde in de nieuwe Wet gemeenschappelijke regelingen (nu: Wgr) van december 1984.

Iedere gemeente in Nederland neemt deel aan diverse Wgr-regelingen en in verschillende samenstellingen. De wet wordt vooral toegepast voor de uitvoering van de wet sociale werkvoorziening. Na 2004 is aantal WGR's waarbij gemeenten samen een sociale dienst oprichten m.n voor de uitvoering van de wet werk en bijstand snel toegenomen.


Een zware variant van Wgr-regeling is de Wgr-plusregeling voor de plusregio's in stedelijke gebieden (stadsregio's).

Enkele voorbeelden van een 'gewone' gemeenschappelijke regeling volgens de Wgr zijn: de Drechtsteden en Holland Rijnland.

Uitvoering door de Gemeente

bewerken

Op verschillende wijze hebben gemeenteraden invloed op de gemeenschappelijke regeling:

  • Zij beslissen over de oprichting en wijziging van de gemeenschappelijke regeling op voorstel van het college van B&W. zij stellen daarbij het takenpakket en de bevoegdheden vast.
  • Voor het Algemeen Bestuur (AB) wijzen zij hun vertegenwoordigers aan. Die hebben een informatie- en verantwoordingsplicht aan hun gemeenteraad. De vertegenwoordigers zijn veelal leden van het college van B&W en soms raadsleden.
  • Zij worden via het toezenden van de begroting van te voren en de jaarrekening achteraf over de uitvoering van taken geinformeerd.
  • Zij kunnen hun zienswijze geven op de (ontwerp-)begroting bij het Algemeen Bestuur en zonodig bezwaar maken bij Gedeputeerde Staten.

Het college van B&W geeft in de gemeentebegroting en jaarrekening in de paragraaf verbonden partijen aan de gemeenteraad ook informatie over de ontwikkelingen bij WGR's. Gemeenten houden verder een register bij van regelingen waarin wordt deelgenomen.

Kosten en Middelen

bewerken

De totale saldo van baten en lasten van alle gemeenschappelijke regelingen samen bedroeg in 2004 € 7,4 miljard euro. Het Rijk financierde daarvan 46% en gemeenten 12%. De overige 42% is een bonte verzameling aan financieringsbronnen van WGR's. Naast de gemeentelijke bijdragen aan de uitvoering door WGR's bestaan de bestuurlijke lasten voor de gemeenten zelf nog uit de kosten van

  • de raadsbehandeling van de WGR-begroting en de WGR-jaarrekening en de eventuele reactie daarop;
  • het jaarlijks beschikbaarstellen van middelen in de gemeentebegroting en verantwoording in jaarrekening daarover.

Volgens het CBS kostte in 2004 de samenwerking van gemeenten op algemeen bestuurlijk gebied met mede-overheden: zoals met buurgemeenten, de provincie, met de grote samenwerkingsverbanden rondom (groot)stedelijke agglomeraties, maar ook internationaal per inwoner van Nederland € 4 .

bewerken


[[Categorie:Nederlandse wet|Gemeenschappelijke Regelingen]]