Cornelis Evertsen de Jongste: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
ongeluk met de Walcheren; stijl; links; {feit}
k Invulling parameters sjabloon
Regel 8:
Datzelfde jaar vocht hij in de [[Slag bij Lowestoft]] op zijn vaders schip. Dezelfde maand werd hij ordinaris-kapitein en vlaggenkapitein op zijn vaders vlaggenschip [[De Walcheren|de ''Walcheren'']].<ref>[http://angel.regioportals.nl/pzc/pdf/De%20Walcheren%201689.pdf ''De Walcheren 1689'']</ref> In 1666, tijdens de [[Vierdaagse Zeeslag]], zag hij in de eerste nacht hoe zijn vader doormiddengeschoten werd door het laatste schot van de ontsnappende ''Henry''. Hij deed als kapitein van een eigen schip mee aan de [[Tweedaagse Zeeslag]] waarin zijn oom sneuvelde.
 
In [[1672]] sloeg hij in de aanloop van de [[Derde Engels-Nederlandse Oorlog]] een verraderlijke Engelse aanval op de [[Smyrnavloot]] af. In de [[Slag bij Solebay]] vocht hij op de [[Zwanenburg (schip)|Zwanenburg]] (44 kanonnen). In 1673 heroverde hij [[Nieuw-Nederland]] als viceadmiraal bij de [[West-Indische Compagnie|WIC]], met als vlaggenschip nog steeds de ''Swaenenburgh''. Eigenlijk was dit onbedoeld: zijn oorspronkelijke opdracht was om met zes schepen per verrassing [[Sint-Helena (eiland)|Sint-Helena]] te veroveren om aldaar zo veel mogelijk nietsvermoedende Engelse Indiëvaarders te onderscheppen. Na zijn vertrek in december 1672 werd hij echter opgehouden door gevechten bij de archipel [[Kaapverdië]] waarna bleek dat de [[Vereenigde Oostindische Compagnie|VOC]] Sint Helena al genomen had. Een alternatief aangegeven doel was [[Cayenne (stad)|Cayenne]] maar Evertsen vond zijn vloot daarvoor bij nader inzien te zwak. Hij sloot zich aan bij een vloot van de [[Admiraliteit van Amsterdam|Amsterdamse Admiraliteit]], tastte de kust van [[Virginia (staat)|Virginia]] met succes aan en verscheen in augustus 1673 met een vloot van 21 schepen voor [[New York City|New York]] dat zich overgaf en door hem tot Nieuw Oranje herdoopt werd. De oceaan weer overstekend naar [[Cádiz (stad)|Cádiz]] werd hij daar door de Britten tot een scheepsduel uitgedaagd wat het Nederlandse kampioensschip verloor. Bij terugkeer in Zeeland in juli 1674 werd hij er door de [[Staten van Zeeland]] van beschuldigd zich niet aan de orders te hebben gehouden: men was niet zo blij met het herwonnen bezit en Evertsen had natuurlijk nooit de prijsgelden met de Hollanders mogen delen. Pas in januari 1675 werd hij bij de marine een [[vlagofficier]]: [[schout-bij-nacht]].
 
In 1677 had hij het bevel over de blokkadevloot tegen de [[Duinkerker Kapers]], die nu in Franse dienst waren. Op 20 september 1679 werd hij viceadmiraal als opvolger van zijn neef Cornelis de Jonge; op 1 april 1684 luitenant-admiraal en bevelhebber van 's Lands Vloot als opvolger van [[Cornelis Tromp]]. Hij was eskadercommandant van de voorhoede bij de vloot waarmee [[Willem III van Oranje]] in 1688 de Britse Eilanden binnenviel tijdens de ''[[Glorious Revolution]]''. Toen die koning van Engeland geworden was, stuurde hij Engels-Nederlandse vloten tegen Frankrijk uit, altijd onder Brits bevel. Zo was Evertsen commandant van de voorhoede van de geallieerde vloot in de [[Slag bij Beachy Head|Slag bij Bevesier]]. Hij kwam toen in het nauw doordat de Britten erop stonden met de grotere Franse vloot een linieslag aan te gaan. Het Nederlandse eskader raakte omsloten en wist zich slechts door een truc te redden: Evertsen ging met volle zeilen stiekem voor anker zodat de Fransen wegdreven in de getijdestroom.
 
Op 27 november 1689 keerde de ''Walcheren'' onder bevel van Evertsen terug uit Engeland. Aan de kade in Vlissingen stonden ca. zesduizend mensen toe te kijken hoe de vloot terugkeerde. Het schip voer vol zeil zeer dicht onder de kust en raakte daarbij een pier van de haveningang, waarna het vrijwel onmiddellijk zonk, tot ontzetting van de toeschouwers. Hierbij verdronken tussen de 20 en 40 opvarenden.<br />
Het jaar daarop werd Evertsen als bevelhebber feitelijk weer vervangen door Cornelis Tromp, die echter al snel stierf en opgevolgd werd door [[Philips van Almonde]]. Evertsen kreeg een functie aan de wal en liet een landhuis bouwen: ''[[Zeerust]]''.
 
Evertsen is nooit getrouwd geweest en had een zeer goede relatie met stadhouder Willem III. Marinehistoricus [[Gerben Graddes Hellinga]] heeft het vermoeden geuit dat de admiraal één van de minnaars van Willem III was.{{feitBron?||2013|08|24}} Evertsen werd na zijn dood in 1706 opgevolgd door zijn jongste broer [[Geleyn Evertsen]]. Hij ligt begraven in [[Middelburg (Zeeland)|Middelburg]]. Bij zijn testament vermaakte hij een belangrijk deel van de erfboedel aan een verder totaal onbekende man.{{feitBron?||2013|08|24}}
 
{{Appendix}}
 
{{Link portaal|Marine}}
 
{{Appendix}}
 
{{DEFAULTSORT:Evertsen, Cornelis 3}}