Geldolf van der Noot

Geldolf van der Noot (Brussel, 17 november 141414 september 1492) was een magistraat en kanselier van Brabant.

Hij behaalde een licentiaat in de rechten en werd onder Filips de Goede op 9 september 1451 de negende raadsheer in de Raad van Brabant. Twee jaar later werd hij geridderd.

Maria van Bourgondië benoemde hem op 26 maart 1477 tot raadsheer-rekwestmeester in de Grote Raad van Mechelen, maar na een drietal maanden stoomde hij al door naar het kanselierschap van Brabant. Deze aanstelling werd op 14 januari 1478 bevestigd door Maximiliaan van Oostenrijk.

Wegens ziekte nam Van der Noot op 12 oktober 1481 ontslag, maar hij bleef met hetzelfde loon in dienst als plaatsvervanger van de nieuwe kanselier Jan de la Bouverie. Uiteindelijk zou hij tot zijn dood op gevorderde leeftijd zetelen in de Raad van Brabant. Hij werd begraven in de Sint-Goedelekerk.

Familie

bewerken

Hij was een zoon van Wouter III van der Noot en diens tweede vrouw Jutte Collays. Hij trouwde in 1449 met Petronella Gomer uit Rijsel en had met haar drie kinderen, onder wie Peter († 1510) en Huibrecht († 1509), die allebei warandmeester werden.

Zijn kleinzoon Adolf en zijn achterneef Jeroom waren ook kanseliers.

Literatuur

bewerken
  • Henri Van der Linden, "Van der Noot (Geldolphe)", in: Biographie Nationale, vol. 26, 1936-1938, kol. 372
  • A.J.M. Kerckhoffs-de Heij, De Grote Raad en zijn functionarissen 1477-1531. Biografieën van raadsheren, 1980, p. 105
  • Paul De Win, "Noot, Geldolf van der", in: Nationaal Biografisch Woordenboek, vol. XI, 1985, kol. 558-564
  • Philippe Godding, Le Conseil de Brabant sous le règne de Philippe le Bon (1430-1467), 1999
  • Paul De Win, "De kanseliers van Brabant in de vijftiende eeuw, inzonderheid in de periode 1445-1509", in: Handelingen van de Koninklijke Kring voor Oudheidkunde, Letteren en Kunst van Mechelen, 2007, p. 69-192

Voetnoten

bewerken
Voorganger:
Jean l'Orfèvre
Kanselier van Brabant
1477-1481
Opvolger:
Jan de la Bouverie