Alternaria alternata

soort uit het geslacht Alternaria

Alternaria alternata is een schimmel die behoort tot de orde Pleosporales van de ascomyceten. De schimmel veroorzaakt bladvlekkenziekte, chlorose en rot. Alternaria alternata heeft 9 tot 11 chromosomen en het genoom is tot 33,6 Mb groot.[1] Alternaria alternata heeft meer dan 380 waardplanten. De schimmel komt zowel in de grond als in de lucht voor. Ook komt de schimmel voor op meel, fruit, groente en textiel, zoals op linnen en tapijten. Verder komt de schimmel vaak voor op wanden in vochtige ruimten.

Alternaria alternata
Alternaria alternata op een tabaksblad
Taxonomische indeling
Rijk:Fungi (Schimmels)
Stam:Ascomycota (Zakjeszwammen)
Klasse:Dothideomycetes
Onderklasse:Pleosporomycetidae
Orde:Pleosporales
Familie:Pleosporaceae
Geslacht:Alternaria
Soort
Alternaria alternata
(Fr.) Keissl. (1912)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Schimmels

De schimmel kan ook de bovenste luchtwegen infecteren,[2] astma veroorzaken en bij de mens het immuunsysteem verzwakken.

Infectie

bewerken

Op de vlekken van het aangetaste weefsel worden conidia gevormd vanaf het moment dat de vlek zichtbaar wordt tot aan 50 dagen daarna.[3] De conidia komen door regen of een plotselinge verandering van de luchtvochtigheid in de lucht en worden zo verspreid.[3] Een conidium kiemt tijdens dauw op het blad en dringt de plant binnen 12 uur binnen via een huidmondje of met een appressorium door het bladoppervlak.[4]

Beschrijving

bewerken

De rechte of gebogen conidiofoor is lichtbruin tot olijfbruin. De conidiofoor, die rechtstreeks uit het substraat steekt, heeft een bossige top met 4 - 8 lange kettingen van aan elkaar zittende conidia. Een secundaire conidiofoor is gewoonlijk kort en eencellig.

De knuppel- tot peervormige of ellipsoïde conidia zijn bleek- tot lichtbruin en hebben aan de top geen of een korte conische snavel. Ze hebben een gladde celwand of een celwand bezet met kleine wratjes. Ze zijn 20–63 × 9–18 µm groot en op een PCA-voedingsbodem 10–30 × 5–12 µm groot (PCA=Plate count agar). De conidia hebben verscheidene in de lengte lopende tussenwanden en tot acht dwarse tussenwanden. Conidia op een PCA-voedingsbodem hebben 1 - 5 in de lengte lopende tussenwanden en 3 - 7 dwarse tussenwanden. De conidiakettingen zijn vaak vertakt met meer dan vijf conidia per ketting. Op een PCA-voedingsbodem bestaan de kettingen uit 5 – 15 conidia en een vertakte ketting heeft tot 50 – 60 conidia.

bewerken
Zie de categorie Alternaria alternata van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.