Martinus van Marum: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Edoderoobot (overleg | bijdragen)
k #add_Authority_control
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 28:
[[Bestand:Electrostatic generator Teylers Museum.jpg|thumb|De [[grote elektriseermachine]] in Teylers Museum]]
[[Bestand:Wybrand Hendriks, De Ovale Zaal van Teylers Museum, c. 1800-1820..jpg|thumb|''De Ovale Zaal van Teylers Museum'', c. 1800-1820. Schilderij van Wybrand Hendriks. Op het schilderij is de grote elektriseermachine van Martinus van Marum te zien in haar oorspronkelijke opstelling in de [[Teylers Ovale Zaal|Ovale Zaal]] van [[Teylers Museum]]]]
Toen Camper zich in 1773 terugtrok hoopte Van Marum dat hij diens leerstoel botanie zou krijgen, maar de universiteit passeerde hem ten gunste van een andere leerling van Camper, [[Wynoldus Munniks]]. Hij keerde op slag de botanie de rug toe en besloot zich geheel te wijden aan de studie van de elektrostatica. Samen met een vriend, de instrumentmaker [[Gerhard Kuyper]], bouwde hij een elektriseermachine die in haar geheel onder een klok van een luchtpomp kon worden geplaatst. Resultaten van proeven met deze elektriseermachine, die hij in 1776 in "Verhandeling over het electrizeeren" publiceerde, werden in de wetenschappelijke wereld enthousiasteenthousiast ontvangen.
 
Naast elektriciteit deed Van Marum ook (chemisch) onderzoek naar gassen. Van Marums belangstelling hiervoor bleek uit zijn met goud bekroonde antwoord op de eerste prijsvraag die in 1778 door [[Teylers Tweede Genootschap]] was uitgeschreven. In zijn verhandeling over ''Gephlogisteerde en gedephlogisteerde luchten'' beschreef hij dat hij gevonden had dat er een volumevermindering optrad bij een elektrische ontlading op een afgesloten hoeveelheid dampkringlucht. Een jaar later trad Van Marum, als opvolger van Cornelis Elout, toe tot Teylers Tweede Genootschap; van 1804 tot zijn overlijden bekleedde hij zelfs het voorzitterschap ervan.