Autonome socialistische sovjetrepubliek

Met de aanduiding autonome socialistische sovjetrepubliek (ASSR) werd tussen 1920 en 1991 verwezen naar een gebied binnen een unierepubliek (SSR) van de Sovjet-Unie. De ASSR had een lagere status dan de SSR, waar het gebied van de ASSR in gelegen was, maar hoger dan de autonome oblast.

Wapen van de Sovjet-Unie

De ASSR's droegen alle de naam van het volk of de volken waarvoor de deelrepubliek een zekere autonomie moest waarborgen. In de praktijk was er van die autonomie weinig sprake, temeer daar in de meeste gevallen het naamgevende volk in de betreffende ASSR niet de meerderheid van de bevolking vormde.

Bij het uiteenvallen van de Sovjet-Unie waren er 21 ASSR's.

Autonome republieken in de Sovjet-Unie

bewerken
  1. Altaj
  2. Basjkirostan
  3. Boerjatië
  4. Dagestan
  5. Chakassië
  6. Ingoesjetië
  7. Jakoetië (Ook wel Republiek Sacha)
  8. Kabardië-Balkarië
  9. Kalmukkië
  10. Karatsjaj-Tsjerkessië
  11. Karelië
  12. Komi
  13. Mari El
  14. Mordovië
  15. Noord-Ossetië
  16. Oedmoertië
  17. Tatarije
  18. Toeva
  19. Tsjetsjenië
  20. Tsjoevasjië