Resolutie 2114 Veiligheidsraad Verenigde Naties

resolutie van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties

Resolutie 2114 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd op 30 juli 2013 met dertien stemmen voor en twee onthoudingen aangenomen door de VN-Veiligheidsraad en verlengde de vredesmacht in Cyprus opnieuw met een half jaar.

Resolutie 2114
Van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties
Datum 30 juli 2013
Nr. vergadering 7014
Code S/RES/2114
Stemming
voor
13
onth.
2
tegen
0
Onderwerp Conflict in Cyprus
Beslissing Verlengde de UNFICYP-vredesmacht met 6 maanden.
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 2013
Permanente leden
Niet-permanente leden
Het landschap nabij Trodos, in het westen van Cyprus, in september 2012.

Azerbeidzjan, dat zich net als bij de vorige verlenging had onthouden, stelde dat de tekst niet overeenstemde met de actuele situatie in Cyprus en geen nadruk legde op een akkoord over een resultaatgericht vredesproces.

Ook Pakistan had zich onthouden. Het land vond dat verwijzigen naar gezamenlijke verklaringen van de Griekse- en Turkse zijdes die vorige keer wel waren opgenomen ontbraken, maar stond verder wel achter de resolutie.[1]

Achtergrond bewerken

Nadat in 1964 geweld was uitgebroken tussen de Griekse en Turkse bevolkingsgroep op Cyprus stationeerden de VN de UNFICYP-vredesmacht op het eiland. Die macht wordt sindsdien om het half jaar verlengd. In 1974 bezette Turkije het noorden van Cyprus na een Griekse poging tot staatsgreep. In 1983 werd dat noordelijke deel met Turkse steun van Cyprus afgescheurd. Midden 1990 begon het toetredingsproces van (Grieks-)Cyprus tot de Europese Unie maar de EU erkent de Turkse Republiek Noord-Cyprus niet. In 2008 werd overeengekomen een federale overheid met één internationale identiteit op te richten, naast twee gelijkwaardige deelstaten.

Inhoud bewerken

Waarnemingen bewerken

De Cypriotische overheid was het eens om UNFICYP langer in Cyprus te houden. Men was nog steeds tevreden over de vooruitgang van de onderhandelingen. Volgens de secretaris-generaal was de toestand langsheen de Groene Lijn nog altijd stabiel. Beide partijen blokkeerden echter nog steeds de ontmijning in de bufferzone.

Handelingen bewerken

De onderhandelingen gingen wel vooruit, maar onvoldoende, en ze hadden nog geen oplossing voortgebracht. De leiders van beide partijen moesten overeenstemming bereiken over de kernproblemen, het dagelijks leven van de bevolking verbeteren, de onderhandelingssfeer verbeteren en de maatschappelijke deelname aan het (vredes)proces vergroten. Opnieuw werd gevraagd om maatregelen te nemen om het wederzijds vertrouwen te vergroten.

Het mandaat van UNFICYP werd verlengd tot 31 januari 2014. De Turkse zijde werd nog eens gevraagd het militaire status quo in Strovilia te herstellen.

Verwante resoluties bewerken