Geldautomaat: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting |
Wikipedia:Wikiproject/SpellingCheck. Help mee!, replaced: tenminste → ten minste met AWB |
||
Regel 3:
Een eerste mechanische biljetuitgifte apparaat, dat men een geldautomaat zou kunnen noemen, dateert uit 1939. Het werd ontwikkeld en gebouwd door Luther George Simjian en geïnstalleerd bij de ''City Bank of New York'', in [[New York (stad)|New York]], nu de [[City Bank]]. De automaat werd echter door de klanten niet geaccepteerd en na zes maanden weer verwijderd.Daarna heeft de ontwikkeling van de geldautomaat 25 jaar stilgestaan.
De eerste elektronisch aangestuurde geldautomaat is ontwikkeld door de firma De La Rue (Engeland) en werd in Noord Londen (Enfield Town) op 26 juni 1967 bij ''Barclays bank'' geplaatst. Aan de Engelsman John Sheperd-Baron wordt de uitvinding daarvan toegeschreven. In 2005 werd hij
=== Nederland ===
Regel 13:
Op 17 juni 1986 werd de eerste '''GIROMAAT''' van de ''Postbank'' (een Diebold geldautomaat onder Philips label) op het Postkantoor in Tilburg operationeel. Ruim 8 maanden eerder, op 4 november 1985 was door Mevr. Neelie Kroes, destijds minister van V&W, op het Aral benzinestation in Geldrop de '''eerste betaalautomaat''' (ontwikkeld door Philips) officieel in gebruik genomen.[[Bestand:1989 HVerkoren Tilburg.jpg|omkaderd|rechts|1ste Giromaat van de Postbank]]
Ook de Postbank besloot in 1986 met grote voortvarendheid het aantal geldautomaten uit te breiden. Door de Postbank was de naamgeving Giromaat aan het systeem gegeven. De Giromaat kon alleen worden gebruikt door klanten van de Postbank. Deze klanten konden geen gebruik maken van de vele automaten van andere banken.
Regel 24 ⟶ 23:
=== België ===
De eerste bankautomaten zagen onder de naam '[[Bancontact/Mister Cash|Mister Cash]]' in [[juni 1979]] het licht, onmiddellijk gevolgd door de '[[Bancontact/Mister Cash|Bancontact]]-automaten'. Voorheen waren er ook al bij sommige banken beperktere systemen Bankomat genoemd. Iets later verschenen ook de eerste betaalterminals aan de kassa's in winkels, oorspronkelijk betalend, nu meestal gratis. (Bij kleine winkeliers meestal vanaf een minimumbedrag van € 10 of € 20.)
Oorspronkelijk waren dit twee verschillende systemen, ondersteund door verschillende banken, totdat ze in 1987 compatibel met elkaar werden en in 1989 echt werden gefuseerd. Vanaf dan spreekt men van '[[Bancontact/Mister Cash]]'. In 2006 waren ook de zogenaamde 'selfbanks' (geld- en overschrijvingsautomaten in een bankkantoor, aanvankelijk enkel voor de eigen klanten) toegankelijk voor klanten van andere banken, zij het enkel voor geldopname en Proton.
|