Damian Warner

Canadees atleet

Damian Warner (London (Ontario), 4 november 1989) is een Canadese meerkamper. Hij nam driemaal deel aan de Olympische Spelen en veroverde hierbij eenmaal een bronzen en eenmaal een gouden medaille. Ook is hij meervoudig Canadees kampioen op de 110 m horden, het verspringen en de tienkamp.

Damian Warner
Damian Warner tijdens de Hypomeeting van 2019.
Volledige naam Damian Warner
Geboortedatum 4 november 1989
Geboorteplaats London (Ontario)
Nationaliteit Vlag van Canada Canada
Lengte 1,84 m
Gewicht 83 kg
Sportieve informatie
Discipline meerkamp
Trainer/coach Gar Leyshon, Dennis Neilsen, Les Gramantik
Eerste titel Canadees kampioen tienkamp 2011
OS 2012, 2016, 2020
Extra Canadees recordhouder tienkamp; indoorrecordhouder verspringen, zevenkamp
Portaal  Portaalicoon   Atletiek

Biografie bewerken

Start carrière bewerken

Warner groeide op in een achterbuurt van de stad London in Ontario.[1] Daar kwam hij niet op een structurele wijze in aanraking met atletiek of een andere sport, tot hij zestien was. Vanaf dat moment hoefde hij niet meer zijn zusje en broertje van en naar school te brengen en had hij tijd om te basketballen. Schoolcoaches Gar Leyshon en Dennis Neilsen namen Damian Warner onder hun hoede. Later werd er een schoolatletiekteam opgesteld door de coaches, waar ook Warner lid van werd. Toen hij werd uitgenodigd om naar een atletiekwedstrijd te kijken waarvoor een ploeggenoot zich had gekwalificeerd, zag hij de inzet die werd getoond door velen. Dat was voor Warner het punt waarop hij zich serieus begon in te zetten voor atletiek.

Keuze meerkamp bewerken

Warner werd door zijn coaches op de springonderdelen (hoogspringen, verspringen en hink-stap-springen) gezet. Later begon hij zich ook te focussen op de sprint. Toen in 2008 bleek, dat hij al deze onderdelen op hoog niveau kon uitvoeren, werd de meerkamp aan hem gesuggereerd. Pas in 2010 ging Warner in op die suggestie en besloot hij om meerkamper te worden. In datzelfde jaar behaalde hij al een tweede plaats bij de Canadese kampioenschappen.[2]
In 2011 werd Warner uitgezonden naar zijn eerste internationale wedstrijd: de Noord-Amerikaanse, Centraal-Amerikaanse en Caribische kampioenschappen meerkamp. Hij verbeterde hier zijn record van het jaar ervoor tot 7760 punten, wat goed genoeg was voor een tweede plaats achter Maurice Smith.[3] Later dat jaar haalde hij precies hetzelfde puntenaantal bij de nationale kampioenschappen, wat hem zijn eerste nationale titel opleverde.[4] Door zijn geboekte progressie werd Warner uitgezonden naar de wereldkampioenschappen van Daegu. Hij verbeterde hier zijn persoonlijke bestprestatie, maar dat leverde hem slechts een achttiende plaats op.

Verrassing bij Olympische Spelen bewerken

In het olympische jaar 2012 kwam Warner tijdens de nationale kampioenschappen voor het eerst boven de 8000 punten uit: hij verzamelde 8107 punten.[5] Deze score was niet genoeg voor de olympische A-limiet, maar de Canadese atletiekbond besloot hem toch uit te zenden naar de Olympische Spelen van Londen vanwege de progressie die hij doormaakte. Dit bleek een verstandige keuze: in Londen verbeterde hij op zes van de tien onderdelen zijn persoonlijk record, waardoor de als 24e geplaatste atleet lange tijd in het zicht van het podium bleef. Uiteindelijk werd hij vijfde, met een score van 8442 punten, 335 meer dan zijn oude record.

