Athanor is de naam van een Gentse loge die behoort tot de Reguliere Grootloge van België.

Geschiedenis bewerken

Deze loge werd opgericht vanuit de Gentse moederloge La Fidélité nummer 13 en kreeg het nummer 32. Het idee voor een uitzwerving was ontstaan eind 1994. De reden daartoe was de tweetaligheid van de moederloge die sommigen ervoeren als een relatieve belemmering, zowel voor de taalkundige verfijning van de ritualen als de spontane uitwisseling van gedachten en gevoelens. Een tweede motivatie van de initiatiefnemers was een nog intensievere beleving van de maçonnieke idealen door een beperkter aantal leden. Al in februari 1995 vonden de eerste officiële samenkomsten plaats in de archiefruimte van het Kasteel van Laarne. De Kolommen van de nieuwe Loge werden opgericht op 28 oktober 1995 onder leiding van Louis De Bouvère, zesde grootmeester van de R.G.L.B. De plechtigheid, waarbij tevens het tableau werd ingewijd, greep plaats in de late namiddag in de lokalen van La Fidélité. Tot de oprichters behoorden Frans Verleyen en jonkheer Paul de Pessemier 's Gravendries. Een ander bekend lid was Jo Röpcke. Nogal wat leden zijn afkomstig uit de wereld van de muziek, literatuur, beeldende kunsten en architectuur. De zittingen vinden plaats in het Nederlands.

Literatuur bewerken

  • Collectief, 'Annalen 1979-1999' van de R.G.L.B, Brussel, 2000.
  • Collectief, 'Info van de R.G.L.B.' Brussel, 1996, N° 7.
  • Paul de Pessemier ’s Gravendries, 'Twintig jaar Broederlijke warmte. De Achtbare Loge Athanor N° 32 in het Oosten Gent', Gent, 2015.
  • Piet Van Brabant, 'De VrijMetselaars', Antwerpen/Baarn, 1990.
  • Andries Van den Abeele, 'De kinderen van Hiram', Brussel, 1991.

Zie ook bewerken