Cephalocereus
Cephalocereus is een geslacht van harige, fallusvormige, langzaam groeiende cactussen die inheems zijn aan Zuid-Mexico. De naam Cephalocereus is afgeleid van het Griekse kephalè ("hoofd") en het Latijnse cereus ("waskaars").[1]
Cephalocereus | |||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||
| |||||||||||||||||
Geslacht | |||||||||||||||||
Cephalocereus Pfeiff. (1838) | |||||||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||||||
Cephalocereus op Wikispecies | |||||||||||||||||
|
Het geslacht bevatte oorspronkelijk zo'n 50 soorten, maar de meeste soorten worden nu gerekend tot andere geslachten (voornamelijk Pilocereus). Er worden nog vijf soorten tot dit geslacht gerekend:
- Cephalocereus apicicephalium
- Cephalocereus columna-trajani
- Cephalocereus nizandensis
- Cephalocereus senilis
- Cephalocereus totolapensis
De bekendste soort, Cephalocereus senilis (Grijsaardcactus of Grijsbaard), is populair als kamerplant en kan in het wild tot 15 meter hoog worden. De soort Pilosocereus royenii (vroeger geclassificeerd als Cephalocereus royenii of Cephalocereus nobilis) wordt ook wel Dildocactus genoemd en was mogelijk de oorsprong van het woord "dildo"[2].
Referenties bewerken
- ↑ Desert Tropicals
- ↑ Marlies Philippa, Frans Debrabandere, Arend Quak (red.) (e.a.): Etymologisch woordenboek van het Nederlands