Hendrik van Nassau-Saarbrücken
Hendrik van Nassau-Saarbrücken, volledige voornamen Hendrik Lodewijk Karel Albrecht, (Saarbrücken, 9 maart 1768[1] - Cadolzburg, 27 april 1797)[2] was erfprins van Nassau-Saarbrücken. Na het overlijden van zijn vader werd hij de jure vorst, maar hij werd door de Franse bezetting van Nassau-Saarbrücken geen regerend vorst. Met hem stierf het Huis Nassau-Saarbrücken uit. Hij stamde uit de Walramse Linie van het Huis Nassau.
Hendrik | ||
---|---|---|
Hendrik van Nassau-Saarbrücken
| ||
Vorst van Nassau-Saarbrücken (de jure) | ||
Regeerperiode | 1794-1797 | |
Voorganger | Lodewijk | |
Opvolger | Karel Willem | |
Militaire informatie | ||
Rang | Luitenant van de infanterie 1773 Kolonel van de cavalerie 1793 | |
Huis | Nassau-Saarbrücken | |
Vader | Lodewijk van Nassau-Saarbrücken | |
Moeder | Wilhelmina Sophia Eleonora van Schwarzburg-Rudolstadt | |
Geboren | 9 maart 1768 Saarbrücken | |
Gestorven | 27 april 1797 Cadolzburg | |
Begraven | 5 mei 1797 Crypte, Gottesackerkapelle, Cadolzburg 27 november 1976 Slot Halberg, Saarbrücken | |
Partner | Anne Françoise Maximilienne de Saint-Mauris de Montbarrey | |
Religie | Calvinistisch | |
Het wapen van de Walramse Linie sinds 1660 |
Biografie
bewerkenHendrik was het enige kind van vorst Lodewijk van Nassau-Saarbrücken en Wilhelmina Sophia Eleonora van Schwarzburg-Rudolstadt,[3][4][5] dochter van vorst Johan Frederik van Schwarzburg-Rudolstadt en Bernhardina van Saksen-Weimar.[5] Het huwelijk tussen Lodewijk en Wilhelmina was ongelukkig, zodat Wilhelmina zich terugtrok in Slot Halberg en daar hun zoon grootbracht.
Hendrik werd in 1773 luitenant in het regiment Nassau-Infanterie. Hij studeerde eerst aan de Universiteit van Straatsburg en daarna van 1782 tot 1785 natuurkunde aan de Universiteit van Göttingen. Daarna maakte hij reizen: in 1786 was hij in Berlijn en in het voorjaar van 1787 in Italië.
Op 14 mei 1793 moest Hendrik voor de Fransen uit Slot Neunkirchen vluchten en trad hij in Pruisische militaire dienst. Hij keerde in de herfst van 1793 met Pruisische troepen terug in Saarbrücken. Hij moest in oktober 1793 toezien hoe Slot Saarbrücken in vlammen opging. Op 14 november 1793 werd hij kolonel van de Pruisische cavalerie. In 1794 stierf zijn vader en hij erfde de vorstelijke waardigheid. Koning Frederik Willem II van Pruisen verleende Hendrik asiel op Slot Cadolzburg bij Ansbach. Reeds in 1797 stierf Hendrik na een val van een paard. Zijn rechten op Saarbrücken vielen toe aan vorst Karel Willem van Nassau-Usingen.
In zijn testament had Hendrik, in herinnering aan zijn jeugd, de Saarbrücker Halberg als de plaats van zijn laatste rustplaats aangewezen. Het door graaf Lodewijk Crato van Nassau-Saarbrücken gebouwde (barokke) Slot Monplaisir lag echter als gevolg van de verwoestingen in de Eerste Coalitieoorlog in puin, bovendien hield het revolutionaire Frankrijk het grondgebied nog steeds bezet. Daarom werd het lijk van Hendrik in Cadolzburg begraven. Pas in 1976 maakte het initiatief Freundeskreis Erbprinz Heinrich de overdracht en herbegrafenis van zijn gebeente op de Halberg mogelijk. Een obelisk aan het einde van de toegangsweg naar het huidige (historicistische) Slot Halberg markeert de plek.
