Witte Paters: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Queeste (overleg | bijdragen)
k ' te veel
Regel 4:
Een jaar later, in [[1869]], stichtte hij ook de congregatie van de [[Zusters Missionarissen van Onze Lieve Vrouw van Afrika]] (Witte Zusters).
 
De naam "Witte Paters" komt van de witte, arabische klederdracht die de [[missionaris]]sen dragen, samen met een [[rozenkrans]] rond de hals. Lavigerie stond er op dat Witte Paters zich de taal en de gewoontes van de Afrikanen zouden eigen maken en respect zouden tonen voor hun cultuur en geloofsovertuiging. Zijn voornaamste instructies om de geloofsverkondiging bij de Afrikaanse bevolking succesvol te kunnen aanpakken waren ''"U spreekt hun taal – u eet zoals zij – u kleedt u zoals zij"'''. De paters droegen derhalve de gandourah, de burnous en de chéchia, met daarop een rozenkrans als religieus onderscheidingsteken.
 
Vanaf 1 juli 2008 werd de Belgische provincie van de Witte Paters officieel de Belgische sector van de nieuw opgerichte Europese provincie van de Sociëteit van de Missionarissen van Afrika. Volgens de statuten van de nieuwe Europese provincie wordt elke sector geleid door een verkozen gedelegeerde overste. Pater André Léon Simonart uit Tildonk volgde zo Pater Luc Lefief op als Afgevaardigde Overste voor de Witte Paters in België. Op 1 juli 2011 werd hij opgevolgd door pater Mark De Wulf uit Poperinge.