Vedische tijd: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
→‎De eerste keizerrijken: 2e druk gebruikt
DennisPeetersBot (overleg | bijdragen)
Regel 139:
De machtigste leiders, wiens families de "[[kshatriya]]" (van "kshatra", dat "macht" betekent) werden genoemd, vormden samen met de priesters (de "brahmanen") een sociale bovenklasse in de sedentaire samenleving. De status van de stamleider berustte bij een nomadisch bestaan op succesvolle rooftochten, waarbij vee op andere stammen werd buitgemaakt. Bij een sedentair bestaan ontleenden leiders hun status meer aan het succesvol uitvoeren van offerrituelen, waartoe alleen brahmanen in staat waren.<ref>Thapar (2004), p164</ref> De brahmanen werden daardoor machtiger; en het priesterschap werd erfelijk.
 
De rest van de bevolking, "arya" met een lagere status zowel als niet-"arya", hadden ten taak in de behoeftes van de bovenklasse te voorzien. Uit de stammen met een lagere status ("vish") ontstond de "[[vaishya]]"-kaste, die bestaat uit boeren en handelaren. Nog lager stonden de "[[shudra]]" en "dasa". De "dasa" komen in de ''Veda's'' voor als tegenstanders die door de "arya" werden onderworpen. De teksten beschrijven ze als verachtelijke, onaantrekkelijke en onbeschaafde lieden met een donkere huidskleur en platte neuzen, die slechts geschikt werden geacht om in dienst van "vaishna" het land te bewerken. Omdat er ook "dasa" gevangengenomen werden in conflicten met andere groepen "arya", slaat "dasa" desondanks mogelijk niet op een etnische groep, maar was het de verzamelnaam voor in oorlog gevangen genomengevangengenomen slaven.<ref name="stein51" />
 
===Bestuur van de janapada's===