Podiumplaats op WK bewerken

De status die Warner bij de Olympische Spelen van Londen had veroverd, wist hij ook het jaar erna vast te houden. Hij won de prestigieuze Hypomeeting onder moeilijke omstandigheden met 8307 punten. Hij was door deze prestatie een van de favorieten voor een medaille tijdens de WK in Moskou. Deze favorietenrol kon hij waarmaken: door sterke prestaties tijdens zijn laatste onderdelen, waaronder een evenaring van zijn persoonlijk record bij het polsstokhoogspringen en een nieuwe beste prestatie bij het speerwerpen, eindigde hij als derde met 8512 punten, ook een persoonlijk record. Het was voor het eerst sinds de WK van 1995 dat er een Canadese meerkamper op de tienkamp het podium had gehaald op een WK. Warner sloot het jaar 2013 af met een overwinning bij de Décastar meeting in Talence met een totaal van 8161 punten.

Tweemaal goud en eenmaal zilver bewerken

In 2014 worstelde Warner aanvankelijk met een enkelblessure, maar hij was op tijd hersteld om eind juli deel te nemen aan de Gemenebestspelen, die in Schotland plaatsvonden. Hij won er de tienkamp met een score van 8282 punten, waarbij hij op de 100 m met 10,29 s en op de 110 m horden met 13,50 s nieuwe toernooirecords vestigde.

In 2015 eindigde Warners deelname aan de Hypomeeting in een teleurstelling door drie ongeldige pogingen bij het kogelstoten. Hij revancheerde zich vervolgens op de Pan-Amerikaanse Spelen in Toronto, waar hij als favoriet voor de zege van start ging. Hij maakte die verwachting volledig waar door de tienkamp te winnen met een totaal van 8659 punten, waarmee hij zowel het Canadese als het toernooirecord verbeterde. Een maand later stond hij alweer aan de start van zijn volgende tienkamp, die op de WK in Peking. Hij slaagde erin om zijn gloednieuwe record van Toronto alweer te overtreffen, want met een totaal van 8695 punten veroverde hij de zilveren medaille achter de Amerikaan Ashton Eaton, die met een wereldrecordscore van 9045 punten de gouden medaille voor zich opeiste.

Olympisch brons in 2016 bewerken

Op de Olympische Spelen van 2016 in Rio de Janeiro veroverde Warner een bronzen medaille. Met een puntenaantal van 8666 eindigde hij achter Ashton Eaton (goud; 8893) en de Fransman Kévin Mayer (zilver; 8834).

Titels bewerken

  • Olympisch kampioen tienkamp - 2020
  • Wereldindoorkampioen zevenkamp - 2022
  • Gemenebestkampioen tienkamp - 2014
  • Pan-Amerikaanse Spelen kampioen tienkamp - 2015, 2019
  • Canadees kampioen 110 m horden - 2014, 2015, 2019, 2021
  • Canadees kampioen verspringen - 2017, 2021
  • Canadees kampioen tienkamp - 2011, 2012, 2013

Persoonlijke records bewerken

Outdoor
Discipline Prestatie Wind (m/s) Datum Plaats
100 m 10,12 s +0,9 25 mei 2019 Götzis
200 m 20,97 s +0,9 14 april 2017 Azusa
400 m 46,54 s 30 april 2016 Athens
1500 m 4.24,73 23 juli 2015 Toronto
110 m horden 13,27 s +1,9 4 juli 2015 Edmonton
hoogspringen 2,09 m 25 mei 2013 Götzis
polsstokhoogspringen 4,90 m 16 juli 2016 Bolton (Ontario)
verspringen 8,28 m +1,2 29 mei 2021 Götzis
hink-stap-springen 14,53 m 5 juli 2009 Windsor
kogelstoten 15,34 m 25 mei 2019 Götzis
discuswerpen 50,26 m 19 maart 2016 Santa Barbara
speerwerpen 64,67 m 11 augustus 2013 Moskou
tienkamp 9018 p (NR) 4/5 augustus 2021 Tokio
Indoor
Discipline Prestatie Datum Plaats
60 m 6,68 s 18 maart 2022 Belgrado
1000 m 2.37,12 3 maart 2018 Birmingham
60 m horden 7,61 s 19 maart 2022 Belgrado
hoogspringen 2,02 m 2 maart 2018 Birmingham
polsstokhoogspringen 4,90 m 3 maart 2018 Birmingham
verspringen 8,05 m (NR) 18 maart 2022 Belgrado
kogelstoten 15,59 m 21 februari 2020 Baton Rouge
zevenkamp 6489 p (NR) 19 maart 2022 Belgrado