-
Slot Saarbrücken in 1760
-
Slot Halberg in 1900
Huwelijk
bewerkenHendrik huwde te Saarbrücken op 6 oktober 1779 (protestant) en te Reichshoffen op 9 oktober 1779 (katholiek)[6] met Anne Françoise Maximilienne de Saint-Mauris de Montbarrey[7] (Parijs, 2 november 1759[8] - Maisons-Alfort, 2 februari 1838),[9] dochter van Alexandre Eleonor de Saint-Mauris, prins van Montbarrey en Françoise Parfaite Thaïs de Mailly.[3][4] Het huwelijk bleef kinderloos.
Externe link
bewerken- Dit artikel of een eerdere versie ervan is een (gedeeltelijke) vertaling van het artikel Heinrich Ludwig (Nassau-Saarbrücken) op de Duitstalige Wikipedia, dat onder de licentie Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen valt. Zie de bewerkingsgeschiedenis aldaar.
- Frank Becker, Zeittafel zur Geschichte des Saarbrücker Schlosses in: Gerhard Bungert & Charly Lehnert (Hg.), Das Saarbrücker Schloss. Zur Geschichte und Gegenwart, Lehnert Verlag, Saarbrücken, 1989, ISBN 3-926320-15-X.
- Wolfgang Behringer & Gabriele Clemens, Geschichte des Saarlandes, München, 2009.
- dr. A.W.E. Dek, Genealogie van het Vorstenhuis Nassau, Europese Bibliotheek, Zaltbommel, 1970.
- Frank Baron Freytag von Loringhoven, Stammtafeln zur Geschichte der europäischen Staaten, Marburg, 1956-1970.
- Michel Huberty, Alain Giraud, F. & B. Magdelaine, l’Allemagne Dynastique. Tome III Brunswick-Nassau-Schwarzbourg, Alain Giraud, Le Perreux, 1981.
- Friederich Köllner, Geschichte des vormaligen Nassau-Saarbrückischen Landes und seiner Regenten, Saarbrücken, 1841.
- Franz-Josef Reichert, Katharina Kest genannt “Gänsegretel” in: Gerhard Bungert & Charly Lehnert (Hg.), Das Saarbrücker Schloss. Zur Geschichte und Gegenwart, Saarbrücken, 1989.
- Albert Ruppersberg, Geschichte der Grafschaft Saarbrücken. Band 2, 2e druk, Saarbrücken, 1910 (herdruk, St. Ingbert, 1979).
- Detlev Schwennicke, Europäische Stammtafeln. Stammtafeln zur Geschichte europäischen Staaten. Neue Folge, Marburg 1978-1982.
- dr. Christian Spielmann, Geschichte von Nassau, Wiesbaden/Montabaur, 1909-1926 (3 delen).
- Hermann Usener Kipstein, Gänse Gretel - Das Leben der Fürstin Katharina von Nassau-Saarbrücken, Saarbrücken, 1937.
- J.M. van der Venne en Alexander A.M. Stols, Geslachts-Register van het Vorstenhuis Nassau, Maastricht, 1937.
- A.A. Vorsterman van Oyen, Het vorstenhuis Oranje-Nassau. Van de vroegste tijden tot heden, A.W. Sijthoff en J.L. Beijers, Leiden en Utrecht, 1882.
- Medieval Lands - Nassau.
Voetnoten
- ↑ Huberty et al. (1981), die in een voetnoot vermeldt: “Zie Köllner (1841); de datum (en waarschijnlijk de plaats) worden bevestigd door een kennisgeving van de geboorte in het Staatsarchiv te Wiesbaden (130II 7727) d.d. 11-3-1768: ‘am 9ten dieses … bei Taufe Heinrich Ludwig Karl Albrecht genannt’.” Medieval Lands - Nassau vermeldt ook Saarbrücken 9 maart 1768. Becker (1989), Reichert (1989), Dek (1970), Van der Venne & Stols (1937) en Schwennicke vermelden allen 9 maart 1768. Gearchiveerd op 23 juli 2023.
