Isostasie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Luckas-bot (overleg | bijdragen)
k r2.7.1) (robot Erbij: hi:भू-संतुलन
k Linkfix ivm sjabloonnaamgeving / parameterfix
Regel 2:
 
[[Bestand:Iceberg.jpg|thumb|160px|right|Een ijsberg drijft in water, waarbij een aanzienlijk deel van de ijsberg zich onder het wateroppervlak bevindt. Op dezelfde manier "drijft" in de Aarde de [[lithosfeer]] op de [[asthenosfeer]].]]
 
== Algemeen ==
{{zieookZie ook|Voor meer achtergrondinformatie, zie [[principe van Archimedes]].}}
Een voorbeeld van isostasie is een drijvende ijsberg in de zee. Een gedeelte van de ijsberg zal zich onder water bevinden. Zowel de hoogte die het drijvende voorwerp (de ijsberg) heeft (ten opzichte van een willekeurig referentieniveau), als de diepte waartoe het object in de vloeistof doordringt hangen af van de volgende factoren:
 
Regel 17 ⟶ 18:
 
== Toepassing in de geologie en geofysica ==
In de [[geologie]] en [[geofysica]] wordt isostasie gebruikt om hoogteverschillen op de aarde natuurkundig te verklaren. Waarom ligt een gebergte hoger dan een vlakte? Men neemt hiervoor aan dat de [[lithosfeer]] en de [[asthenosfeer]] (het bovenste deel van de [[aardmantel]]) in isostatisch evenwicht zijn. De ([[plastische deformatie|plastisch deformerende]]) asthenosfeer wordt gezien als een vloeistof, waar de lithosfeer op drijft. Onder een [[gebergte]] zal een zogenaamde [[gebergtewortel]] de mantel insteken, omdat de korst hier dikker (en daarmee zwaarder) is dan op andere plaatsen. De hoogte van een gebergte en de diepte van de gebergtewortel hangen nu af van:
 
* de dichtheden van de asthenosfeer en de plaat, en
* de dikte van de plaat.
 
Regel 30 ⟶ 31:
 
* Airy isostasie (genoemd naar [[George Biddell Airy|George Airy]]), waarbij wordt aangenomen dat verschillen in topografische hoogte worden veroorzaakt door verschillen in dikte van de lithosfeer.
* Pratt isostasie (genoemd naar [[John Henry Pratt]]), waarbij wordt aangenomen dat verschillende hoogtes veroorzaakt worden door verschillen in dichtheid in de lithosfeer (zwaardere lithosfeer zal dieper zinken, daarom ligt de oceaanbodem lager dan de continenten: zie [[oceanische korst]] en [[continentale korst]]).
 
=== Effect van afzetting en erosie ===
Regel 37 ⟶ 38:
 
=== Effect van platentektoniek ===
{{zieZie ook|Voor meer informatie zie het artikel over [[platentektoniek]].}}
Als continenten op elkaar botsen, zal aan de rand waarmee ze tegen elkaar aan komen korstverdikking optreden. Als dit gebeurt kan een groot gedeelte van de verdikking in de gebergtewortel gaan zitten in plaats van in de hoogte van het nieuwe gebergte. Het idee dat het botsen van continenten tot gebergtes leidt, is daarom een simplificatie, eigenlijk kan beter van korstverdikking worden gesproken, waarbij het bovenste gedeelte van de dikkere korst het gebergte vormt.
 
Regel 48 ⟶ 49:
 
=== Effect van ijstijden ===
{{zieookZie ook|Zie voor meer informatie het artikel [[postglaciale opheffing]].}}
''Glacio-isostasie'' is de druk van [[landijs]] op de aardkorst waardoor deze verzakt. Bij het afsmelten valt de druk weg en zal de lithosfeer omhoog komen. Tijdens de [[ijstijd]]en waren [[Scandinavië]] en [[Canada]] bedekt met ongeveer 3-4 km dikke ijsmassa's. Onder het gewicht van deze ijskappen, zakte de aardkorst 200-250m omlaag. Na het afsmelten van het landijs, zo'n 12.000-10.000 jaar geleden, trad er een zogenaamde [[postglaciale opheffing]] op. Het gebied kwam weer omhoog. Dit is onder andere nog goed terug te zien bij de [[Hoge Kust]] in Noord-Zweden.
 
In Nederland daarentegen zakte de bodem als compensatie voor de stijging in Scandinavië. Dit effect treedt vooral in Noord-Nederland, Noord-Duitsland en Polen op. De daling in Noord-Nederland bedraagt ongeveer 2 cm over de laatste 100 jaar. In Zuid-Nederland en België is het effect nauwelijks meer meetbaar.