Frederik Schmidt Degener: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 18:
| portaal =
}}
'''Frederik Schmidt Degener''' ([[Rotterdam]], [[10 december]] [[1881]],<ref>[https://www.openarch.nl/show.php?archive=srt&identifier=f7f5f147-bef3-5f15-2322-ee3786ae4da6 Geboorteakte Burgerlijke Stand Rotterdam, aktenummer e149v]</ref> - [[Amsterdam]], [[21 oktober]] [[1941]]) was van [[1908]] tot [[1921]] directeur van het [[Museum Boijmans Van Beuningen|Museum Boijmans]] in Rotterdam en van 1921 tot [[1941]] directeur van het [[Rijksmuseum (Amsterdam)|Rijksmuseum]] in Amsterdam. Daarnaast was hij kunsthistoricus, essayist en dichter.
 
[[Bestand:Rembrandt_tentoonstelling_Weeknummer_32-25_-_Open_Beelden_-_44842.ogv|{{largethumb}}|thumbtime=0:14|Schmidt Degener over Rembrandt-tentoonstelling 1932 (Polygoon)]]
Regel 25:
Frederik Schmidt Degener was de zoon van Johann Degener en Maria Juliana Kamerling. Hij doorliep het [[Erasmiaans Gymnasium]] in Rotterdam, waar hij de invloed onderging van de dichter [[J.H. Leopold]], die daar klassieke talen doceerde. Na zijn eindexamen in 1903 ging hij kunstgeschiedenis studeren in Berlijn en Parijs.
 
De plotse dood van zijn vader in 1905 betekende het einde van zijn studie. Terug in Nederland, wijdde hij zich aan het schrijven van kunsthistorische beschouwingen. In 1906 publiceerde hij ''Rembrandt'', een beschrijving van het leven en werk van de 17de-eeuwse Nederlandse schilder, ter gelegenheid van zijn driehonderdste geboortejaar. In 1908 werd hij benoemd tot directeur van het Museum Boijmans in [[Rotterdam]], toen nog gehuisvest in [[Het Schielandshuis]], een classicistisch gebouw uit de 17de eeuw.
 
Schmidt Degener was een aanhanger van de vernieuwende ideeën van de Duitse kunsthistoricus en museumdirecteur [[Wilhelm von Bode]] (1845-1929), die een voorstander was van het nieuwe model dat was opgesteld door de Duitse museumhervormingsbeweging omstreeks 1900 en dat betrekking had op de presentatiepraktijk van de tentoongestelde kunstobjecten. Het hervormingsmodel was gebaseerd op vier uitgangspunten:
Regel 35:
Na zijn aanstelling sloot Schmidt Degener één jaar lang het Museum Boijmans en transformeerde het tot een omgeving waar vanuit een waarnemingsesthetisch oogpunt een harmonische samenhang kon ontstaan tussen eersterangs kunstobjecten en objecten van kunstnijverheid, in een aangepaste en rustige ruimte. De zalen waren aangekleed met tapijten en meubelstukken uit de tijd van de getoonde kunstobjecten. De samenhang was enerzijds gebaseerd op een chronologische presentatie van de kunstobjecten en anderzijds op een ordening naar plaatsen en scholen.
 
De nieuwe opvattingen van het hervormingsprogramma maakten van de overvolle en nevenschikkende 19de-eeuwse museale presentatiepraktijk een achterhaald concept. Na de heropening in 1909 steeg het aantal bezoekers en was er een toename van het aantal schenkingen dat het museum ontving. De eerste contacten met weldoeners van het museum, zoals [[Daniël George van Beuningen|D.G. van Beuningen]] en [[J.P.van der Schilden]], vonden in deze periode plaats.
 
In 1921 werd Schmidt Degener benoemd tot directeur van het [[Rijksmuseum Amsterdam|Rijksmuseum]] in Amsterdam. Ook het Rijksmuseum onderging een voortzetting en perfectionering van het hervormingsprogramma. In 1927 resulteerde een reorganisatie in de structuur van het Rijksmuseum in de oprichting van een afdeling 'Vaderlandse Geschiedenis' en een afdeling 'Beeldhouwkunst & Kunstnijverheid'.
Regel 43:
In 1919 werd Schmidt Degener gevraagd ondervoorzitter te worden van de in dat jaar opgerichte ''Rijkscommissie van Advies betreffende het museumwezen in Nederland''. De commissie telde 22 leden met als voorzitter de historicus [[Johan Huizinga]].
 