- ↑ Huberty et al. (1981), die in een voetnoot vermeldt: “Zie Mitteilungen des historischen Vereins für die Saargegend Band VII, 1900, gepubliceerd door A. Krohn, p. 344, brief van de vorst van Solms geadresseerd aan de vorst van Usingen om het overlijden van de erfprins te melden, dat plaats vond te Cadolzburg op 27-4-1797, om tien uur 's ochtends. Zie kennisgeving in het Staatsarchiv te Marburg (4f., Nassau-Usingen, 27) d.d. Rumpenheim 2-5-1797 en kennisgeving in het Staatsarchiv te Wiesbaden (130II 2352) d.d. Wiesbaden 4-5-1797: de twee kennisgevingen specificeren dat het overlijden plaats vond: ‘am 27ten nächtsverwichenen Monaths zu Cadolzburg in Franken, allwo derselbe durch die französische Invasion von Land und Leute vertrieben sich bisher aufgehalten hatte, an den Folgen eines unglücklichen Sturzes vom Pferd in dem kaum angetriebenen 30ten Jahr seines Alters …’. Het overlijden vond plaats te Cadolzburg, bij Ansbach, op 27-4-1797 volgens Algemeines genealogisches und Staatshandbuch 1811 en Vorsterman van Oyen (1882). Spielmann geeft 27-4-1797, Schwennicke 27-4-1799, Dek (1970) zegt overleden te Radolzburg (sic) op 27-4-1799. Köllner (1841) citeert de Bayreuther Zeitung van 28-4-1797, die zegt dat de prins stierf op de 27e in Kloster Heilsbronn, de voormalige begraafplaats van de markgraven van Brandenburg-Ansbach, in de buurt van Ansbach. We zouden kunnen denken dat de begrafenis van de prins van Nassau plaatsvond in deze crypte. Maar Mitteilungen des historischen Vereins für die Saargegend Band VII, 1900, gepubliceerd door A. Krohn, p. 346, zegt dat de begrafenis plaatsvond op 5-5, in de kerk van Cadolzburg. Hij citeert precies de Bayreuther Zeitung met het hierboven vermelde verhaal van de dood van de prins gemeld door Köllner (1841). Nu lezen we dit: De prins viel van een paard in de buurt van het dorp Habersdorf. Na het behandelen van een wond aan het voorhoofd in een dorpshuis: ‘er setzte sich … wieder zu Pferde um nach Cadolzburg seinem Aufenthaltsorte, zu reiten. Er konnte diesen aber nicht erreichen, übelbefinden nöthigte ihn, plötzlich abzusteigen, u. gleich darauf versank er in Betäubung, ward so nach Cadolzburg gebracht, und endete in derselben am 27ten früh, aller ausgewendeten Hülfe, ohngeachtet sein Leben’.” Medieval Lands - Nassau vermeldt ook Cadolzburg 27 april 1797. Becker (1989) vermeldt 27 april 1799. Van der Venne & Stols (1937) vermeldt Cadolzburg 27 april 1799. Gearchiveerd op 23 juli 2023.
- ↑ a b Huberty et al. (1981).
- ↑ a b Medieval Lands - Nassau. Gearchiveerd op 23 juli 2023.
- ↑ a b Dek (1970).
- ↑ Huberty et al. (1981), die in een voetnoot vermeldt: “Het huwelijk vond plaats te Saarbrücken op 6-10-1779 volgens Köllner (1841), die toevoegt: ‘worauf die Prinzessin nach Paris zurückkehrte u. der Prinz nach Göttingen um seine Studien zu vollenden’. Deze datum (ook aangegeven door Potier de Courcy, Supplément à l'Histoire généalogique de la Maison Royale de France, des Pairs et Grands Officiers de la Couronne (Père Anselme), Parijs, 1873-1890) is de datum van het protestantse huwelijk (zie Usener Kipstein (1937), p. 26; Ruppersberg (1910), II, 324; register 4 van de protestantse parochie van Saarbrücken, p. 973, n° 16) dat, volgens mededeling van het Landesarchiv van Saarbrücken, feitelijk werd gevierd op 6-10-1779 in de Schlosskirche in deze stad. We lezen in de Memoires van de Prince de Montbarrey, Parijs, 1826/27, deel II, p. 369: ‘Le contrat de mariage … portait que ma fille et son futur éoux seraient incessamment mariés à Sarrebruck sous les deux communions, protestante et catholique …’, en p. 371: ‘Madame de Montbarrey se chargea de conduire sa fille à Sarrebruck … Le mariage se fit sous la forme des deux religions et tous les intéressés se séparèrent au bout de quelques jours’. Over de katholieke