Opbouw PR meerkamp en potentie op basis van PR's bewerken

In de tabel staat de uitsplitsing van het persoonlijk record op de tienkamp. In de kolommen ernaast staat ook het potentieel record, met alle persoonlijke records op de losse onderdelen en de bijbehorende punten.

Uitsplitsing PR Potentieel record
Onderdeel Prestatie Wind (m/s) Punten Pers. record Punten
100 m 10,12 +0,2 1066 10,12 1066
verspringen 8,24 +0,2 1123 8,28 1133
kogelstoten 14,80 777 15,59 826
hoogspringen 2,02 822 2,09 887
400 m 47,48 934 46,54 981
110m horden 13,46 -1,0 1045 13,27 1071
discuswerpen 48,67 843 50,26 876
polshoog 4,90 880 4,90 880
speerwerpen 63,44 790 64,67 808
1500 m 4.31,08 738 4.24,73 780
Puntentotaal 9018 9308

Palmares bewerken

110 m horden bewerken

  • 2014:   Canadese kamp. - 13,27 s
  • 2015:   Canadese kamp. - 13,66 s
  • 2019:   Canadese kamp. - 13,53 s
  • 2021:   Canadese kamp. - 13,64 s

verspringen bewerken

  • 2017:   Canadese kamp. - 7,53 m
  • 2021:   Canadese kamp. - 7,81 m

zevenkamp bewerken

tienkamp bewerken

  • 2010:   Canadese kamp. - 7449 p
  • 2011:   Canadese kamp. - 7760 p
  • 2011:   NACAC kamp. meerkamp - 7760 p
  • 2011: 18e WK - 7832 p
  • 2012: 9e Hypomeeting - 7961 p
  • 2012:   Canadese kamp. - 8107 p
  • 2012: 5e OS - 8442 p
  • 2013:   Hypomeeting - 8307 p
  • 2013:   Canadese kamp. - 8145 p
  • 2013:   WK - 8512 p
  • 2013:   Décastar - 8161 p
  • 2013:   IAAF World Combined Events Challenge - 24980
  • 2014:   Gemenebestspelen - 8282 p
  • 2015:   Pan-Amerikaanse Spelen - 8659 p (NR)
  • 2015:   WK - 8695 p (NR)
  • 2015:   IAAF World Combined Events Challenge - 25247 p
  • 2016:   Hypomeeting - 8523 p
  • 2016:   OS - 8666 p
  • 2017:   Hypomeeting – 8591 p
  • 2017: 5e WK - 8309 p
  • 2017:   Décastar - 8252 p
  • 2017:   IAAF World Combined Events Challenge - 25152 p
  • 2018:   Hypomeeting – 8795 p
  • 2019:   Hypomeeting – 8711 p
  • 2019:   Pan Amerikaanse Spelen – 8513 p
  • 2019:   WK - 8529 p
  • 2021:   Hypomeeting – 8995 p
  • 2021:   OS – 9018 p (NR)
  • 2022:   Hypomeeting – 8797 p
  • 2023: - WK - DNF
  • 2023:   Hypomeeting – 8619 p
  • 2023:   WK - 8804 p
Zie de categorie Damian Warner van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.