Huisbezoek: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Linkfix ivm sjabloonnaamgeving / parameterfix
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 10:
Overheidsinstellingen gebruiken het huisbezoek daarentegen als onderzoeksmiddel voor het voortgezette) recht van de bezochte op uitkeringen en pensioenen of voorzieningen en hebben- hoewel de overheid graag schermt met de stelling dat men ook wel op situaties stuit waarbij de bezochte ten onrechte geen gebruik maakt van bepaalde voorzieningen en dan op de mogelijkheid daartoe wordt gewezen - niet zozeer, althans niet primair, het welzijn van de bezochte op het oog als wel de vaststelling en beoordeling van de rechtmatigheid van de genoten uitkering of voorziening en/of de opsporing van onrechtmatige uitkeringen.
 
==Het bestuursrechtelijkeBestuursrechtelijk huisbezoek, controle==
Het is de bedoeling dat de bezoeker daadwerkelijk binnengaat en dat het niet bij een bezoekje aan de deur blijft. De bezoeker zal tijdens dit bezoek een gesprek met de betrokkene hebben en in de regel een onderzoek in de woning verrichten waarbij ook inzage wordt gevraagd in kasten, kamers, en vergaande vragen over het privé-leven - onder meer of er sprake is van een intieme of affectieve relatie c.q. samenwoning, bezoekfrequentie door en aan anderen - aan de bezochte worden gesteld.
 
Regel 16:
Een huisbezoek wordt afgelegd ter controle van het recht op de uitkering of het pensioen of vanwege een concrete aanwijzing van fraude. In beide gevallen is men niet verplicht de controleur binnen te laten, maar bij een huisbezoek bij concrete verdenking van fraude kan weigering gevolgen hebben voor de uitkering, terwijl men bij een gewoon verificatieonderzoek het huisbezoek zonder nadelige consequenties mag weigeren.<ref name="rechtspraak.nl">www.rechtspraak.nl (LJN:BA2410/BA2436)</ref>
 
==Het bestuursrechtelijkeBestuursrechtelijk huisbezoek, opsporing==
Ook in geval van een concrete aanwijzing van fraude wordt huisbezoek afgelegd. Hoewel de (hoogste) bestuursrechter in Nederland dit tot op heden toestaat, bestaat bij veel advocaten en rechtsgeleerden ernstige twijfel over de vraag of de bestuursrechters het wel bij het rechte eind hebben<ref>“Etikettenschwindel in het administratief sanctierecht?” Nederlands Juristenblad afl. 25, 22 juni 2001, pag. 1157 -1162.</ref>.
Zo heeft Advocaat-Generaal van de Hoge Raad Prof. mr. G. Knigge heeft gesteld dat de onverminderde voortzetting van de informatie- en medewerkingsplicht in geval van concrete verdenking van fraude riekt naar misbruik van administratiefrechtelijke bevoegdheden ten faveure van (strafrechtelijke) vervolging en sanctionering.
Regel 23:
Doordat het dossier van het bestuursorgaan in geval van fraude wordt doorgespeeld aan het Openbaar Ministerie, wordt de van fraude verdachte burger echter ook deze bescherming onthouden binnen het strafrecht. De Amsterdamse strafrechter heeft - tot op heden als enige in Nederland - hier een stokje voor gestoken door in strijd met verdrags- en grondrechten verkregen bewijsmateriaal in de bestuurlijke voorfase uit te sluiten in het strafproces.<ref>www.rechtspraak.nl (LJN:BH2808/BI3800)</ref>
 
== Het wetsvoorstelWetsvoorstel huisbezoeken in de sociale zekerheid ==
In Nederland is aanhangig in de Eerste Kamer de wet ''Een regeling in de sociale zekerheid van de rechtsgevolgen van het niet aantonen van de leefsituatie na het aanbod van een huisbezoek''. Het gaat om vaststelling van de leefsituatie van cliënten die een [[Sociale zekerheid (Nederland)|sociale uitkering of voorziening]] ontvangen of aanvragen waarbij de leefsituatie van belang is. Onder leefsituatie wordt zowel de woonsituatie (woont betrokkene feitelijk op het aangegeven adres; is sprake van een zelfstandige woonruimte) als de leefvorm (alleenstaand of gehuwd/gezamenlijke huishouding voerend) verstaan.