Nicolaus Josephus Potdevin
Nicolaus Josephus Potdevin (gedoopt: Amsterdam, 13 augustus 1798 - aldaar, 18 januari 1866) was een Nederlands hoornist.[1]
Nicolaus Josephus Potdevin | ||||
---|---|---|---|---|
Geboren | 1798 (gedoopt) | |||
Overleden | 18 januari 1866 | |||
Beroep(en) | hoornist, kapelmeester | |||
|
![](http://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/thumb/7/75/Schultsz%2C_Johan_Christoffel_%281749-1812%29%2C_Afb_010094005579.jpg/260px-Schultsz%2C_Johan_Christoffel_%281749-1812%29%2C_Afb_010094005579.jpg)
Hij was zoon van de Hagenees Nicolaus Josephus Potdevin (circa 1776-1842), zoon van een violist, was ook hoornist. Moeder Maria Christine Wusten was zus van Josephus Wusten, van kinds af aan hoornist, maar op latere leeftijd paukenist. Zij lieten hem dopen in De Duif. Broer Franciscus Potdevin was paukenist. N.J. Potdevin trouwde met Christina Dirksen. Hij overleed in zijn woning aan het Amstelveld aan een beroerte. Hun dochter Christina Potdevin, getrouwd met mededirecteur van de Hollandsche Schouwburg Cornelis Johannes Roobol, was hun enige kind, die na hun overlijden nog in leven was. Zoon Nicolaas (1819-1840) werd eveneens hoornist maar stierf op jonge leeftijd.
Hij was van huis uit hoornist en net als zijn vader lid van de orkesten van de Stadsschouwburg en Felix Meritis. Hij trok echter ook als solist en kamermusicus het land door. Hij was tevens leraar aan de stedelijke muziekschool Amsterdam en kapelmeester van de schutterij van Amsterdam. Op 27 oktober 1864 vierde hij zijn 50-jarig jubileum als lid van het schouwburgorkest. Hij werd toen al jaren geplaagd door faalangst; Caecilia noemde zijn toon in zijn necrologie "betoverend".
In maart/april 1860 werd hij benoemd tot ridder in de Orde van de Eikenkroon. Zijn klank reikte ver, de Muzieklexicon van Kruseman noemde hem nog hoornvirtuoos.
- Henri Viotta, Lexicon der Toonkunst, deel III, 1883, pagina 164
- Eduard A. Melchior: Woordenboek der toonkunst 1890, pagina 533
- Geïllustreerd muzieklexicon, onder redactie van Mr. G. Keller en Philip Kruseman, medewerking van Sem Dresden, Wouter Hutschenruijter (1859-1943), Willem Landré, Alexander Voormolen en Henri Zagwijn; uitgegeven in 1932/1949 bij J. Philips Kruseman, Den Haag; pagina 580 meldt overlijdensjaar 1860
- Familiebericht. Algemeen Handelsblad (22 januari 1866). Geraadpleegd op 28 augustus 2021 – via Delpher.
- Necrologie. Caecilia (15 april 1866). Geraadpleegd op 28 augustus 2021 – via Delpher.
- ↑ Ook de naamvariant Nicolaas Joseph Potdevin komt voor.