Lemmensinstituut: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Labels: Bewerking via mobiel Bewerking via mobiele website
Regel 52:
Het instituut werd in 1879 (het eerste academische jaar startte op 2 januari 1879) opgericht door het [[Belgische Bisschoppenconferentie|Belgisch episcopaat]] onder de naam '''School voor Godsdienstige Muziek''' in [[Mechelen (België)|Mechelen]], de stad van de [[aartsbisschop]] waar reeds een [[orgel]]- en [[beiaard]]school bestond. De Belgische [[bisschop]]pen wilden de [[kerkmuziek]] opwaarderen en deden een beroep op [[Jacques-Nicolas Lemmens]] (1823-1881), een Vlaamse [[kerkorgel|orgelleraar]] aan het [[conservatorium]] van Brussel. Lemmens stierf bij het begin van het derde academiejaar op 30 januari 1881. Hij werd opgevolgd door [[Edgar Tinel]] (1854-1912).
 
Hij verruimde het opleidingsmodel van het loutere orgelspel, [[gregoriaanse muziek]] en koormuziek naar muziektheorie, koordirectie en compositie. Toen Tinel naar het conservatorium van Brussel verhuisde, werd Aloys Desmet de nieuwe directeur. [[Jules Van Nuffel]] volgde hem op 4 juni 1917 op na diens dood. Daarna was het op 8 augustus 1952 de beurt aan [[seculiere kanunnik|kanunnik]] [[Jules Vyverman|Vyverman]]. Onder zijn bestuur werd het leerprogramma aanzienlijk uitgebreid, later werd hij tot bisschop gewijd als geheim kamerheer van de paus. Op 1 oktober 1962 werd Jozef Joris Van HeeswijkHeeswijck de nieuwe directeur. Onder zijn bewind werden de richtingen grondig aangepast en afgestemd op het model van een Duitse Muziekhogeschool.
 
In 1968 verhuisde men naar Leuven, waar men een [[Leuvense Cellenbroeders|voormalige psychiatrische instelling]] betrok op de [[Gasthuisberg]]. Later kregen zij daar het [[Universitair Ziekenhuis Leuven]] als buur. In die periode na het [[Tweede Vaticaans Concilie]], waarbij [[Latijn|Latijnse]] gezangen werden aangevuld met Nederlandstalige kerkmuziek, speelde het Lemmensinstituut een inspirerende rol, onder meer door het omvangrijke werk van de latere directeur [[Paul Schollaert]]. Men zocht ook meer aansluiting bij de onderwijsstructuur van andere muziekopleidingen. Zo kon men in 1971 een "kunsthumaniora" beginnen, en werd de titel "Laureaat van het Lemmensinstituut" gelijkgesteld met de "eerste prijs" van een [[conservatorium|muziekconservatorium]]. De studie van de kerkmuziek die in de "wereldse" conservatoria weinig aan bod kwam, kwam dus op een hoger niveau; anderzijds werd de blik van het Lemmensinstituut verruimd naar niet-kerkelijke muziek. Zo kwam er ook een [[lerarenopleiding]] in de muziek bij. Niet alleen om muziekleraars op te leiden, maar belangrijker nog om de muziekpedagogiek een wetenschappelijke grondslag te geven.