ceremonie schrijft Mitteilungen des historischen Vereins für die Saargegend Band VII, 1900, gepubliceerd door A. Krohn, in een noot op p. 234: ‘Nach dem Saarbrücken Repertorium fand die kath. Trauung am 9-10-1779 statt’. Van haar kant schrijft de barones van Oberkirch in haar Memoires, Mercure de France, 1970, die leuke details over deze gebeurtenis geeft, op p. 110-112: ‘Il se fit au mois d'octobre de cette année (1779) un mariage …’, zonder de plaats van het feest te vermelden, spreekt ze over de schitterende feesten die ze bij deze gelegenheid in het kasteel van Reichshoffen, in de buurt van Haguenau, heeft gegeven. Enfin, Ruppersberg (1910), II, 326 schrijft: ‘Am 9 Okt. fand die kath. Trauung im Schlosse des Herrn von Dietrich in Reichshofen’. De informatie van de barones en die van het Repertorium en Ruppersberg (1910) gaat inderdaad over de katholieke ceremonie die werd gevierd in de kerk van Reichshoffen. Zie het huwelijksregister van Reichshoffen: ‘hodie nona mensis octobris anni millesimi septuagentisimi noni … in Ecclesia parochiali civitas Reichshoffen hujus diocesis in Alsatia … Conjoncti fuerent Ser. Princeps Henricus … de Nassau … et … Maria Francisca Maximiliana Princeps de S. Mauris Montbaruy filia’. Algemeines genealogisches und Staatshandbuch 1811 verwart de gebeurtenissen door te zeggen dat het huwelijk plaatsvond op 6-10-1779, maar werd voltrokken (vollzogen) in Reichshoffen op 2-9-1785. Zoals we hebben gezien, is 6-10-1779 de datum van het protestantse huwelijk, Reichshoffen de plaats van het katholieke huwelijk. Het Landesarchiv van Saarland deelde ons mede: ‘Jedenfalls fand eine eigentliche Heirat mit neuen Feierlichkeiten weder in Jahre 1785 noch später statt’. Waar komt deze datum van 2-9-1785 (ook overgenomen door Schwennicke en H.R. Hiort-Lorenzen, Livre d'Or des Souverains, Parijs, 1895) vandaan? Misschien verwijst Algemeines genealogisches und Staatshandbuch 1811 naar dezelfde bron als Usener Kipstein (1937), wanneer deze, p. 33 schrijft: ‘Dem Vertrag gemass musste die eigentliche Heirat im J. 1785 stattfinden’. In feite was er in die tijd een ratificatie van het huwelijkscontract dat in 1779 werd gesloten. De Prins, in zijn Memoires (deel III, p. 80 e.v.), spreekt van een reis die hij naar Saarbrücken maakte, zonder de exacte datum te vermelden. Het lijkt erop dat het kort voor het hertrouwen van de regerende vorst met de gravin van Ottweiler was, dus vóór 1787; maar in ieder geval is er geen sprake van Reichshoffen, aangezien hij werd ontvangen op een bezitting van de regerende vorst van Nassau-Saarbrücken, terwijl Reichshoffen toebehoorde aan de heren van Dietrich. De prins schrijft: ‘Dès le lendemain, la ratification du mariage conclu en 1779 eut lieu avouc toutes les formalités’. Een overeenkomst bepaalde dat de laatste samenkomst en consumptie zou plaatsvinden in april 1789. De prins vertelt in zijn Memoires (deel III, p. 212): ‘Je partis le 20 avril 1789 avec Madame de Montbarey pour conduire ma fille à Chalons-sur-Marne; nous trouvâmes son époux arrivé au rendez-vous. La réunion s'opéra dès le même soir … et nous séparâmes le lendemain, le prince héréditaire pour retourner à Sarrebruck avec sa femme’. Köllner (1841), p. 489, geeft ten slotte aan dat de "Heimführung" plaatsvond op 1 mei. We hebben daarom de verklaring van Dek (1970) niet aanvaard, die ook beweert dat het huwelijk plaatsvond te Reichshoffen op 2-9-1785. De verklaring van de voorgaande feiten lijkt te bewijzen dat deze bewering niet overeenkomt met de werkelijkheid.” Medieval Lands - Nassau vermeldt Saarbrücken 6 oktober 1779 [Protestant ceremony] en Reichshoffen 9 oktober 1779 [Catholic ceremony]. Van der Venne & Stols (1937) vermeldt Reichshofen 2 september 1785. Schwennicke vermeldt 2 september 1789. Gearchiveerd op 23 juli 2023.
