Stof (scheikunde): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 33:
== Polymorfie, allotropie en optische isomerie ==
{{Zie hoofdartikel|polymorf (scheikunde)|allotropie|optische isomerie}}
Voor [[polymorf (scheikunde)|polymorfen]] geldt dat zij beschouwd worden als verschillende fasen[[fase]]n (bijvoorbeeldvan kristalstructurendezelfde [[stof (scheikunde)|stof]], vanhetzij dezelfde[[samengestelde stof|samengesteld]], ofhetzij [[chemischenkelvoudige elementstof|enkelvoudig]]. Polymorfie is een begrip dat voornamelijk bij kristallijne stoffen[[vaste stof]]fen gebruikt wordt. Zo kan [[siliciumdioxide]] (silica) voorkomen in talloze verschillende polymorfen, zoalsbijvoorbeeld [[kwarts]], [[tridymiet]], [[cristobaliet]], [[lechatelieriet]] en [[coesiet]]. Deze vijf natuurlijk voorkomende [[Mineraalmineraal|mineralen]] hebben een verschillend uitzichtuiterlijk (kleur en [[Habitushabitus (kristal)|kristalhabitus]]) en ook verschillende fysische eigenschappen (zoals [[Hardheidsschaalhardheidsschaal van Mohs|hardheid]]), maar alle vijf polymorfen bestaan in essentiechemisch allenopzicht uit [[silicium]] en [[Zuurstofzuurstof (element)|zuurstof]] in dezelfde chemische en [[Stoichiometriestoichiometrie|stoichiometrische]] samenstelling, namelijk: SiO<sub>2</sub>.
<br>
AlsMeer voorbeeldspecifiek spreekt men in het geval van polymorfe [[enkelvoudige stof]]fen in [[vaste stof|vaste vorm]] van [[allotropie]],. waarbijAls voorbeeld van een chemischenkelvoudige elementstof die in verschillende verschijningsvormen met een(dankzij verschillende kristalstructuurkristalstructuren) voorkomt, kan [[zwavel]] gelden. HetZwavel element is opgebouwdbestaat uit moleculen octazwavel (S<sub>8</sub>) die beneden 96°C voorkomen als [[Orthorombischorthorombisch kristalstelsel|orthorombische]] kristallen en boven 96°C [[faseovergang|overgaan naarin]] een [[Monoklienmonoklien kristalstelsel|monokliene]] vorm. OokBeide hierkristalvormen geldt(allotropen) dat beide kristalvormenverschillen qua uitzichtuiterlijk en fysische eigenschappen kunnen verschillen, maar datbeide zeallotropen allezijn opgebouwd zijn uit eenzelfdedezelfde chemische bouwsteen, namelijk: S<sub>8</sub>.
 
Als voorbeeld van [[allotropie]], waarbij een chemisch element in verschillende verschijningsvormen met een verschillende kristalstructuur voorkomt, kan [[zwavel]] gelden. Het element is opgebouwd uit moleculen octazwavel (S<sub>8</sub>) die beneden 96°C voorkomen als [[Orthorombisch kristalstelsel|orthorombische]] kristallen en boven 96°C overgaan naar een [[Monoklien kristalstelsel|monokliene]] vorm. Ook hier geldt dat beide kristalvormen qua uitzicht en eigenschappen kunnen verschillen, maar dat ze alle opgebouwd zijn uit eenzelfde chemische bouwsteen, namelijk S<sub>8</sub>.
[[Bestand:Milchsäure Enantiomerenpaar.svg|right|thumb|230px|[[Structuurformule]] van (S)-melkzuur (links), (R)-melkzuur (rechts). Beide [[Optische isomerie|enantiomeren]] zijn elkaars spiegelbeeld, maar zijn in wezen dezelfde stof.]]
Voor [[optische isomerenisomeer|optische ofisomeren]] (enantiomeren) geldt dat zij bestaan uit dezelfde atomen, maar de moleculen zelf zijn elkanders spiegelbeeld. Een klassiek voorbeeld is [[melkzuur]], dat een [[Chiraalchiraal centrum|stereogeen]] [[koolstof]]atoom bezit, waardoor twee enantiomeren van melkzuur bestaan. Hoewel beide enantiomeren zich opnieuw fysisch anders kunnen gedragen, zoals bijvoorbeeld hun kenmerkend gedrag ten opzichte van [[Polarisatiepolarisatie (elektromagnetisme)|gepolariseerd licht]], behoren zij beide tot dezelfde stof. Hun chemische eigenschappen zijn dus gelijk.
 
== Zie ook ==