Schmidt Degener heeft een grote rol gespeeld in het aankoopbeleid van Italiaanse werken voor het Rijksmuseum, maar hij slaagde er ook in belangrijke schilderijen van Rembrandt uit Rusland voor het Rijksmuseum te verwerven. Rembrandt was een van zijn favorieten en hij wijdde tentoonstellingen aan deze kunstenaar in 1932 en 1935. Hij adviseerde ook vermogende collectioneurs bij de aankoop en uitbreiding van hun collectie.
 
Hij verwierf een internationale reputatie nadat hij in 1929 een tentoonstelling van Nederlandse kunst had georganiseerd in het Burlington House in Londen.
Regel 61:
* Silvedene. Tien suites voor viool en woord (1939)
* De poort van Ishtar ( gedichten en toneel) (1945)
 
=== Vertalingen ===
* Het handboekje van Epidictus (1904)
 
=== Essays ===
* Rembrandt (1906)
Regel 72 ⟶ 74:
* Rembrandt's tegenstrijdigheden (1945)
* Verzamelde studiën II, Rembrandt (1950)
 
== Onderscheidingen==
* Schmidt Degener ontving een eredoctoraat van de Universiteit van Amsterdam in 1932.
* In 1935 werd hij benoemd tot lid van de Nederlandse Academie van Wetenschappen.
 
== Literatuur==
===Over de dichter===
* S. Glasius-Wilmering, ''F. Schmidt Degener 1881-1941, museumdirecteur en dichter', in: ''BZZLLETIN'', 1984.
* A.M. Musschoot, ''De poëzie van F. Schmidt Degener''. ''Studia Germanica Gandensia'' VIII, Gent, Rijksuniversiteit, 1967.
* A.M. Musschoot, ''Frederik Schmidt Degener, dichter, kunstgeleerde en museumdirecteur'', 1969 .
* Een bijdrage over F. Schmidt Degener in 'Kritisch Lexicon van de Nederlandstalige Literatuur na 1945' door Stanny Glasius-Wilmering (1998).
 
===Over de kunsthistoricus en museumdirecteur===
* Instituut voor Nederlandse Geschiedenis. Bibliografisch woordenboek van Nederland I (Den Haag 1979).
* Huizinga, J., 'Herdenkingen van Frederik Schmidt Degener (10 december 1881- 21 november 1941)', in:'' Jaarboek der Nederlandse Akademie van Wetenschappen'' 1941-1945, pp. 226-236.
* Gelder, H.E. van, 'Levensberichten', in: ''Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde'' 1943-1945, pp. 207-224.
* Juynboll, W.M.C., 'Systematische bibliografie van geschriften van F. Schmidt Degener', in: F. Schmidt Degener, ''Verzamelde studiën en essays'' 11. Amsterdam 1950, pp. 177-188.
* Meijers, J.D., 'De democratisering van schoonheid. Voor plannen museumvernieuwing in Nederland 1918-1921', in: ''Nederlands Kunsthistorisch Jaarboek'' 28, 1977, pp. 55-104 [met Engelse samenvatting].
* Veen, F. van, ''‘t Pallazzo; verzamelingen van vroeg-Italiaanse kunst''. Amsterdam: Rijksmuseum/Nieuw Amsterdam Uitgevers 2008, pp. 5-9, p. 48.
Regel 91 ⟶ 96:
 
== Externe links ==
* [https://dictionaryofarthistorians.org/schmidtdegenerf.htm Schmidt Degener in het Dictionary of Art Historians]
{{Commonscatklein|Frederik Schmidt Degener}}
* [https://dictionaryofarthistorians.org/schmidtdegenerf.htm Schmidt Degener in het Dictionary of Art Historians]
* {{Link RKD|id=358150}}
* {{Link VIAF|id=64810180}}
* {{Link dbnl auteur|id=schm005}}
 
==Voetnota==
{{References}}
 
{{DEFAULTSORT:Schmidt Degener, Frederik}}
[[Categorie:Nederlands museumdirecteur]]