Isabella van Polen

echtgenote van Hongaarse koning Johan Zápolya

Isabella van Polen (Krakau, 18 januari 1519 - Alba Iulia, 15 september 1559) was de echtgenote van Hongaarse koning Johan Zápolya. Na diens dood maakte zij zich hard voor de claim op het koningschap van haar zoon Johan II Sigismund Zápolya.

Isabella van Polen
1519 - 1559
Isabella van Polen, geschilderd door Lucas Cranach de Jongere omstreeks 1565
Koningin van Hongarije
Periode 1539 - 1540
Voorganger Maria van Habsburg
Opvolger Maria van Spanje
Vader Sigismund I van Polen
Moeder Bona Sforza
Dynastie Huis Jagiello

Biografie bewerken

Vroege jaren bewerken

Isabella van Polen werd geboren als eerste kind van koning Sigismund I van Polen en Bona Sforza. Ze groeide voornamelijk op in het kasteel van Wawel. Isabella verkreeg een goede opleiding en leerde spreken en schrijven in het Pools, Latijn, Duits en Italiaans. Al kort na haar geboorte werden de eerste opties besproken voor een toekomstig huwelijk van Isabella met een zoon van Frans I van Frankrijk, maar nadat hij gevangen werd genomen in de slag bij Pavia kon er geen sprake meer zijn van een bondgenootschap tussen Frankrijk en Polen.[1]

Vervolgens was er sprake van verschillende Italiaanse huwelijkskandidaten, waaronder Federico II Gonzaga. Rond 1531 ontstond het plan om Isabella uit te huwelijken aan Johan Zápolya, de koning van het oostelijk deel van Hongarije, het Oost-Hongaarse koninkrijk. Uiteindelijk werd pas op 26 januari 1539 de verloving tussen de twee kenbaar gemaakt. Isabella ontmoette haar echtgenoot pas op 22 februari in Székesfehérvár. De volgende dag vond de huwelijksceremonie plaats en werd ze gekroond tot koningin van Hongarije. De 52 jaar oude echtgenoot van Isabella was echter al vrij ziek, zo had hij onder meer last van jicht. Toch raakte ze zwanger van hem, maar op 22 juli 1540 overleed Johan Zápolya aan een hersenbloeding.[2]

Regentschap bewerken

 
Suleiman ontvangt Isabella en haar zoon Johan Sigismund

Volgens het Verdrag van Nagyvárad zou Johan Zápolya opgevolgd moeten worden door aartshertog Ferdinand van Oostenrijk, maar de Hongaarse edelen weigerden dit en riepen de nog jonge Johan II Sigismund Zápolya tot hun nieuwe koning uit. Isabella zou als regent voor haar zoon optreden. Hierop brak er oorlog uit tussen Oostenrijk en Hongarije waarbij Ferdinand diverse malen de stad Boeda belegerde. Bij het tweede beleg werd de belegering verbroken door sultan Suleyman I. Hij nam vervolgens een groot deel van oostelijk Hongarije in en slechts Transsylvanië bleef het eigendom van Johan II en zijn moeder Isabella.[3] Ook erkende Hongarije dat zij een vazalstaat van het Ottomaanse Rijk werden.[4]

In 1541 vertrok Isabella uit Boeda en nam ze haar intrek in Lipova en uiteindelijk in Alba Iulia. Vervolgens maakte ze een start met de herbouw van het voormalige bisschoppelijke paleis in renaissancestijl naar het voorbeeld van het kasteel van Wawel en het koninklijk paleis in Boeda.[5] Ze tekende in 1541 een verdrag met aartshertog Ferdinand waarbij ze Transsylvanië zou opgeven, maar Ferdinand kon deze gebieden niet verdedigen. In 1549 werden nieuwe onderhandelingen gevoerd tussen Hongarije en het keizerrijk, waarbij Ferdinand zijn steun aan Hongarije uitsprak om het te verdedigen tegen de Ottomanen. Tevens werd in het verdrag geregeld dat Johan II mettertijd zou trouwen met een dochter van Ferdinand.

Laatste jaren bewerken

In het verdrag van Weissenburg deed Isabella in 1551 formeel afstand van Transsylvanië en in augustus gaf ze ook de Stefanskroon weg. Tegelijk werd de verloving van Johan Sigismund met de vierjarige Johanna van Oostenrijk gesloten. In september 1551 vertrok ze uit Transsylvanië. Ze verbleef de komende vijf jaar bij haar familie in Polen. Haar broer gaf haar de plaatsen Krzepice en Sanok om haar van een inkomen te voorzien.[6]

De situatie in Hongarije bleef instabiel. Toen haar moeder in 1556 terugkeerde naar Italië, vertrok ook Isabella weer uit Polen. Ze verbleef die zomer in Lviv en vergezeld door Ottomaanse troepen kwam ze in oktober in Cluj aan. Een maand later verkreeg ze van het Transsylvaanse Dieet het regentschap voor vijf jaar, tot haar zoon 21 werd. Isabella introduceerde de eerste wetten in Transsylvanië voor religieuze tolerantie.[7] In 1558 werd een coup tegen haar gepleegd, maar die mislukte. Ze overleed in september 1559 na een lang ziekbed en werd begraven in de kathedraal van Alba Iulia.

Referenties bewerken

  1. Małgorzata Duczmal (2012): Jogailaičiai. Vertaald door Birutė Mikalonienė en Vyturys Jarutis. Vilnius, Mokslo ir enciklopedijų leidybos centrasm, blz. 206.
  2. Małgorzata Duczmal (2012), blz. 209.
  3. Stephen Turnbull (2003): The Ottoman Empire 1326-1699, Osprey Publishing, blz. 52.
  4. Teréz Oborni: "Between Vienna and Constantinople: Notes on the Legal Status of the Principality of Transylvania". In: Kármán, Gábor; Kunčević, Lovro. The European Tributary States of the Ottoman Empire in the Sixteenth and Seventeenth Centuries, blz. 74.
  5. Dora Wiebenson e.a. (1998): The Architecture of Historic Hungary. MIT Press, blz. 79.
  6. Małgorzata Duczmal (2012), blz. 213.
  7. Roland Bainton (1977): Women of the Reformation: From Spain to Scandinavia, Minneapolis: Augsburg Publishing House, blz. 226.