Duivelsverzen: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Linkfix ivm sjabloonnaamgeving / parameterfix
Regel 30:
 
== De overlevering ==
De overlevering over de duivelsverzen wordt zowel vermeld door [[Ibn Ishaaq]] in zijn biografie over Mohammed als [[profeet]], alsalthans doorin de versie van [[Tabari]] in zijn commentaargeschiedwerk op(''at-Tãrīkh'', i, 1192–95) als in het korancommentaar van de Koranlaatstgenoemde (bij vers 22:52):
:Toen de Profeet zag dat het volk van Mekka hem de rug toekeerde en zijn van God ontvangen boodschap hen koud liet, verlangde de profeet naar een boodschap van God, waardoor hij zich kon verzoenen met de Mekkanen. Hij hoopte dat de hindernis die tussen hem en de Mekkanen stond zo kon worden weggenomen. Daarop daalde Soera De Ster neder. Nadat hem de ayat ''Hoe ziet gij al-Laat en al-'Uzza en Manaat, de derde, de andere?'' had bereikt, legde Satan op de tong van Mohammed: ''Dit zijn de hoogverheven 'gharânîqu' en men mag op hun voorspraak hopen''.