- ↑ Huberty et al. (1981): “Genealogische werken noemen haar Marie (Freytag von Loringhoven); Marie-Françoise (Dek (1970)); Marie-Françoise-Maximilienne (hofkalender voor het jaar 1790 en Potier de Courcy, Supplément à l'Histoire généalogique de la Maison Royale de France, des Pairs et Grands Officiers de la Couronne (Père Anselme), Parijs, 1873-1890), bevestigd door haar huwelijksakte. De doopakte en de aankondiging van het overlijden noemen haar echter Anna-Françoise-Maximilienne.”
- ↑ Huberty et al. (1981), die in een voetnoot vermeldt: “Haar doopakte (parochie Saint Sulpice) zegt dat ze werd geboren op 2-11-1759 (zie Le Comte de Chastellux, Notes prises aux Archives de l'Etat Civil de Paris, Parijs, 1875). Haar overlijdensakte zegt dat ze op 2-11-1759 in Parijs geboren is. Die datum is ook degene die we vonden bij Potier de Courcy, Supplément à l'Histoire généalogique de la Maison Royale de France, des Pairs et Grands Officiers de la Couronne (Père Anselme), Parijs, 1873-1890. Anderzijds vonden we 2-11-1761 in Dek (1970), Freytag von Loringhoven en de hofkalender voor het jaar 1790. Een concept kennisgeving van het overlijden in het Staatsarchiv te Wiesbaden (130II 1127) zegt dat ze overleed op de leeftijd van 77 jaar, wat onjuist is in het geval van een geboorte in november 1759, evenals voor een geboorte in november 1761. De Prins van Montbarrey vermeldt in zijn Memoires (Parijs, 1826, drie delen) de onderhandelingen die voorafgingen aan het huwelijk van zijn dochter, waarbij hij zei dat de laatste in 1761 werd geboren. Een slecht geheugen of een officiële leugen bedoeld om het leeftijdsverschil tussen de twee echtgenoten te verminderen (de erfprins werd geboren in 1768)?” Medieval Lands - Nassau vermeldt Parijs 2 november 1761. Dek (1970), Van der Venne & Stols (1937) en Schwennicke vermelden 2 november 1761. Gearchiveerd op 23 juli 2023.
- ↑ Huberty et al. (1981), die in een voetnoot vermeldt: “De concept kennisgeving (geciteerd in de voetnoot hiervoor) evenals Dek (1970) zegt overleden te Parijs. Anderzijds, Spielmann, p. 239 (bevestigd door de aankondiging van het overlijden in het Staatsarchiv te Wiesbaden (130II 1127)) schrijft: ‘Elle mourut au château de Maisons-sur-Seine, chez son cousin, de Duc d'Avaray’. En toch, deze tweede informatie is ook onjuist: het kasteel van Maisons-sur-Seine behoorde niet aan de hertog van Avaray: het is aan de bankier Laffitte dat de hertog van Montebello het door Mansart gebouwde kasteel heeft verkocht. Wat betreft de overlijdensaankondiging, vraagt men zich af waarom het overlijden aangekondigd wordt plaatsvindend in Maisons-sur-Seine: het is voldoende om de index van de 25.000 adressen te raadplegen om op te merken dat de prinses van Nassau in Maisons-Alfort woonde: het is inderdaad in de registers van de burgerlijke stand van deze gemeente dat men het overlijden vindt van ‘Dame Anne-Françoise-Maximilienne, Princesse de Montbarey, décédée à Maisons-Alfort, grande rue, n° 48, la veille (= 2-2-1838) à midi un quart … veuve de Henri-Louis de Nassau, prince héréditaire de Nassau …’.” Medieval Lands - Nassau vermeldt ook Maisons-Alfort 2 februari 1838. Dek (1970) vermeldt Parijs 2 februari 1838. Van der Venne & Stols (1937) en Schwennicke vermelden 2 februari 1838. Gearchiveerd op 23 juli 2023.