Modulatie (muziek): verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting |
Aanvulling met geschiedenis |
||
Regel 1:
In
[[Bestand:Catechismus_der_muzijk_1787.png|miniatuur|Catechismus der muzijk 1787]]
''VEERTIENDE LES.''
''Om te leeren zien wanneer het stuk van Schaal of Toon verandert; alsmede van het drieërley Spel of Klankgeslacht; te weten: het Diatonicq, het Chromaticq, en het Enharmonicq.''
''VRAAG. Waar aan kan men zien, of het stuk van Schaal of Toon verandert?''
''Antw. Dat kan men zien als ‘er een Kruis of Mol te voorschyn komt, die niet [voor-]aan de regels [notenbalk] staat; of dat ‘er een Kruis of Mol word weggenomen, hetwelk geschied, door middel van de B quarreé,''
♮'', vierkante B, of quadraat; waar over wy gesproken hebben in de derde Les, indien men van die teekens ontmoet, dan verandert het stuk van Schaal of Toon.''
''VRAAG. Maar is ‘er niet een zeker Teeken, Noot of Toon, waar aan dat men kan zien, of gewaar worden in wat Toon dat het stuk van tyd tot tyd is, en verandert?''
''Antw. Ja, indien men eene grondige kennis heeft gekregen van den Introduceur, die zal het ten duidelyksten aanwyzen. Wy hebben gezien in de vorige Les, dat den Introduceur, is, de zevende Toon van den Hoofdtoon der Schale; indien men nu hier maar op let, zoo zal men ras de Hoofdtoon van ydere Schaal gedurende het geheele stuk gewaar worden.''
In de tweede helft van de 19e eeuw ontstond muziek die voortdurend moduleerde en zelden lang in een toonsoort verbleef. De latere [[Opera (muziek)|opera's]] van [[Richard Wagner|Wagner]] en ook vooral het werk van [[Alexander Skrjabin|Skrjabin]] en [[Max Reger|Reger]] zijn goede voorbeelden van deze zwevende tonaliteit: muziek met weinig [[Tonica (muziek)|tonica's]] en vooral veel (gealtereerde) [[Subdominantakkoord|subdominanten]] en [[Dominantakkoord|dominanten]].
|