Apocrita

onderorde uit de orde vliesvleugeligen

De Apocrita zijn een onderorde van vliesvleugelige insecten (Hymenoptera) (zie ook wesp). Het belangrijkste gemeenschappelijke kenmerk is de wespentaille of petiolus. Deze wordt gevormd door een deel van het eerste achterlijfssegment, soms in combinatie met het tweede achterlijfssegment.

Apocrita
Wesp waarbij de karakteristieke wespentaille goed te zien is.
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Arthropoda (Geleedpotigen)
Klasse:Insecta (Insecten)
Orde:Hymenoptera (Vliesvleugeligen)
Onderorde
Apocrita
Gerstaecker, 1867
Positie van het met de thorax vergroeide propodeum
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Apocrita op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Insecten

Kenmerken bewerken

Het abdomen (achterlijf) van de Apocrita bestaat, anders dan bij de meeste insecten, uit twee delen. Het voorste deel, bestaande uit één segment, wordt propodeum genoemd en is met de thorax (borststuk) vergroeid. Thorax en propodeum samen worden mesosoma (middenlijf) genoemd. Het achterste deel, bestaande uit de overige achterlijfssegmenten, wordt metasoma of gaster genoemd. Het propodeum is naar achteren sterk versmald en vormt zo de petiolus. Het scharnierpunt van het achterlijf ligt bij deze groep tussen het eerste en tweede achterlijfssegment in. Bij de meeste andere insecten bestaat het achterlijf uit één stuk, en ligt het scharnierpunt tussen het borststuk en het achterlijf in.

Het mesosoma is dus de thorax met het daarmee vergroeide propodeum samen. Om historisch gegroeide redenen wordt het mesosoma van mieren meestal alitrunk genoemd.

Een tweeledig achterlijf komt ook bij andere geleedpotigen voor, zoals bij alle schorpioenen.

De soorten van de enige andere onderorde van de vliesvleugeligen, de zaagwespen (Symphyta), missen een taille en worden in veel talen zaagvliegen genoemd, maar aan vliegen (Diptera) zijn zaagwespen niet verwant.

Onderverdeling bewerken

De onderorde Apocrita bestaan voornamelijk uit parasitaire wespen, met onder andere de ichneumonoïde sluipwespen. Van de ongeveer 100.000 beschreven soorten zijn de meeste typisch wesp-achtig, maar ook alle mieren, bijen en hommels behoren tot de Apocrita. Onderstaand een indeling van de Apocrita in superfamilies. De indeling in twee secties van parasitaire en angeldragende groepen wordt tegenwoordig steeds meer verlaten.[1][2]