Zaadknop: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
→Ontwikkeling van het zaad: aanvulling |
k →Ontwikkeling van het zaad: zijn |
||
Regel 62:
Na de [[bevruchting]] begint de zaadvorming. Uit de bevruchte eicel in de zaadknop groeit een proëmbryo (een draad van cellen), waarvan één of meer topcellen gaan uitgroeien. Het overige gedeelte van de draad heet de kiemdrager (= suspensor). Allereerst groeien deze topcellen uit tot de zogenaamde kiembol, die bestaat uit nog ongedifferentiëerde cellen. Rondom de kiembol worden lagen cellen gevormd. Het naar de kiemdrager gelegen gedeelte groeit o.a. uit tot het worteltje, de bovenste cellen tot de stengeltop en de zaadlobben. Bij verdere deling en differentiatie ontstaat dan uiteindelijk het volgroeide [[embryo]].
De reservestoffen, die het zaad meekrijgt,
Bij [[Orchideeënfamilie|''Orchidaceae'']], ''[[Monotropaceae]]'', [[Bremraapfamilie|''Orobanchaceae'']] en ''[[Rafflesiaceae]]'' is de kiem in het zaad niet verder ontwikkeld dan de kiembol. Pas na infectie met een [[symbiose|symbiotische]] schimmel, die voor het benodigde voedsel moet zorgen, gaat de ontwikkeling en de daarop volgende kieming verder.
|