Arabisch-Israëlische Oorlog van 1948: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Mar(c) (overleg | bijdragen)
k fix wikilink [​[Consulaat(diplomatie)|→Consulaat (diplomatie), niet-bestaand anker verwijderd
Regel 121:
 
== Hoofdfase ==
In de nacht vóór 15 mei 1948, de dag waarop de Britse troepen het mandaatgebied zouden verlaten, riepen de Joodse leiders onder leiding van Ben-Gurion (die vervolgens de eerste premier van Israël werd) de onafhankelijke staat [[Israël]] uit. Daarop vielen Arabische landen Palestina binnen. In de voorafgaande maanden was al een derde van de Palestijnse bevolking op de vlucht geslagen/verjaagd, ondanks het feit dat de Britten nog officieel verantwoordelijk waren voor de ordehandhaving en het beschermen van de bevolking. Wegens verbondenheid met het lot van de Palestijnen en uit verzet tegen de aanwezigheid van een Joodse staat in het [[Midden-Oosten]] kozen de leiders van de nieuwe Arabische staten ervoor reguliere legers in te zetten, hoewel ze tot de laatste dag van het mandaat tevergeefs wachtten op een reactie van de Britse troepen op het escalerende geweld.
 
Onbekend bij de andere Arabische leiders was, dat koning [[Abdoellah I van Jordanië]] een geheime overeenkomst met de Joodse leiders had gesloten om Palestina onderling te verdelen in ruil voor steun aan de geplande opdeling van Palestina.<ref>Shalim 1988</ref> Hierdoor zou het Jordaanse leger vrijwel zonder slag of stoot het gehele gebied hebben kunnen bezetten dat later bekend zou staan als de [[Westelijke Jordaanoever]]. Aangezien de Joodse leiding en koning Abdoellah beiden aanspraak maakten op Jeruzalem dat volgens [[Resolutie 181 Algemene Vergadering Verenigde Naties]] een internationaal bestuurd gebied zou worden, werd de status van de stad buiten deze overeenkomst gehouden.